|
|
|
NIEUWSSELECTIE Terug naar nieuwsbericht
|
Schröder: De Duitse ziekte is voorbij
Door Michèle de Waard BERLIJN, 17 JULI. Gerhard Schröder, de Duitse bondskanselier, kan zijn geluk niet op. Stralend kijkt hij dezer dagen in de camera's. Het is de lach van een winnaar. Na een jaar vechten met zijn eigen partij, ondernemers, vakbonden en oppositie, heeft Gerhard Fritz Kurt Schröder zijn eerste echte triomf behaald. "Dit is een grote dag voor Duitsland en een goede dag voor onze reputatie in de wereld", reageert hij. En: "De Duitse ziekte is voorbij." "Wij zijn druk bezig om de Reformstau, de filevorming bij hervormingen, werkelijk op te lossen", aldus de sociaal-democratische kanselier. Afgelopen vrijdag slaagde hij erin zijn belastingplannen door de Bondsraad (Eerste Kamer) te loodsen. Daarmee maakte hij niet alleen de weg vrij voor lagere belastingen voor burgers en bedrijven. Ook slaagde hij er meesterlijk in een wig te drijven in de vernieuwde oppositionele CDU. Want in de Bondsraad ging een aantal prominente CDU- politici overstag. De nieuwe partijleiders, Angela Merkel en Friedrich Merz, stonden lelijk in de kou. Het was een staaltje machtspolitiek dat Schröder wel is toevertrouwd. Aan de vooravond voor de stemming in de Bondsraad, waarin de zestien deelstaten zijn vertegenwoordigd, toverden de kanselier en minister Hans Eichel (Financiën) nog snel enkele miljarden marken uit de hoed, waardoor ze de twijfelende CDU'ers over de streep trokken.
Grote triomfator: Gerhard Schröder. Hij trad aan als economisch vernieuwer. Nu maakt hij deze belofte waar. In de herfst van 1998 volgde hij de christen-democraat Helmut Kohl op die 16 jaar aan de macht was. "We zijn bezig onze doelen te verwezenlijken. We willen Duitsland moderniseren. Er is een begin gemaakt met ingrijpende veranderingen op financieel en economisch terrein", zegt Schröder (56) daags voor het cruciale belastingdebat in een vraaggesprek met vijf Europese journalisten in zijn werkkamer in het Berlijnse Staatsratsgebude waar DDR-leider Erich Honecker nog resideerde. De zogenaamde German disease - de verlammende combinatie van hoge werkloosheid, hoge belastingen en weerzin tegen economische veranderingen hoort tot het verleden. Toen Schröder bijna twee jaar geleden aan de macht kwam, wist niemand wat de nieuwe kanselier, die in de voetsporen trad van Helmut de Grote, van Duitsland verlangde. Was hij een Duitse variant op de Britse sociaal-democratische premier Tony Blair? Leek hij op de traditioneel linkse minister-president Lionel Jospin in Parijs? Of was hij eerder met premier Wim Kok te vergelijken wiens poldermodel in het kleine Holland hem inspireerde? "Allemaal goede en slimme collega's. Maar ik ben de Duitse Gerhard Schröder", zegt de kanselier vol zelfvertrouwen. "Ik ben nu ruim 56 jaar oud. Ik wil niet als kopie van de een of de ander door het leven gaan." Er glijdt een spoor van ontspanning over zijn gezicht. Halverwege zijn ambtstermijn is Schröder druk doende zijn verkiezingsbelofte in te lossen. 'Werk, werk, werk' was immers zijn motto tijdens de campagne in 1998. In de nadagen van Kohl telde de republiek bijna vijf miljoen werklozen. Nu zijn dat er minder dan vier miljoen. Schröder wilde "niet alles anders doen", beloofde hij, wel veel dingen beter doen. Langzamerhand gaat het inderdaad die kant op. Het eerste jaar struikelde de rood-groene coalitie nog over haar eigen Sturm und Drang. Amateuristisch optreden werd afgewisseld met de machtsstrijd tussen Schröder en Oskar Lafontaine, de vorig jaar opgestapte SPD-voorzitter en minister van Financiën die de economie met traditioneel linkse middelen wilde oppeppen. Zou u van deze man een tweedehands auto kopen?, schreef het Britse weekblad The Economist amper twee jaar geleden. Nu stelt het blad de "Rebirth of a salesman" vast. Plotseling ziet Duitsland er ook volgens de Britten veel opgewekter uit. De Amerikaanse president Bill Clinton, zijn Russische collega Vladimir Poetin, de Franse president Jacques Chirac, de Iraanse president Mohammed Khatami: allemaal maakten ze afgelopen tijd hun opwachting in de eens gedeelde stad om zaken te doen met de kanselier. Vanuit de nieuwe hoofdstad Berlijn wint de regering-Schröder zichtbaar aan gewicht. Deze week opent koningin Elizabeth II de nieuwe Britse ambassade bij de Brandenburger Tor.
"Niet Berlijn heeft de republiek veranderd, de Duitsers zelf hebben dat gedaan", meent Schröder. "Berlijn is uitdrukking van het grotere Duitsland. Door de hereniging is het land groter geworden en hebben we er politiek en cultureel bijgewonnen. Dat komt alleen al door de ervaringen van de Oost-Duitsers die met een vreedzame revolutie een dictatuur hebben overwonnen. De mensen hebben dat zelf voor elkaar gekregen", zegt Schröder, die meent dat het Westen kan leren van de respectabele burgerlijke moed, de Zivilcourage, van de Oost-Duitsers. "Maar ik geloof wel dat wíj de rood-groene regering de afgelopen tijd de politiek in het land hebben veranderd." Het goede humeur van Schröder is niet slechts het gevolg van de opbloeiende economie, de dalende werkloosheid en de verrassende implosie van de CDU die nog steeds haar wonden likt na het financiële schandaal omtrent haar oud-voorzitter Kohl. Zichtbaar ingenomen is de kanselier met de loftuitingen van oud-kanselier Helmut Schmidt die de rood-groene coalitie onlangs een pluim gaf ("heel goed"). Toch blijft hij in het gesprek bescheiden wijs geworden door zijn overmoed in het verleden. "We hebben niet alleen financieel en economisch ingrijpende hervormingen in gang gezet, ook in de politieke bovenbouw van de samenleving hebben we een reeks van vernieuwingen ingeluid." Het kabinet is bezig het gezicht van Duitsland te veranderen. Niet alleen is afscheid genomen van atoomenergie en is een Bündnis für Arbeit begonnen, waarbij naar Nederlands model overheid, werkgevers en vakbeweging het samen eens proberen te worden over hervormingen op de werkvloer. In Duitsland kunnen binnenkort ook homoseksuelen trouwen. En de verandering van het staatsburgerrecht, dat tijdelijk een dubbel paspoort toestaat, maakt het buitenlanders mogelijk sneller Duitser te worden. Na de Tweede Wereldoorlog is een Duitse maatschappij ontstaan die geleerd heeft vriendelijk met buitenlanders om te gaan, zegt Schröder. "Dat er excessen zijn waarbij buitenlanders het slachtoffer worden van geweld, veroordelen we allemaal. Oost-Duitsland mist 45 jaar naoorlogse ervaring. Als een land zo lang afgesloten van de buitenwereld heeft geleefd, kunnen tegengestelde houdingen ontstaan. Maar de vijandigheid tegen buitenlanders die daar soms te bespeuren is - en waartegen met alle hardheid moet worden opgetreden - is niet kenmerkend voor de meerderheid van de bevolking." Duitsland is een open samenleving, die veel internationaler is dan soms in eigen land wordt beweerd, vindt de kanselier.
"Beslissend is dat we vooruitgang boeken bij economische hervormingen", meent Schröder. Lagere belastingen en sociale premies moeten de hoge loonkosten drukken, zodat de economie sterker wordt in Duitsland dat tot de hoogste lonen-landen behoort en banen worden geschapen. Nu de belastingen voor bedrijven sterk dalen, zal ook de positie van Standort Deutschland verbeteren, verwacht de kanselier. "Het internationale imago is ingrijpend veranderd. Buitenlandse ondernemers zien in Duitsland weer een plek om te investeren. Dat heeft zeker te maken met wat wij in gang hebben gezet". Ook is de regering bezig een begin te maken met hervorming van het kostbare sociale stelsel. Schröder heeft de koe bij de horens gevat en meteen het meest gevoelige thema in Duitsland aangepakt: de pensioenen. Net als veel Europese landen vergrijst ook Duitsland, waardoor pensioenen onbetaalbaar worden. Als de financiering voor de oudedag niet wordt aangepast, zullen de uitkeringen binnen dertig jaar halveren. Kortom, herziening is onontkoombaar. Dat wordt een kluif voor komend najaar. De oppositionele CDU, een deel van Schröders eigen SPD-achterban en de machtige vakbonden maken hun hun borst alvast nat. "Natuurlijk zullen onze voorstellen niet zonder problemen worden doorgevoerd. Het gaat om ingrijpende veranderingen die ook tot onzekerheid bij de eigen cliëntèle leiden", zegt Schröder. Maar hij is vastberaden zijn moderniseringskoers voort te zetten. "Als je er in de politiek op uitbent everybody's darling te zijn, krijg je niets voor elkaar." Het meeste genoegen beleeft de kanselier nog aan de grote eensgezindheid in de coalitie van SPD en Groenen, ("geen eenvoudige combinatie"). "Ondanks de lust voor het debat in beide partijen, is het gelukt meer eenheid in handelen te ontwikkelen. Vergelijk dat met twee jaar geleden, dan is dit een enorme vooruitgang. Zelfs in de crisis bij de CDU heeft de coalitie zich bewezen." Schröder is dan ook zeker niet van mening dat de zwart geld-affaire de parlementaire democratie heeft geschaad. "Het is eenduidig een kwestie die de CDU betreft. De vroegere partijvoorzitter en kanselier heeft de wet overtreden en weigert nog altijd opheldering te verschaffen." Maar de democratie in Duitsland heeft door de affaire nooit ter discussie gestaan, meent Schröder. Tijdens de crisis is volgens hem juist bewezen dat de democratische instituties goed functioneren. "Justitie, het parlement, de rood-groene regering hebben voldoende stabiliteit getoond." Wel wil de kanselier kwijt dat hij aan de beschadiging van het 'monument Kohl' bepaald geen Schadenfreude beleeft. Liever zou hij zien dat de oud-kanselier zelf de kwestie uit de wereld helpt door de namen van de donateurs te noemen. Maar Kohl volhardt in zijn zwijgen. Schröder: "Ik zie in de opstelling van Herr Kohl die voor Duitsland en Europa zeker zijn verdiensten heeft gehad - eerder een mengeling van tragiek en zelfvernietiging."
Nee, van de nieuwe CDU-voorzitter Angela Merkel is Schröder niet bang. Ook niet van een vrouw als mogelijke tegenvoeter bij de Bondsdagverkiezingen in 2002. "Aan de volgende campagne denk ik helemaal niet. Eerst moeten we onze hervormingen zien door te voeren. Bovendien staat de Europa-politiek hoog op de agenda", zegt Schröder doelend op de hervorming van de instituties die tijdens het Franse voorzitterschap tot stand gebracht moet worden. Schröder, aan wiens Europese aspiraties aanvankelijk werd getwijfeld na zijn bruuske uitlatingen over de euro ("ziekelijke misgeboorte"), is inmiddels warmgedraaid op het internationale toneel. Heeft de kanselier, naast de Europese visies die zijn minister van Buitenlandse Zaken Joschka Fischer en de Franse president Jacques Chirac onlangs ontvouwden, ook een eigen kijk op de toekomst van Europa? "Ik zie het als mijn taak er voor te zorgen dat de uitbreiding van de Europese Unie met de Oost-Europese landen tot stand komt. Voorwaarde daarvoor is dat het voorzitterschap van de Fransen een succes wordt, zodat de noodzakelijke aanpassing van de instituties slaagt", zegt Schröder, een volbloed pragmaticus vergeleken met zijn meer filosofische groene minister. Schröder is het in grote lijnen eens met Fischers "richting" voor een federalistisch Europa, dat voorzien moet zijn van een regering en een twee kamer-parlement. Maar diens plan voor een Europese president kan de kanselier niet steunen. "Dat klinkt mij als heel visionair in de oren, als u begrijpt wat ik bedoel. Het is niet mijn voorstel." Wat Europa betreft is het Schröder ernst. "De komst van de euro dwingt ons tot verdieping. Stap voor stap moeten we toewerken naar een politieke unie. Dat hebben de initiatiefnemers van de euro als Giscard d'Estaing en Helmut Schmidt ook gewild." Daarom hecht de kanselier er groot belang aan op de Europese top eind dit jaar in Nice tot een afbakening van bevoegdheden te komen. Wat doet Brussel en wat doen de afzonderlijke landen. "Beslissingen moeten zo dicht mogelijk bij de mensen genomen worden - des te meer begrip hebben ze voor Europa." Nee, wie nog mocht twijfelen aan de Europese gezindheid van Schröder en zijn rood-groene kabinet, heeft het mis. Dat bewijst de Duitse deelname aan de oorlog op de Balkan. "Met ons besluit aan de Kosovo-oorlog mee te doen, hebben we in een paar maanden de Duitse politiek fundamenteel veranderd." Hij wijst erop dat buitenlandse inzet van Duitse troepen vijftig jaar lang taboe was. "Wij hebben fundamenteel gebroken met het oude denken, in het belang van de Europese buitenlandse en veiligheidspolitiek." Het was de moeilijkste beslissing sinds hij kanselier is, bekent Schröder, ook voor hem persoonlijk. Hij is tenslotte politiek "anders gesocialiseerd". "Als de vroegere kanselier Helmut Schmidt dit destijds had voorgesteld toen ik nog voorzitter van de Jusos (Jonge Socialisten, red.) was, dan zou ik flink oppositie hebben gevoerd." De realiteit van het regeren dwong SPD en vooral de Groenen pijnlijk af te rekenen met het eigen verleden. Desondanks heeft de coalitie standgehouden, stelt Schröder tevreden vast. "Nee, rood-groen hoeft zich niet te schamen. Wat de binnenlandse als de buitenlandse politiek betreft is er geen enkele reden in zak en as te zitten."
Zie ook:
Steun in de rug voor Schröder (15 mei 2000) |
NRC Webpagina's 17 JULI 2000
|
Bovenkant pagina |
|