U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
DOSSIERSURINAME
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Suriname

Nieuws

Decembermoorden

Achtergrond

Verhouding met Nederland

Links

terug naar 1996

De comeback van Bouta

Hans Buddingh'
Op het Wilhelminaplein staan honderden indianen - glimmend zwart haar, scherpe ogen in getaande, uitdrukkingsloze gezichten - zwijgend onder de tamarindes te wachten. Op de brede Marowijne-rivier schieten korjalen met buitenboordmotoren heen en weer. Aan de overkant spiegelen de witte gevels van St. Laurent du Maroni, in Frans Guyana.

Albina oogt deze zondagmiddag als Macondo uit Marquez' Honderd Jaar Eenzaamheid. Staketsels van huizen herinneren aan de binnenlandse oorlog. De menigte wacht op ex-dictator Desi Bouterse. Hij is hier op verkiezingscampagne, maar voor het moment heeft de voormalige legerleider zich in een door zijn eigen leger kapotgeschoten Chinese winkel teruggetrokken, waar hij zich tegoed doet aan een portie rijstkip. Wanneer hij zich na een uur op het podium vertoont, reageren de stoïcijnse indianen nauwelijks. Toch kan de Nationale Democratische Partij (NDP) van Bouterse bij de parlements- en regionale verkiezingen van aanstaande donderdag waarschijnlijk op hun steun rekenen. Sommigen van hen hebben nog met het leger van Bouterse tegen de opstandige bosnegers van Ronnie Brunswijk gevochten. Veel bosnegers zijn er vandaag niet in Albina. Op een steenworp afstand van Albina ligt het bosnegerdorp Moiwana, waar het leger in 1986 tientallen vrouwen en kinderen vermoordde.

Met wisselend succes proberen de lokale NDP-kandidaten de stemming er in te brengen. De half-Chinese kandidate Rita Lie Kwie oogst bijval met de opmerking dat de regering in Paramaribo ,,a doe neks'' voor de bevolking van het binnenland. ,,Waar is het geld voor de opbouw van Albina gebleven?''

De opkomst van Desi Bouterse wordt begeleid door heftige reggae uit de zware boxen op het podium. Lijfwachten stellen zich achter hem op. Nee, zegt Bouterse de NDP heeft er helemaal geen behoefte aan andere partijen uit te schelden. En terugkijken naar het verleden? Daar is nu geen tijd voor: ,,Er zijn veel problemen. En wij zijn in staat die op te lossen!''

De problemen zijn volgens Bouterse allemaal veroorzaakt door het Nieuw Front, een coalitie van de "oude' etnische partijen met een creoolse, hindostaanse en javaanse achterban. Zij hebben Suriname, met een kleine onderbreking, sinds het einde van de militaire dictatuur in 1987 geregeerd. De NDP behaalde vijf jaar geleden 12 van de 51 zetels in de Nationale Assemblee. Volgens de meest recente peilingen zijn de NDP en het Nieuw Front nu in een nek-aan-nek race gewikkeld, met elk op zo'n 26 procent van de stemmen in het district Paramaribo. Daar zijn 17 van de 51 zetels in de Nationale Assemblee te verdelen.

Spreekt het Nieuw Front trots over de stabiliteit van de Surinaamse gulden? ,,To hell met die stabiliteit!'' roept Bouterse. Dan volgt een opsomming over de scholen die niet gebouwd zijn, de fabrieken die er nooit zijn gekomen en de broeken die nu net zoveel kosten als vroeger een huis. Ook spreekt Bouterse van de ,,buitenlandse machten'' waartegen moet worden gevochten. De NDP heeft volgens hem iedereen nodig, althans iedereen die de handen uit de mouwen wil steken. Even lijkt hij zich in het bijzonder tot de bosnegers te richten: ,,Je hoeft niet speciaal van mij te houden, maar wij hebben alle Surinamers nodig.''

Bouterse oogt ontspannen en ziet er minder opgeblazen uit dan enkele jaren geleden. De onbetwiste NDP-leider lijkt werkelijk op zijn gemak. Toch voert Bouterse campagne alsof zijn leven ervan afhangt. Misschien is dat ook zo: als de komende verkiezingen voor de NDP op een teleurstelling uitlopen, kan het met de politieke carrière van Desi Bouterse heel wel gedaan zijn. Het zou hem kwetsbaarder maken voor onderzoeken naar zijn rol in de internationale drugshandel en in de decembermoorden van 1982, waar nabestaanden en parlement om hebben gevraagd.

Brooddagen
,,Niet storen en ook niet kloppen'', staat op een van de deuren in het partijcentrum van de NDP in Paramaribo. De verkiezingsstaf komt er al maandenlang elke dag bijeen. In de grote manifestatiehal knippen enkele vrouwen lappen paarse stof om er vlaggen van te maken. Ex-topmilitair Iwan Graanoogst, tegenwoordig een vermogend groentehandelaar en campagneleider voor het kiesdistrict Wanica, praat tegen zijn draagbare telefoon.

De NDP is veel eerder met haar campagne begonnen dan de partijen van het regerende Nieuw Front. Voorzitter Bouterse houdt zijn aanhangers voor dat zij ,,net als Jehova-getuigen'' moeten werken. De NDP, die pas in 1987 is opgericht, fungeerde aanvankelijk als de politieke arm van het leger. Zij mist dan ook de historische wortels van de traditionele etnische partijen, die in het Nieuw Front samenwerken. De NDP is weliswaar een multi-etnische partij, maar zij steunt toch voornamelijk op arme donkergekleurde creolen.

De NDP beschikt inmiddels over een leger van duizenden activisten. Zij gingen met de kiezerslijsten langs bijna alle Surinaamse kiezers om de juistheid van de registratie te controleren. In feite een taak die de overheid had moeten uitvoeren _ maar zo kregen ze wel een voet tussen de deur. Het partijprogramma ademt dezelfde aspiraties naar een achterhaald politiek en economisch nationalisme als tijdens de "revo' na de coup van Bouterse in 1980. De talloze beloften zullen handenvol geld kosten: de president van de Centrale Bank, die een strak monetair beleid voert, zal dan ook volgens het NDP -programma het veld moeten ruimen. Ook de volksmobilisatie uit de revo-periode is nieuw leven ingeblazen. Een deel van het "revo'-kader van toen, doet nu weer een gooi naar de politieke macht. Daarnaast hebben andere goedopgeleiden zich bij de NDP gemeld. In de revo-periode werden overal in het land volkscomités opgericht die moesten zorgen voor een schoon land, gedisciplineerd werken, criminaliteitsbestrijding, en ideeënbussen voor de lokale bevolking. Maar al snel zou de Surinaamse "revolutie' ontsporen.

Joan Pollack is coördinator van het NDP-Infocentrum van kiesbureau 171 in Tammenga, een wijk van voornamelijk arme creolen aan de rand van Paramaribo. Het Info-centrum is gevestigd in haar eigen volkswoning aan de Drietabbetjestraat. De veertigjarige alleenstaande moeder van vijf kinderen plus een "kweekje' is trots op haar werk: ze heeft heel wat mensen in de omliggende straten enthousiast kunnen maken voor de partij. ,,De NDP is de partij voor iedereen'', zegt ze vol overtuiging. Onder het golfplaten afdak van de kleine veranda verspreidt zich na een hoosbui een penetrante rioollucht. ,,Mijn buurvrouw heeft laatst zelf een paar kleine rioolbuizen gekocht, omdat de overheid er na vier jaar nog niks aan deed.''

De misère van het dagelijks leven valt de rondborstige creoolse niet direct aan te zien. ,,Maar als ik 's morgen opsta lijk ik meteen weer in te storten, omdat ik het niet red.'' Ze moet rondkomen van de 14.000 Surinaamse gulden per maand, nog geen zestig Nederlandse gulden, die ze verdient als controleur bij de Staatsbusdienst. Twintig jaar geleden verdiende ze als begeleidster op een kindercrèche vijftig Surinaamse gulden, die toen nog vijftig Nederlandse gulden waard waren. ,,En dat was al te weinig.'' Terwijl het water nog op het ijzeren dak spettert zegt ze: ,,We hebben hier vaak brooddagen, want voor ander eten is geen geld. Soms moet ik de kinderen zonder eten naar school sturen. Eén zit in de eindexamenklas van het lager beroepsonderwijs, maar ze moet verzuimen omdat er geen geld is voor de bus.''

In de "oude' politieke partijen was mevrouw Pollack al veel eerder teleurgesteld. Eerst probeerde ze het nog bij een andere oppositiepartij, maar de enige politici die ze regelmatig naar Tammenga zag komen, waren die van de NDP. En ze is blij dat ook Desi Bouterse zich vertoont onder het volk. Bij de vorige verkiezingen was Tammenga nog het domein van de creoolse NPS (Nationale Partij Suriname), een van de partijen in het Nieuw Front. Maar dat zal volgens Joan Pollack na 23 mei gelukkig anders zijn.

Faja lobi's
Zondagmorgen. In de zon zijn de karakteristieke houten huizen verveloos maar mooi. De straten zijn verlaten. Op de autoradio brengt de Zangeres Zonder Naam een ode aan moeder. Een agent van politiepost Tammenga aan de Verlengde Gemenelandsweg, waar de cellen volgestouwd zijn met jonge creolen, wijst de weg naar het gebouw van de Evangelische Broeder Gemeente (EBG). Die is al sinds de slaventijd de kerk van donkergekleurde creolen en van oudsher sterk verbonden met de NPS. Tegen negen uur is het witte houten kerkgebouwtje aan de Langetabbetjestraat volgelopen. De dienst is vandaag gewijd aan Moederdag. Onder begeleiding van het orgel zingen de ongeveer 130 vrouwen en kinderen en 9 mannen Gezang 196: ,,Laat ons God prijzen die met zijn gunstbewijzen zijn kerk, die heilige stee, troost met heil en vree!'' Na de schriftlezing uit Spreuken 31 over de ,,degelijke huisvrouw'' delen kinderen faja lobi's, felgekleurde bloemen, uit aan alle aanwezige moeders. Over politiek wordt tijdens de kerkdienst niet gesproken, maar na afloop schatten kerkeraadsleden de kansen van de NDP en de NPS, tijdens het tellen van de collectopbrengst in de consistoriekamer. Van de twaalf kerkeraadsleden zijn er twee van de NDP.

Beide partijen hebben hun grootste aanhang onder de creoolse bevolkingsgroep. De NPS was aanvankelijk een partij van lichtgekleurde creolen, ofwel mulatten, die hoger op de maatschappelijk ladder stonden. Na verloop van tijd namen de zwarte volkscreolen de macht over. Het creoolse electoraat is altijd heterogeen geweest, en meer door de westerse cultuur beïnvloed. De creolen kennen dan ook minder partijtrouw dan de hindostanen, die meer aan hun traditionele cultuur en affiliaties vasthouden. De NDP en de NPS vissen dus in dezelfde vijver met veel jonge creoolse kiezers. Het zijn vooral de arme zwarte creolen die zich door de boodschap van de NDP aangesproken voelen.

,,De Evangelische Broeder Gemeente heeft altijd een stempel gedrukt op de normen en waarden van de Surinaamse samenleving'', zegt dominee Karel Zeefuik. In de jaren zeventig promoveerde hij op een proefschrift over de EBG, ofwel Hernhutters, die vanaf de slavernijperiode hun invloed vooral via onderwijs en gezondheidszorg doen gelden. Volgens Zeefuik, zelf NPS'er, is Suriname hierdoor in zekere zin een Europees christelijke samenleving. De Roomskatholieke kerk, die onder creolen ook goed is vertegenwoordigd, draagt hieraan bij. Maar ook Zeefuik kan niet voorspellen of de creolen volgende week niet toch zullen stemmen op een partij waarvan de leider, Desi Bouterse, de door de kerken uitgedragen normen en waarden aan zijn laars heeft gelapt.

Rolmodel
In de werkkamer achter op het erf van zijn huis analyseert de 73-jarige ex-premier Jules Sedney wat er in de komende verkiezingen op het spel staat. ,,De NDP is doorgedrongen in de kern van de NPS, de groep van zwartgekleurde creolen.'' Begin jaren zeventig kon hij zelf met een nieuwe partij van lichtgekleurde creolen slechts een kleine bres slaan in de NPS, die korte tijd uit het regeringscentum verdween. Sedney behoorde destijds tot een groep creoolse intellectuelen die van NPS-leider Jopie Pengel binnen de partij geen ruimte kreeg.

In 1973 werd de eenheid van de creolen tijdelijk hersteld onder druk van de hindostanen, die de goede banen in de stad begonnen op te eisen. De creolen voelden zich bovendien bedreigd door het economische suces van een aantal hindostanen die zich vanuit de landbouw hadden opgewerkt tot welvarende handelaren. Volgens Sedney doet zich nu iets vergelijkbaars voor. De creolen voelen zich opnieuw in het nauw gedreven, vooral economisch: zij zijn grotendeels loonafhankelijk van een overheid die moet saneren. Hindostanen zijn de creolen maatschappelijk voorbijgestreefd. Ze doen het beter in het onderwijs en door hun activiteit in de landbouw of handel zijn ze economisch ook onafhankelijker.

Is het electoraal verstandig van de NDP om regelmatig uit te halen naar Nederland? Sedney: ,,Het is schelden op wat je niet wilt zijn, maar wat je toch bent. Wij zijn een produkt van de westerse cultuur. In wezen zijn onze culturele idealen westers.'' Het anti-Nederlandse sentiment, dat op het podium sterker wordt beleden dan in het partijprogramma, lijkt meer een zaak van de partijleiding. Bouterse heeft van Den Haag nu eenmaal weinig te verwachten. Een deel van het NDP-kader zag echter liever dat de partij een gematigder toon richting Nederland aansloeg.

Wat is de aantrekkingskracht van "Bouta', ondanks al zijn wandaden? Natuurlijk is hij, de volksjongen die een geslaagd zakenman werd, een rolmodel voor arme donkere creolen in de volkswijken. Maar Sedney heeft nog een andere verklaring: de bij creolen populaire Anansi-vertellingen, die de slaven meenamen uit Afrika. Anansi is de mythische spin, die altijd iedereen te slim af is _ zo ook Bouterse.

Volgens socioloog en onderzoeker Jack Menke heeft de NDP ook aan populariteit gewonnen doordat zij economische macht naar zich toe heeft getrokken. Dit is mede het gevolg van de corruptie, illegale transacties en drugshandel, die onder de militaire dictatuur sterk toenamen en die een nieuwe economische bovenlaag voortbrachten. ,,De uitstraling van succes heeft de NPS niet'', zegt Menke. Het enige dat de NPS volgens hem nog overhoudt, is de verdeling via het overheidsapparaat van de Nederlandse ontwikkelingshulp.

Bosje komt zo
In de kleine regentijd zijn de wegen in Latour nog modderiger en viezer dan anders. Uit de verstopte slootjes stijgt een onaangename geur op. Ook deze volkswijk is een NDP-bolwerk. Duizenden, voornamelijk donkere, jonge creolen hebben zich getooid in t-shirts met erop Let a faya, ontsteek het vuur. Ze staan en zitten dicht opeengepakt op het terrein van de buurthuis. De ook in Nederland populaire band Reinforcement krijgt bij de NDP'ers van Latour vele handen op elkaar. Op het vrolijke ritme van een hindostaanse muziekgroep kan iedereen de NDP-teksten enthousiast meebrullen terwijl ze wachten op de leider zelf, Desi Bouterse.

Voorlopig moet de menigte het doen met de nummer twee in Paramaribo, Wonnie Ravales. Zij is de weduwe van Surinames nationale dichter Dobru. Mevrouw Ravales heeft de afgelopen weken haar draai op het podium gevonden. ,,Wie betere straten wil stemt...?'' En de hele massa brult "NDP'. Verlaging van de ziekenhuistarieven, betere huizen, de aanpak van de criminaliteit... allemaal NDP. En laten de kiezers niet in de ,,grote leugen'' van de regering trappen dat het Structureel Aanpassingsprogramma, bij iedere Surinamer bekend als het "sap', al achter de rug is. De deken van de orde van advocaten, Ronald van Ritter, houdt zich dit keer in. Geen felle aanval meer op Amnesty International zoals vorige week in Tammenga, toen hij in een tirade de mensenrechtenorganisatie opriep zich te richten op de schending van sociale rechten in Suriname in plaats van de decembermoorden van 1982.

Lijsttrekker Jules Wijdenbosch zorgt voor meer vuurwerk. Onder het massaal meegezongen "Bosje komt zo, Bosje komt zo' stapt de populaire Wijdenbosch naar de microfoon. Niemand zal meer armoede lijden als de NDP aan het bewind komt, en met de wateroverlast in Latour zal het ook snel zijn afgelopen. De regeringspartijen hebben de NDP ervan beschuldigd in haar korte regeerperiode na de telefonische coup van december 1990, de staatskas te hebben geplunderd om aan de bevolking te kunnen uitdelen. ,,Het is uw geld,'' houdt Wijdenbosch de kiezers van Latour voor. Dat de criminaliteit zo sterk is gestegen, komt doordat de regering zelf het slechte voorbeeld geeft.

De aanwezigheid van Nederlandse tv-camera's lijkt de NDP -lijsttrekker te inspireren tot harde woorden aan Den Haag. De NDP zal zich niet zoals de huidige regering opstellen als een "bedelaar'. Voor internationale isolering door Nederland hoeft Suriname volgens Wijdenbosch niet bang te zijn. ,,Want hoe kunnen vijftien miljoen mensen een land isoleren?'' Toch zijn er binnen de partij ook stemmen die zeggen dat Bouterse er verstandig aan zou doen zich niet kandidaat te stellen voor de presidentsverkiezing door het parlement. Volgens NDP -parlementslid Wonnie Ravales is dat ook nog geen uitgemaakte zaak.

Desi Bouterse laat in Latour op het laatste moment verstek gaan. Hij laat Jules Wijdenbosch via diens draagbare telefoon ten overstaan van de duizendkoppige menigte weten dat hij ziek is geworden. De intensieve campagne heeft van de vijftigjarige Bouterse kennelijk even wat te veel gevergd.

NRC Webpagina's
18 mei 1996

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad