'Slimmere' sancties tegen Saddam
Groot-Brittannië en de
Verenigde Staten willen de sancties tegen Irak meer tegen het regime en
minder tegen de bevolking richten.
Door onze redacteur CAROLIEN ROELANTS
ROTTERDAM, 21 FEBR. De Verenigde Staten en Groot-Brittannië,
verliezers van de public-relationsoorlog rond de sancties tegen Irak,
zijn in het tegenoffensief gegaan. Het sanctieregime wordt
heroverwogen, hebben zij bevestigd. 'Slimme sancties' zijn voortaan het
devies, scherper toegesneden op ontmanteling van het Iraakse arsenaal
aan massavernietigingswapens en Saddam Husseins vermogen om oorlog te
voeren, en minder schadelijk voor de Iraakse burgers. Er zal echter
geen sprake zijn van opheffing van het internationale handelsembargo
tegen Irak, onderstrepen zij. Maar dat gaan zij - als onderdeel van dat
tegenoffensief - wel beter verkopen.
Saddam is "de gevaarlijkste leider in de wereld", zei de Britse premier,
Tony Blair, gisteren nog aan de vooravond van zijn vertrek naar Canada
en de VS, waar hij onder andere over de sancties gaat praten. Hij wees
erop dat Saddam duizenden eigen burgers heeft vermoord, een oorlog is
begonnen die een miljoen mensen het leven heeft gekost en
massavernietigingswapens probeert te ontwikkelen. "Als dat hem niet
gevaarlijk maakt, dan weet ik het niet meer." Zijn minister van
Buitenlandse Zaken, Robin Cook, op zijn beurt wendde zich gisteren in
de Daily Telegraph tot de critici van de sancties. Hij vestigde
de aandacht op het olie-voor-voedselprogramma, op grond waarvan Irak
onbeperkt maar onder controle van de Verenigde Naties olie mag
exporteren om humanitaire goederen aan te schaffen. "Waarom bestelde
Saddam de tweede helft van vorig jaar helemaal geen medicijnen? Is dat
geen oorzaak van Iraaks lijden? Waarom staat er meer dan 11 miljard
dollar op de bankrekening van het olie-voor-voedselprogramma? Waarom
exporteert Saddam voedsel en medicijnen, inclusief melkpoeder en
inhalers voor astmapatiënten en onthoudt hij ze aan zijn eigen
bevolking?"
De boze reacties uit de hele wereld op de Amerikaanse-Britse aanvallen
van vrijdag op luchtdoelinstallaties bij Bagdad, zullen de doorslag
hebben gegeven bij de aankondiging, maar de 'heroverweging' van de
sancties hing al een tijd in de lucht. De VS en Groot-Brittannië
zijn geleidelijk zo goed als alleen komen te staan in hun beleid jegens
Irak, tegenover een bonte internationale coalitie die ten behoeve van
de Iraakse burgerij opheffing van de meer dan tien jaar oude sancties
eist. De reactie van de Franse minister van Buitenlandse Zaken, Hubert
Védrine, maandag op de aanvallen bij Bagdad was terzake: "Alleen
van Canada en Polen" was er steun, zei hij, "maar ik weet niet waarom."
Saddam, die een doeltreffend buitenlands beleid voert, verbrak
onmiddellijk de handelsbetrekkingen met de twee genoemde landen.
De kentering in de internationale opinie - bij activisten om de toestand
van de Iraakse burgerij, bij veel regeringen om de zaken die met het
grote olieland Irak kunnen worden gedaan - heeft zich al jaren geleden
voltrokken. Maar wat de situatie nu compliceert is de Palestijnse
intifada tegen Israël. Saddam is de enige Arabische leider die de
Palestijnen daadwerkelijk helpt (hij heeft een miljard euro voor hen
uitgetrokken, zie de opmerking van Cook), en dat wordt onder de burgers
in de Arabische wereld zeer gewaardeerd. Saddam roept op tot oorlog
tegen Israël en tegen Arabische leiders die de Amerikaanse lijn
volgen. Dat maakt veel van die leiders zenuwachtig. Niet voor niets
heeft de Egyptische president Mubarak, die in de Golfoorlog van 1991 nog
enthousiast meevocht aan de zijde van de anti-Iraakse coalitie, de
laatste maanden zijn betrekkingen met Irak genormaliseerd. Saddam is
helemaal terug als gesel van de Arabische wereld, en de VS en Groot-
Brittannië zien hun bondgenoten ter plaatse, inclusief hun
olieleveranciers, in grote moeilijkheden komen.
Dat dit zal worden verholpen door nieuwe 'slimme sancties' is hoogst
onwaarschijnlijk. De Amerikanen en Britten gaan nu waarschijnlijk
eindelijk proberen de sluiproutes naar Turkije, Iran en Syrië af
te snijden waarlangs Saddam Hussein olie op eigen rekening olie
exporteert. Om bondgenootschappelijke (Turkije) en andere politieke
redenen werd dit tot dusverre gedoogd. Tezamen met de commissies die
Saddam incasseert op olie en andere contracten levert de smokkel
miljarden op die hij voor eigen doeleinden kan gebruiken. Aan de andere
kant wordt in Londen gedacht aan vergemakkelijking van Iraakse importen
ten behoeve van verbetering van de Iraakse civiele infrastructuur, die
nu wegens het gevaar van dual use zeer worden bemoeilijkt.
Maar Saddam wil weer de vrije beschikking krijgen over zijn inkomsten,
en niets minder voldoet. Geen wonder dat het Iraakse regime de
Amerikaans-Britse plannen gisteren meteen als "vergif" heeft
verworpen. Zijn internationale aanhang zegt het hem na. Zij geeft nu
niet zo om zijn massavernietigingswapens.
De enigen die wat minder enthousiast zijn over Saddams comeback zijn de
Koerden van Noord-Irak. Zij weten dat Saddam zich in 1991 slechts
onder zware geallieerde druk heeft neergelegd bij de autonomie van hun
woongebied. De laatste maanden heeft het Iraakse leger al verscheidene
malen prikacties uitgevoerd in 'Vrij Koerdistan'. Economisch gaat het
niet zo slecht in het Koerdische deel van Irak, maar er ligt een zware
hypotheek op de toekomst van het gebied. Het is niet toevallig dat
zoveel Iraakse Koerden naar Europa vluchten.