U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
N R C   H A N D E L S B L A D  -  V O O R P A G I N A
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Euro

Nederlandse munt

Onze Taal


'Riks' bedreigde muntsoort

Door EWOUD SANDERS
ROTTERDAM, 5 JAN. Pegels, poet, spijkers, slappe was. Dat is maar een kleine greep van de vele namen die Nederlanders geven aan hun geld. Namen die mogelijk zullen verdwijnen als op 1 januari 2002 de euro wordt ingevoerd. Er komen geen munten van 25 eurocent of 2,50 euro, dus is de vraag wat met de woorden 'kwartje' en 'riks' zal gebeuren.

Op verzoek van NRC Handelsblad deed het Meertens Instituut in Amsterdam onderzoek naar de volksnamen die op dit moment in Nederland voor geld worden gebruikt. Het is voor het eerst in de geschiedenis van de Nederlandse dialectologie dat dit voor het hele Nederlandse taalgebied werd onderzocht. De meest opmerkelijke conclusie is dat er veel meer volksnamen voor geld blijken te bestaan dan tot nu bekend was: alles bij elkaar ruim honderdvijftig namen. Er blijken meer namen te bestaan voor munten dan voor biljetten. Dat is historisch zo gegroeid: vooral in arme streken had het volk meer de beschikking over munten dan over bankbiljetten. De volksnamen voor munten zijn meer aan een regio gebonden. Zo wordt 'spie' vooral in de Randstad voor 'cent' gebruikt en met name in Noord-Brabant zegt men 'sou' voor 'stuiver'.

Geld of munten noemen we 'duimkruid' (vooral in Den Haag), 'klamotten' (Limburg, Overijssel) en - verspreid door het hele land - 'kluiten', 'moneten', 'monnie', 'pegels', 'poet', 'slappe was', 'specie' en 'spijkers'. En als het over papiergeld gaat, gebruiken we in plaats van het statige '(bank)biljet' woorden als 'bankje', 'briefje', 'flap', 'lapje', 'papiertje' of 'prent'. De vijfhonderd respondenten van het Meertens Instituut is ook gevraagd naar de betekenis van volkswoorden als 'piek', 'joetje' en 'geeltje'. De verwachting leek gewettigd dat iedereen in Nederland en Vlaanderen, van kleuter tot hoogbejaarde, weet wat een piek is, maar dat was lang niet het geval. Niet minder dan 109 respondenten bleken woord noch betekenis te kennen.

Lees ook
Kwartje, riks en rooie rug - hoe lang nog?

NRC Webpagina's
5 JANUARI 2001


( a d v e r t e n t i e s )

Klik hier

Klik hier

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad