|
|
|
NIEUWSSELECTIE Dossier DNA
|
Op de koffie
EEN TWEEDE is de vraag hoe moeilijk minister Korthals het zichzelf wil maken over dit concrete geval. De Hoge Raad heeft in juni 1999 bepaald dat de speciale DNA-procedure in de wet niet van toepassing is op materiaal dat bij wijze van spreken voor het oprapen ligt: kussensloop, tandenborstel, sigarettenpeuk. Waarom dan niet ook een koffiekopje? Het ging de Hoge Raad wel om personen tegen wie een verdenking bestaat. Bij een niet-verdachte, zoals het geval van het koffie-kopje, staat het de politie altijd vrij om medewerking te vragen, inclusief een DNA-test. Deze medewerking dient dan wel vrij willig te zijn. Voor de praktijk van alledag is een variant van "wie zwijgt stemt toe" zeer verleidelijk. Rechters zijn in het verleden niet afkerig gebleken dit argument te honoreren. Zo werd een illegale zendamateur eens geacht in te stemmen met een verrassingsinval zonder huiszoekingsbevel, omdat hij niet direct luidkeels een halt had toegeroepen aan de politie toen deze zijn pand kwam binnenzetten. De zaak kwam wel bij de Hoge Raad maar niet om die reden. Dat lot verdient de truc van het DNA-kopje koffie niet. |
NRC Webpagina's 5 MAART 2001
|
Bovenkant pagina |
|