C O L U M N  
NIEUWS   |  TEGENSPRAAK   |  SUPPLEMENT   |  AGENDA   |  ARCHIEF   |  ADVERTENTIES   |  SERVICE  

VRIJDAG
Eerder verschenen
columns

DE DRAAD
JL HELDRING
HJA HOFLAND
YOUP VAN 'T HEK
KAREL KNIP
ELSBETH ETTY
ROEL JANSSEN

Seizoenkunst

door Henk van Gelder
Dit stukje wordt één keer per jaar geschreven. Het vertelt ieder jaar, in iets andere bewoordingen, hetzelfde. Deze keer gaat het over de NPS- rubriek C-Land op de woensdagavond, vorig jaar ging het over de kunstrubriek Panorama Vrijdag en het jaar daarvóór over Kunstmest. Maar telkens is het weer het oude liedje: de NPS zet haar wekelijkse kunstrubriek op de helling en maakt er na de zomer een heel ander programma van. De laatste aflevering van C-Land wordt komende woensdag uitgezonden; volgens een woordvoerder wordt intussen 'gebrainstormd' over een nieuwe vorm.

De korte inhoud van het voorafgaande begint vier seizoenen geleden, toen het denkende deel van de Nederlandse omroep bevangen werd door het verlangen naar een eigen versie van de toenmalige, dagelijkse BBC- rubriek The Late Show.

Dat zou bij ons nooit elke avond kunnen, maar een wekelijks programma over kunst en cultuur moest mogelijk zijn. Zo begon toen, op de late vrijdagavond onder de ongelukkige titel Kunstmest, een rubriek waarin Mieke van der Weij liet zien hoe laag de drempels in kunstenland kunnen zijn.

Na één seizoen werden Kunstmest en Mieke van der Weij alweer afgedankt. In hun plaats verscheen drie seizoenen geleden de rubriek Panorama Vrijdag, met de nogal onzeker ogende Jan Meng als presentator. Toen ook hij na één seizoen aan de kant was gezet, bleef het programma nog wel dezelfde titel houden - nu als verzamelnaam voor een wekelijkse grabbelton vol onderhoudende kunstreportages met een anonieme commentaarstem. Maar vorig seizoen sneuvelde ook die naam. Voortaan was het C-Land, niet meer weggestopt op een laat uur, maar voluit om half negen 's avonds, in het tijdblok dat in het jargon der omroepleiders als prime time wordt aangeduid.

C-Land was evenmin ideaal als zijn voorgangers. Het was doorgaans gewijd aan één thema, dat werd aangesneden in een vaak nogal vluchtige reportage, waarna presentatrice Petra Possel er met één of meer gasten aan tafel over napraatte. Erg diep ging de rubriek zelden of nooit, soms was het alsof de inhoud nog op het laatste moment moest worden vastgesteld en ook de gesprekspartners vielen lang niet altijd mee. Maar daarnaast herinner ik me een verrassende aflevering over de architectuur van parkeergarages en een bezienswaardige uitzending over Spaanse kunstschatten. En overigens waren de makers zo te zien nog niet in hun vorm vastgeroest; vorige week grepen ze opeens terug naar de formule van drie verschillende onderwerpen in één uitzending, met als gevolg dat het programma er aanzienlijk levendiger van werd.

Wederom maakt de NPS er echter al na één seizoen een eind aan. De kijkcijfers vallen tegen, en dat bete kent: brainstormen over iets anders. Dat de kijkcijfers van een kunstrubriek altijd zullen tegenvallen voor wie een groot publiek verwacht, doet er kennelijk niet toe. Evenmin, blijkbaar, als de logische gedachte dat een herkenbare rubriek een groot goed kan zijn voor een klein, maar trouw publiek. Voor de vijfde keer binnen vijf jaar wordt komend seizoen een nieuwe groep programmamakers in het diepe gegooid om een nieuw programma te maken. Hun lot staat nu al vast.

(Uit Cultureel Supplement van 11 juni 1999 )

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)