W E E K B L A D E N :
Malaise bij de opinieweekbladen
Oplages lopen terug,
hoofdredacteuren en uitgevers vertrekken en het publiek kiest voor
special interest bladen. Het gaat niet goed met de
opinietijdschriften. "PCM zou de Weekbladpers moeten kopen en de
redactie van Vrij Nederland het Volkskrant Magazine
laten maken."
JAPKE-D.BOUMA en RONALD ROVERS
Zit er nog toekomst in de opiniebladen? "Als je me vraagt wat het belang
is van een uitgever in termen van munten, dat is er dus niet." Nico van
Zetten is directeur publishing bij Audax, de uitgever van onder
meer HP/De Tijd. De cijfers van Het Oplage Instituut (HOI) over
het tweede kwartaal laten opnieuw een dalende oplage zien van de
opiniebladen. HP zakte met een oplage van 38.828 in het tweede
kwartaal van 1999 naar 36.288 in het 2e kwartaal van dit jaar. Vrij
Nederland: van 70.698 naar 60.809. Positieve uitzondering is
Elsevier; daar groeide de oplage van 131.710 naar 141.770. En ook
buitenbeentje de Groene Amsterdammer wist een stijging te
realiseren van 13.622 naar 14.459.
Het belang van de opiniebladen is de laatste jaren afgenomen ten gunste
van de special interest bladen. Voornaamste stijgers waren de
managementbladen (plus 4 procent), sportbladen (plus 3 procent) en de
gezinsbladen (plus 2 procent). De uitgever van Vrij Nederland, De
Weekbladpers, kwam met nieuwe titels als Psychologie Magazine,
J/M en Men's Health. "We moeten onze portfolio verbreden
om ons bedrijf sterker te maken", zegt Weekbladpers-directeur Pieter de
Jong. Minder afhankelijk van Vrij Nederland, bedoelt hij. Van
Zetten van HP: "Maar geld is niet de enige drijfveer als je een
opinieblad wilt maken. Er is ook nog zoiets als emotie. Die is er bij
mij voor tweehonderd procent."
Willen Nederlanders geen opiniebladen meer lezen? Is er slechts ruimte
voor gespecialiseerde tijdschriften over auto's, vrouwenvlees, of
tuintrends? Er zijn verschillende verklaringen voor de teruglopende
lezersaantallen. Natuurlijk hebben de opiniebladen al jaren te lijden
onder de dagelijkse opiniepagina's van kranten en verschijnen er steeds
meer tijdschriften, die, zoals Nieuwe Revu, ook opiniestukken
afdrukken. Het aantal televisiekanalen neemt toe. Internet groeit als
bron van informatie en plaats van discussie. Het betekent minder tijd
per medium - dus minder noodzaak voor een abonnement.
Vrij Nederland heeft het er moeilijk mee. Het instituut van
weleer zag onlangs hoofdredacteur Oscar Garschagen en uitgever Lize
Alink vertrekken. De oplage daalde de laatste twee jaar van 75.000 naar
60.000 - het weekblad heeft ooit oplages van 90.000 gekend. Exacte
cijfers zijn moeilijk te bepalen omdat de oplages van veel bladen
jarenlang kunstmatig hoog zijn gehouden doordat uitgevers vlak voor een
telling proefabonnementen gingen ronselen. Sinds twee jaar worden de
oplages nauwkeuriger vastgesteld. "Vrij Nederland heeft veel te
lang op de automatische piloot gevlogen", zegt Weekbladpers-directeur
Pieter de Jong. "VN heeft in het verleden een grote rol gespeeld
in het ontrafelen van politieke mechanismen. Maar tegenwoordig is de rol
van het politieke centrum minder belangrijk. Nu is de economie
belangrijker. Een krant als NRC heeft daar bijvoorbeeld heel goed
op in gespeeld. Economie behoort daar nu echt tot het DNA van die krant.
Die bocht heeft VN te laat genomen."
Hij signaleert een "cafetariamodel": lezers verbinden zich niet meer met
één blad maar kopen dan eens hier een los nummer van, dan
weer daarvan. Ondanks teruglopende lezersaantallen vindt De Jong niet
dat de tijd van de opiniebladen voorbij is. Hij citeert Arthur
Sulzberger, uitgever van de New York Times, die beweerde dat er
'meer tomaten in de soep moeten'. "De kwaliteit moet omhoog," zegt hij.
Meer redacteuren dus? "Nee, maar wel meer kwaliteit."
Uitgevers bezinnen zich noodgedwongen op een nieuwe koers. Uit onderzoek
dat HP onder zijn lezers liet uitvoeren blijkt dat het blad terug
moet naar "de oude waarden van een opinie-tijdschrift", zegt Van Zetten
van Audax. "Geen belerende artikelen, maar informatie overdragen in de
vorm van overzichtsartikelen." De lezers vinden het blad te
vrijblijvend. En de cover moet anders. "Meer eigen identiteit, meer
stijl." HP moet van Audax binnen een jaar "trendmatige stijging"
in de oplage laten zien. Als dat niet lukt, wordt in de redactie
gesnoeid.
Ook Vrij Nederland sleutelt aan de formule. "Vroeger was het
motto: 'wij weten het beter', zegt Pieter de Jong. "Nu moeten we minder
opiniëren maar meer informeren èn analyses bieden." Als
voorbeeld van een minder geslaagd nummer noemt hij de zomerspecial van
dit jaar met zonnebrandcrème op de cover. Dat vindt hij een te
lichte aanpak. "Vrij Nederland moet inhoudelijker worden." VN
moet volgens de Jong meer een overzicht gaan bieden van wat er de
voorbije week gebeurde. "Juist nu de kranten dikker en dikker worden en
de consument wordt overvoerd met nieuws op tv en internet, juist in die
chaos kan een weekblad een overzicht bieden. Is De Jong niet bang dat de
magazines die tegenwoordig bij de Volkskrant en het Algemeen
Dagblad worden geleverd, dezelfde functie krijgen? Nee, zegt De
Jong. "Wij hebben een jarenlange ervaring met het maken van een
weekblad. Krantenredacties leven bij de waan van de dag. Die verander je
niet zo maar." Die mening is ook Nico van Zetten van Audax toegedaan.
"PCM zou de Weekbladpers moeten kopen en de redactie van Vrij
Nederland op het Volkskrant Magazine moeten zetten."
Elsevier gaat ondertussen onverstoorbaar verder. De Jong
verklaart het succes door het herkenbare, "hapklare product' dat het
blad wekelijks aflevert. "Ze hebben zich flexibel aangepast aan de
nieuwe tijdgeest. En ze presenteren korte artikelen met plaatjes en
graphics.
Van Herwaarden van Elsevier: Ik vind het een veeg teken als
bladen plotseling het roer omgooien. Wij veranderen voortdurend.
"Rolling reform wordt dat bij ons genoemd. Bij HP en VN
is dat een beetje blijven hangen. Het primaat ligt daar nog steeds
bij opinie."