U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Klik hier
N R C   H A N D E L S B L A D  -  B U I T E N L A N D
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Vietnam Yesterday and Today
(Chronologie)

UNESCO



De beroemde foto van Nick Ut uit 1972 (Foto AP)

Zoektocht naar het meisje van de foto


De Chinees-Canadese schrijfster Denise Chong schreef 'Het meisje van de foto', het verhaal van het door napalm getroffen kind Kim Phuc uit Vietnam. Wat is er van Kim geworden?

Door onze redacteur TRACY METZ

ROTTERDAM, 29 DEC. Ze is hét beeld geworden van de Vietnamoorlog: het blote meisje dat gillend op ons af komt rennen, armen wijd, soldaten en een vlammenzee op de achtergrond. Zeg 'napalmmeisje' en ook wie deze oorlog niet heeft meegemaakt, ziet meteen de foto op zijn netvlies. Wie was dat meisje? Heeft ze de oorlog overleefd, hoe is het haar vergaan? Het verhaal van Kim Phuc - haar naam betekent 'gouden geluk' - en daarmee van Vietnam tijdens en na de oorlog, staat in het boek 'Het meisje van de foto' door de Chinees-Canadese schrijfster Denise Chong. Onlangs bezocht Chong Nederland, waar de vertaling van dit, haar tweede boek, is verschenen.

Kim was negen toen op 8 juni 1972 bommen vielen op het tempelcomplex waar zij met haar familie schuilde. Zij en haar tante raakten gewond door het kleverige napalm, twee neefjes stierven. Zij waren slachtoffer van wat zo wrang friendly fire heet: de bommen waren per vergissing afgeworpen door uit de koers geraakte piloten van de eigen Zuid-Vietnamese luchtmacht. De journalisten en fotografen die langs Highway 1 de oorlogshandelingen van die dag hadden gevolgd, stonden op het punt naar Saigon terug te rijden toen deze bizarre vergissing zich voor hun ogen afspeelde. Toen Kim er aan kwam rennen, was de Zuid- Vietnamese fotograaf Nick Ut, werkzaam voor het persbureau Associated Press, de enige die nog een filmrolletje in zijn toestel had. Op de redactie scheelde het weinig of de foto was in de prullenbak terechtgekomen, gezien de richtlijn van AP tegen frontal nudity.

Toch werd de foto de wereld in gestuurd. Die zou Ut later de Pulitzerprijs bezorgen. "Nick Ut heeft Kim en haar tante naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis gebracht", zegt Chong. "Haar ouders waren haar uit het oog verloren en wisten niet of ze nog leefde. Op goed geluk zijn ze naar Saigon gegaan en hebben alle ziekenhuizen afgezocht. Toen ze het bijna hadden opgegeven, wees een schoonmaker hen op een houten paviljoen op het achterterrein en zei: 'Daar liggen de kinderen die gaan sterven'." Kim lag daar inderdaad, met derdegraads verbrandingen over bijna een derde van haar lichaam. Ruim een jaar bleef ze in het ziekenhuis en onderging huidtransplantaties. "Thuis probeerde ze het gewone leven van een schoolmeisje weer op te pakken", vertelt Chong, " maar ze bleef veel pijn houden." Het leven onder het communistische regime werd steeds zwaarder. De noedelkraam van Kims moeder, Nu, die het gezin onderhield, werd onteigend. De familie zakte steeds dieper weg in honger en armoede en zag zich eind jaren zeventig gedwongen te verhuizen naar een ander dorp, vlakbij de Cambodjaanse grens. Daar raakten ze in de greep van alweer een oorlog, een waar ze nóg minder van begrepen, die tussen Vietnam en de Rode Khmer in Cambodja.

Kims foto was in het Westen zo beroemd geworden, vertelt Chong, dat journalisten bij elke herdenking van de oorlog naar haar vroegen. "Het regime begreep dat zij nuttig kon zijn als propaganda. Na de middelbare school wilde ze arts worden, maar ze werd zo vaak van haar studie afgehaald dat ze die moest opgeven. Toch moest ze blijven zeggen dat ze medicijnen studeerde, dat alles heel goed ging. Ze hielden haar aan een touwtje."


Kim Phuc met haar zoontje, drie jaar geleden gefotografeerd in Toronto (Foto AP)
Eind jaren tachtig mocht Kim in Cuba gaan studeren. Na een paar jaar vond ze het idee dat ze terugmoest naar die poppenkast in Vietnam onverdraaglijk. Onderweg naar Moskou voor hun huwelijksreis in 1992 vertelde ze haar kersverse Vietnamese echtgenoot met wie ze in Havana was getrouwd, dat zij asiel wil aanvragen tijdens een tussenlanding in Canada, en dat ze hoopt dat hij meegaat. Sindsdien wonen zij in de buurt van Ontario, inmiddels met hun twee zoontjes, en is Kim goodwill-ambassadeur
voor de UNESCO, het kinderfonds van de Verenigde Naties. Haar ouders hebben zich bij hen gevoegd

Heeft Kim behalve last, ook enige profijt gehad van haar bekendheid?

Denise Chong: "Jawel. Dankzij de inspanningen van een journalist van Stern is zij in een Duitse brandwondenkliniek behandeld. Ze maakte ook kennis met hooggeplaatste figuren in het regime. Een van hen zorgde ervoor dat ze met een jongerenreis naar Moskou ging en dat ze in Cuba kon studeren, al was Cuba net zo arm als Vietnam. Ze mocht ook bijna naar Amerika om spreekbeurten te geven, totdat de autoriteiten een brief onderschepten waarin haar broer haar aanspoorde om deze kans te grijpen en weg te blijven. Dit was de tijd van de bootvluchtelingen, die met hun wanhoopsdaden het regime in verlegenheid brachten."

Hoe kwam u haar op het spoor?

"Zij leefden al een tijd van een minieme uitkering. De enige manier die zij kon bedenken om aan geld te komen, was door haar verhaal te verkopen. Ze was het leven van een bekendheid tegen wil en dank in Vietnam ontvlucht, nu zag ze zich er opnieuw toe gedwongen. Haar agent nam met mij contact op wegens mijn eerste boek, The Concubine's Children (Dochters van de Concubine), over mijn eigen familie die verdeeld was over China en Canada. Terwijl we nog in onderhandeling waren, kwam een tabloid uit Toronto haar op het spoor. Aan haar periode van anonimiteit was hoe dan ook een einde gekomen."

Hoe heeft u het materiaal vergaard?

"In 1996 ben ik op een toeristenvisum naar Vietnam gegaan en heb in een maand tijd met buren, familieleden en bekenden van Kim gesproken. Ik heb geprobeerd de geïnterviewden zo min mogelijk in gevaar te brengen, bijvoorbeeld door af te spreken in drukke gelegenheden waar we niet konden worden afgeluisterd. Ik denk dat het hielp dat ik zelf Aziaat ben, al was het omdat ik op straat niet zo opviel. Met Kim zelf heb ik twee jaar lang bijna elke dag gesproken. In het begin ging het heel slecht met haar, ze was heel bang en depressief. Elke dag deed ze de deur open in dezelfde turkooiskleurige ochtendjas. Haar geestesgesteldheid had niet alleen met heimwee te maken, maar ook met de kille ontvangst in de Vietnamese gemeenschap. Zij vertrouwden het voor geen cent dat Kim pas in 1992 was uitgeweken. Ze zal wel een spion zijn, dachten ze."

Had Kim zeggenschap over de inhoud van uw boek?

"Nee. Daar is lang en hard over onderhandeld. Haar agent had een vlug boekje in gedachten, maar ik wilde het hele verhaal vertellen, ook de geschiedenis van de oorlog zelf, ook de dingen die Kim niet wist of niet wilde horen. Inderdaad bleek er veel in te staan over het verloop van de oorlog en de lotgevallen van haar familie waar ze niets van wist. Ze is nog steeds tamelijk naïef. Vergeet niet dat zij onder het communisme is grootgebracht, een systeem waarin je vooral niets moet vragen en geen kritische gedachten moet koesteren. "

Wat betekent de foto nu nog?

"De foto heeft een kracht die boven Kim uitstijgt als een zinnebeeld voor zinloos lijden. Dat ziet zij ook. Opvallend vond ik het verschil in de reacties. Amerikanen vinden de foto enerzijds beschamend, anderzijds bevrijdend: velen zien hierin de ommekeer in de oorlog. 'Dankzij deze foto hield de oorlog eindelijk op', zeggen zij. Zuid- Vietnamezen daarentegen moeten erom huilen: de foto markeert het moment dat zij de oorlog verloren, dat Amerika ze aan de communisten overliet. Voor Amerikanen is het nog steeds zo dat Vietnam niet zozeer een land was maar een oorlog."

Denise Chong: 'The Girl in the Picture', uitg. Viking (geb.) en Simon Schuster (pap.), 'Het meisje van de foto' en 'Dochters van de concubine, uitg. Prometheus.

NRC Webpagina's
29 DECEMBER 2000


( a d v e r t e n t i e s )

Klik hier

Klik hier

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad