"Slaat toe in naam van God'
President Saddam Hussein riep gisteren zijn volk voor de staatstelevisie
op "niet te knielen'. Enkele fragmenten.
,,O ongelovigen! Als u heeft gebeden voor een zege en een oordeel, zal
het oordeel nu over u komen. Als u afziet van het kwaad, is dat het
beste. Als u terugkeert om aan te vallen, doen wij dat ook. Uw
strijdkrachten zullen u niet helpen, ook niet als u ze uitbreidt. Want
waarlijk, God is met de gelovigen.
O groot volk en dappere strijdkrachten! Het is de derde dag van uw
Jihad, uw geduld, uw moed en het heffen van uw banier der overwinning,
zo God wil.
Het is de derde dag van een enorme overwinning. Dit zijn grootse dagen.
De geschiedenis zal trots zijn op deze dagen en op het volk dat ze
groots maakt, het grote volk van Irak en zijn schild en zwaard, het
heroïsche leger wiens daden dezer dagen worden geboekstaafd in
schitterende letters van licht.
God heeft deze dagen uitverkoren om te tonen wat deze natie en de
mensheid vermag bij het trotseren van agressie en onrecht. Het zal de
natie de weg doen ontdekken om geloof en vertrouwen in aller harten te
brengen.
De natie zal beschermd zijn tegen de stormen van het kwaad en de
hebzucht van de duivels in Amerika en de duivels van het zionisme en
diegenen die met hen samenspannen en hen steunen in hun misdaden tegen
de gerechtigheid.
Volhardt in het verzet! Want u heeft de macht en het recht. Slaat toe in
naam van God. Mogen de misdadigers te gronde gaan. O strijders,
Arabieren, mensen van het grootse Arabische volk, die geloven in onze
natie en van wie God wenst dat ze getuigen zijn namens de mensheid. Wij
zijn uw volk en uw broeders.
Wij zullen niet onderhandelen met het kwaad, noch het kwaad vleien,
omdat wij de vertegenwoordigers zijn der gerechtigheid. Wij zullen niet
toestaan dat zonde in de plaats treedt van deugd. Wij zullen niemand
vrezen dan God, noch knielen voor iemand, behalve in het aangezicht van
God. (...)
Vervloekt en verdoemd zijn de machten van het kwaad, de zonde en het
verderf. Zege aan de martelaren die nu in de hemel zijn. Een saluut aan
onze strijdkrachten en de mannen en vrouwen van de Ba'athpartij.
Een saluut aan allen die strijden, aan de mannen van de
luchtverdediging, de hoge omheining rond Irak tegen het barbaarse kwaad,
tegen de destructieve demonen die ons luchtruim met raketten schenden.
Een saluut aan (...) onze mannen die van grote afstand vliegende
objecten waarnemen en onze luchtverdediging op het juiste moment
accurate informatie verschaffen. (...)
Lang leve Irak! Lang leve de glorieuze Arabische Natie! Lang leve
Palestina, vrij, Arabisch en waardig! God is groot! God is groot!''