|
|
|
NIEUWSSELECTIE Paralympics Sydney
|
Gouden-Medaillewinnaar Mulder kritisch over
Paralympics
TWELLO, 4 NOV. Het verhaal was te mooi om waar te zijn. 'Wielrenner Jan Mulder is aan de vooravond van de Paralympics bestolen door een kangoeroe', berichtte het Gelders Dagblad. Niet veel later maakte ook De Telegraaf melding van de botsing-met-curieuze-afloop. 'Mulder trok zijn trainingsjack uit om een foto te maken', schreef de krant. 'Op het moment dat de foto werd genomen, ging de kangoeroe er met het trainingsjack en licentie van de renner vandoor.'Mulder kan nog altijd smakelijk lachen om zijn eigen vondst. Een leugentje om bestwil, verklaart de visueel gehandicapte wielrenner. Als de media hem niet zien staan, dan zorgt hij zelf toch voor nieuws? Mulder is zijn eigen perschef. "Vlak voor vertrek heb ik de Apeldoornse Courant gebeld, met de mededeling: jongens, als jullie nog wat willen, moet je snel zijn. 'Meld je maar als er nieuws is', kreeg ik te horen. Nou, dat heb ik gedaan." Maar, en zo eerlijk moet Mulder wel zijn: de laatste twee, drie weken heeft hij over aandacht niet te klagen. Tijdens de Paralympics, de Olympische Spelen voor sporters met een handicap die afgelopen zondag in Sydney werden afgesloten, dook zijn naam regelmatig op in de media. Toen hij, met voorrijder Jeroen Straathof, een wereldrecord vestigde op de achtervolging bijvoorbeeld, een dag later gevolgd door de gouden medaille. Voor Mulder, wiens zichtvermogen als gevolg van de erfelijk overdraagbare oogziekte LOA is beperkt tot minder dan tien procent, betekende het zijn derde gouden plak, nadat hij eerder succesvol was in Barcelona (1992) en Atlanta ('96). Maar wie kent hem? In eigen kring gaat hij door het leven als Mister Tandem, als de talentvolle amateur die in 1982 tegen het wegdek smakte waarna zijn oogziekte zich openbaarde. In zijn woonplaats Twello kijken ze allang niet meer vreemd op als de parttime-personeelsconsulent op de fiets voorbij snelt. Maar tot een klaagzang over een gebrek aan erkenning laat Mulder zich niet verleiden. "Mijn directe omgeving heeft begrip voor de keuzes die ik maak, en de passie die daarmee gepaard gaat. Dat is voldoende." Niet te spreken is Mulder daarentegen over de houding van de Nederlandse media, die niet of nauwelijks oog hadden voor wat hij "het maatschappelijke fenomeen Paralympics" noemt. "Gelukkig leven we in Europa, en kwam het publiek bij de Engelse en Duitse tv wel aan z'n trekken. Ook al ben je van mening dat het geen topsport is, het is en blijft een evenement dat de gemoederen bezighoudt. Waarom zitten er bij de sluitingsceremonie 110.000 toeschouwers op de tribunes? Nederland 3 besteedt veel tijd en aandacht aan kunst en cultuur. Terecht. Maar bij mij in de straat is niemand daarin geïnteresseerd." Een antwoord op de vraag waarom de aangepaste sport nog altijd geen volwaardige status heeft afgedwongen, is snel gevonden. "Een jaar of tien geleden heb ik Mart Smeets gevraagd waarom Studio Sport zo weinig aandacht aan de aangepaste sport besteedt. Vergeet niet: ik heb ook sponsors die af en toe met hun naam in beeld willen komen, en ik ben niet de enige. 'Wij tonen topsport, geen sport', was zijn antwoord. 'Maar als de rolstoelbasketballers een dunk maken, bel me dan maar!' Ja, dan ben je uitgepraat." Pijn doen dergelijke opmerkingen niet meer. Die tijd ligt achter hem. Bovendien is Mulder de eerste om te erkennen dat de Paralympics voor verbetering vatbaar zijn en sommige disciplines verdacht veel op "een spelletje" lijken. "Het is makkelijker scoren dan bij de Olympische Spelen. Aan sommige onderdelen doen maar vier deelnemers mee. En iemand die acht jaar geleden goud won bij het zwemmen, wint nu goud bij het paardrijden. Het lijkt me sterk dat Anky van Grunsven in Athene als eerste aantikt op de 100 meter vrije slag. Er gaan nu stemmen op om onze medailles ook te belonen. Je hoort mij niet klagen als ik morgen 60.000 gulden krijg, maar laten we reëel blijven. Onze prestaties staan niet in verhouding tot die van Pieter van den Hoogenband." Zelf zit Mulder gemiddeld 25 uur per week op de fiets, zoals te lezen is op zijn website (www.mrtandem.nl). "Wielrennen is voor mij één van de weinige bezigheden waarbij ik mijn belemmering niet ervaar. Ik leef voor die sport, als een soort monnik op de Veluwe. Met het oog op de Paralympics heb ik in juni besloten om onbetaald verlof te nemen. Dat komt mijn maatschappelijke carrière niet ten goede, maar die keuze heb ik bewust gemaakt." Niet iedereen legt zoveel bezieling aan de dag, constateerde Mulder in Sydney, en tegenover De Telegraaf deed hij zijn beklag over het vermeende gebrek aan professionalisme bij onder meer de voetballers. "Wat ik heb proberen uit te leggen is: jarenlang was Nederland de beste bij het voetbal. Nu andere landen het ook serieus nemen, blijkt dat de leefwijze van sommigen niet langer toereikend is. Vervolgens staat er in de krant dat ik blij ben met de uitschakeling van die alcoholisten. Zo heb ik het nooit gezegd, al heb ik me wel gestoord aan sommige jongens die na afloop meteen een sigaret opstaken en 's avonds te veel dronken." Een aantal leden van de paralympische ploeg was furieus toen zij de gewraakte uitspraken onder ogen kreeg. Als straf voor zijn openhartigheid mocht Mulder de vlag niet dragen tijdens de sluitingsceremonie. "Spijt van mijn uitlatingen heb ik niet. Anderen hebben er minder voor over dan ik. Hun goed recht, maar heb het dan over sport en wat minder over topsport. Ik heb mensen slechts een spiegel willen voorhouden. Dat die boodschap niet strookt met hun zelfbeeld, is niet mijn probleem. Wat me vooral opviel was de felheid van de reacties. Het kan bijna niet anders of sommigen roken en drinken nog meer dan ik al dacht." Het was niet de eerste keer dat Mulder voor opschudding zorgde. Tijdens de olympische ploegoverdracht, vier maanden geleden in Papendal, hekelde hij ten overstaan van een bomvolle zaal de hypocrisie van de bestuurders. "Het ging om de kledingpakketten. De suggestie werd gewekt dat er sprake was van gelijkheid, dat wij hetzelfde kregen als de valide sporters. Dat was niet zo. Dat hoeft ook niet, maar doe dan niet alsof." Zijn kritische noten bleven niet zonder gevolgen. "Na afloop beloofde Vliegenthart (staatssecretaris VWS, red.) dat ook wij een volledig gesponsord pakket zouden krijgen. Het verschil zou zij betalen. Die opmerkingen leverden ons drie ton op." Ach ja, de politici. "In Sydney kwam ene meneer Meijer op me af, lid van de Tweede Kamer. Met de vraag of de wedstrijd voor tandems op de weg de volgende keer nog wel georganiseerd moet worden. Omdat wij gebruik maken van een valide voorrijder, die behalve de power door zijn zichtvermogen ook nog een deel van de tactiek bepaalt. Kortom, wat was mijn bijdrage nog? Wat moet ik daarop zeggen? Ze hebben het allemaal over integratie, maar zodra twee mensen, de één met en de ander zonder beperking, samen een sport beoefen, dan rijzen er vragen." Maar wat zou Mulder zich druk maken? Zolang hij zelf maar weet waarmee hij bezig is en een bevredigend antwoord kan geven op de vraag waarom hij aan topsport doet. "Ik heb de laatste dagen veel kaarten ontvangen met teksten als: een prachtige manier om je carrière af te sluiten. Alsof een man van 44 gedwongen is te stoppen. Die beslissing neem ik nog altijd zelf."
|
NRC Webpagina's 4 NOVEMBER 2000
|
Bovenkant pagina |
|