| 
Stemgedrag in het 
 
  |             
Bolkestein heeft Europa nog veel uit te
leggen
 
 
 
 
Nu de verkiezingen voor het Europees Parlement achter de rug  zijn
begint een nieuwe fase in het proces van de samenstelling van de
Europese  Commissie. Tot dusver waren er in dat proces twee publieke
momenten: de  voordracht van de Italiaanse ex-premier Prodi als nieuwe
Commissievoorzitter  en de goedkeuring daarvan door het (oude) Europees
Parlement.
 
Het formatieproces kent drie actoren. De regeringen van de EU-lidstaten,
Prodi en het Parlement. De regeringen benoemen, maar - sedert het 
Verdrag van Amsterdam - in overeenstemming met Prodi, terwijl het
Europees  Parlement zijn goedkeuring moet hechten aan de Commissie als
geheel. De nieuwe voorzitter wil een Commissie van hoge kwaliteit, want
de agenda is  zwaar en de verwachtingen hooggespannen. Prodi werd in de
hoofdsteden overal  welwillend onthaald, maar heeft toch al twee
teleurstellingen moeten slikken.  Hoewel her en der te beluisteren valt
dat hij de ruimte moet krijgen voor een  eigen optuiging van de
Commissie qua portefeuilles en personen, is geen enkele  regering bereid
gebleken Prodi een groslijst(je) van kandidaten te geven. Elke 
hoofdstad kwam slechts met één of twee namen op,
afhankelijk van het aantal  commissarissen waarop de lidstaat recht
heeft. De tweede teleurstelling is dat  premier Blair de namen van de
door hem gewenste Britse commissarissen (Kinnock  en Patten) in een
vroeg stadium bekendmaakte. Daarmee beperkte hij de marges  van Prodi in
één klap. De verkiezingen voor het Europees Parlement
vormden een markeringspunt bij de  vorming van de nieuwe Commissie.
Allereerst vonden tegelijkertijd verkiezingen  voor het nationale
parlement plaats in België en Luxemburg. De daaropvolgende 
kabinetsvormingen moeten eerst zijn afgerond voor er in beide landen 
commissarissen kunnen worden voorgedragen. In de tweede plaats is de
uitslag  van de Europese verkiezingen in enkele landen van belang voor
de commissarisvoordracht (Spanje, Oostenrijk). Ten derde zal Prodi recht
willen  doen aan de krachtsverhoudingen in het nieuwe Parlement. De
betrekkingen  tussen het Europees Parlement en Commissie zijn gespannen
en Prodi moet  behoedzaam opereren.
 
Daarom is een door de regeringen aanvankelijk gewenst haastschema - 
hoorzittingen van kandidaat-commissarissen door commissies uit het
Parlement  en goedkeuring door het plenaire Parlement in juli/augustus -
 van de baan.  Prodi zal bij de nieuwgevormde politieke blokken in het
Parlement en hun  voorzitters de sfeer op willen snuiven. De verwachting
is dat hoorzittingen en  de goedkeuring van de Commissie als college
zich in september zullen  afwikkelen. Voorzien is wel de mogelijkheid
dat Prodi in de eerste plenaire  zitting van het nieuwgekozen Parlement
(van 20 tot en met 23 juli) zijn equipe  zal presenteren. Daarmee stelt
hij het gezelschap bloot aan langdurige  'scrutiny' hetgeen
riskant kan zijn, maar hij kan ook moeilijk tot september  zijn kaarten
dicht tegen de borst houden. Geruchtenstroom en lekken zouden het 
gewenste serene klimaat verzieken.
 
Mocht het Parlement ontevreden zijn over bepaalde kandidaten, dan kan
het  Prodi herinneren aan diens recht een veto uit te spreken. Dat recht
wordt dan  een beetje een recht van het Europees Parlement. De nieuwe
Commissievoorzitter  maakt buigingen naar het Parlement. Zo moet zijn
uitlating worden verstaan dat  commissarissen zouden moeten aftreden als
hij er om vraagt. In hetzelfde kader  past het bericht dat hij er aan
denkt een vice-voorzitter van de Commissie te  belasten met de relaties
met het Parlement.
 
De carrousel inzake personen en portefeuilles kan nu beginnen. In de
media  gonst het. Ook Nederland is bezig positie te kiezen. Minister Van
Aartsen van  Buitenlandse Zaken liet weten dat Nederland 'zeer snel' een
kandidaat naar  voren zal schuiven. Publiekelijk of binnenskamers? Dat
is van belang voor de  marges van Prodi, de aard van de portefeuille en
het vaderlandse personage.  Beschouwingen in de media dat een
post/kandidaat in het verlengde moet liggen  van zwaarwegende
Nederlandse belangen gaan te kort door de bocht. Het is een,  in ruime
zin, Nederlands belang dat er een sterke Commissie zal aantreden met 
daarin een kundige Nederlander.
 
Ons land moet waarschijnlijk rekening houden met een bescheiden
portefeuille  na de 'heavies' van Andriessen en Van den Broek. En
de persoon staat in feite  ook al vast. Zet men op een rij dat Van
Aartsen een lid van de VVD als  nieuwe commissaris in de rede vindt
liggen, dat de vice-voorzitter van de  VVD-fractie in de Tweede Kamer
Bolkestein al openlijk noemde, en dat  deze laatste zich beschikbaar
heeft gesteld, dan is de race gelopen. Het kabinet kan niet om
Bolkestein heen. En als de portefeuille Bolkestein  niet bevalt? Dat had
hij dan eerder moeten bedenken. Ook hij heeft ampel  kunnen taxeren wat
de kansen op een zware portefeuille voor Nederland op dit  moment zijn.
Afhaken om redenen van het te gering geachte gewicht van de 
portefeuille zou voorts tamelijk pijnlijk zijn voor Nederland en de
liberaal  die als mijnheer of mevrouw 'tweede keus' naar Brussel zou
afreizen. Is er oppositie tegen Bolkestein buiten het kabinet? Jawel,
bij een aantal  Nederlandse eurolijsttrekkers. Zullen die bezwaren bij
Prodi of het Europees  Parlement veel indruk maken als de Nederlandse
regering er aan voorbijgaat?  Eerlijk gezegd zal de eigen reactie van
Prodi op de eventuele voordracht van  Bolkestein interessanter zijn. Was
hij niet de man die zich tot de laatste  snik heeft verzet tegen de
toetreding van Italië tot de Economische en  Monetaire Unie? De man
die meermalen de voeding van de Europese structuurfondsen betitelde als
het rondpompen van geld? Dat zijn eigenlijk ook  voor het Europees
Parlement wel leuke punten om tijdens de hoorzitting aan  Bolkestein
voor te leggen. De liberale voorman zal er zich ongetwijfeld uit  weten
te redden. maar hij zal het wel niet aandurven de bescheiden koers van 
de euro ten opzichte van de dollar en het weer oplopen van het
Italiaanse  begrotingstekort ter sprake te brengen om alsnog zijn gelijk
te bewijzen. Jean Penders was van 1979 tot 1994 lid van het Europees
Parlement waar  hij deel uitmaakte van de christen-democratische
fractie.
 
 
  | 
NRC Webpagina's  
  | 
| Bovenkant pagina |