U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
24/7 Media Europe ad
N R C   H A N D E L S B L A D  -  K U N S T
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 NIEUWSSELECTIE 
 KORT NIEUWS 
 RADIO & TELEVISIE 
 MEDIA 

S c h a k e l s
Biënnale van Lyon

Bedwelmende Biënnale van Lyon toont kunst van vijf continenten

Het belang van een barrelbak


Westerse en niet-westerse kunst gaan harmonieus samen op de Biënnale van Lyon. Samensteller Jean- Hubert Martin vermijdt de valkuilen van cultuurrelativisme en vormingskunst.

Door onze correspondent PIETER KOTTMAN

LYON, 17 JULI. Een hal met een trapgevel. Veertig, vijftig meter breed, een kilometer diep, wie zal het zeggen. Het voormalige slachthuis herbergt voor de vijfde keer de Biënnale van Lyon, dit jaar met werk van 120 kunstenaars uit de hele wereld. Partage d'exotismes luidt de titel van het evenement, lang niet gemakkelijk te vertalen als je erover nadenkt. Het delen van het uitheemse zoiets is het, maar zo mooi als het origineel is het niet. Binnen wordt de bezoeker ontvangen door een accolade van twee enorme, glanzende en golvende bars. Naast de ingang staat een reusachtige wereldbol van de Belg Jan Fabre, helemaal beplakt met mestkevers, bespoten met parelmoer-kleurige verf. Heeft hij ook gedaan met jurken, prachtig ding wel. Ernaast een kabinetje met werk van de Fransman Ben, teksten natuurlijk, militant deze keer. Hij pleit voor respect voor andere culturen. Beetje obligaat, beetje van dik-hout-zaagt-men-planken.

Vijf uur later. Alice is in Wonderland geweest.

Pure poëzie: dat is deze editie van de Biënnale van Lyon. Een betoverend, roesverwekkend avontuur dat de wereld buiten doet vergeten. Veel van dat effect is toe te schrijven aan de inrichting, die van een verbluffende eenvoud is. Zalen zijn er niet, in de Halle Tony Garnier, en van die omstandigheid is volop geprofiteerd. Architect Patrick Bouchain heeft een zigzaggend traject uitgestippeld met behulp van blauw doek dat van de ijzeren dakconstructie neerhangt. De bezoeker betreedt een doolhof, een souk, waar hij al snel zijn oriëntatie verliest. Het risico van Bouchains theatrale benadering is dat men een kunstwerk kan mislopen, maar het voordeel, de bedwelming die ervan uitgaat, is terecht belangrijker gevonden.

De inrichting stemt precies overeen met het tentoongestelde: kunst van de vijf continenten, even ongewis als Bouchains traject. Westerse kunst van grootheden als Gilbert & George, Sol LeWitt, Thomas Struth en Hervé Di Rosa staat of hangt gebroederlijk naast die van niet- westerse kunstenaars. De enige ordening is die van 22 thema's, die samensteller Jean-Hubert Martin (tien jaar geleden verantwoordelijk voor de verwante Parijse tentoonstelling Magiciens de la terre) met behulp van een groep antropologen heeft uitgekozen. 'Kloneren' is er éen, 'Maskeren' een tweede, 'Lijden' een derde. Losse, aan het leven, wetenschap en de godsdienst ontleende begrippen, die de blik vrijblijvend richten en samenhang hooguit suggereren.

Het aardige van de wat zweverige thematische indeling, steeds gemarkeerd door een klein kunstwerk uit de museale canon, is dat het educatieve vermeden wordt. Martin geeft een vingerwijzing, maar hij blijft verre van een etnografische of antropologische benadering. Aan het vaak verkeerd begrepen cultuurrelativisme, dat dicteert dat men de eigen cultuur naar beneden haalt om met veel hangen en wurgen die van de ander te kunnen waarderen niets anders dan een nieuwe vorm van minachting maakt hij zich niet schuldig. De kwaliteit van een kunstwerk moet de selectie ervan rechtvaardigen, en het staat de bezoeker vrij het te duiden zoals hij zelf wil.

Het gevolg is weldadig. De bezoeker kijkt naar kunst en geweldige kunst ook nog eens. Veel ervan is politiek getint, zonder vormingskunst te worden en opvallend is dat ook in dit opzicht het werk van 'uitheemse' kunstenaars zich niet onderscheidt van dat van westerse herkomst. Zo heeft Pascale Marthine Tayou uit Kameroen een oude auto neergezet, met een simpele monitor ernaast die in beelden het verhaal van koop en verkoop - en de reparaties daartussen - van het ding vertelt. Het belang van zelfs de oudste barrelbak voor de Afrikanen blijkt er zo duidelijk uit, dat je van de weeromstuit ook zelf de auto aan een uitvoerige inspectie onderwerpt: alsof ook jouw leven ervan afhangt. Een vergelijkbaar effect levert een macaber midgetgolf-parkje van de Zwitser Thomas Hirschhorn. Het is een grauw landschapje, waarin met speelgoedwapentuig de oorlogen van vandaag zijn verbeeld, compleet met terzijde staande, machteloze UN-kampen.

Niet alleen westerse kunstenaars, zoals de Française Orlan, blijken geobsedeerd door (de transformatie van) het menselijke of dierlijke lichaam. De video's van een groep jonge Chinese kunstenaars tonen, vaak monsterlijke, tussenvormen van dier en mens en komen de uitersten van het bestaan, zoals het beeld dat het lijk van een bejaarde met een embryo, samen. Ook de Amerikaanse Rona Pondick voegt mens en dier samen (in glimmend-verontrustende beelden), net als de Zuid-Afrikaanse Jane Alexander en de Franse Jackie Kayser. Semefo, een groep van negen Mexicaanse kunstenaars, werkt als veel andere collega's op deze expositie met opgezette dieren. In hun Carrusel, een krakkemikkig draaimolentje, hangen de kadavers van kleine paardjes, aldus de vrolijkheid van de kermis aan de fascinatie voor de dood parend.

Steeds weer blijken de verschillen tussen Oost en West, Zuid en Noord nauwelijks te bestaan. De hang naar 'culturele' vermenging is althans groot. De Nederlander Berend Strik maakt zijn 'schilderijen' van Indiaas borduurwerk, de Colombiaan Nadin Ospina geeft zijn 'pre- Columbiaanse' beelden het uiterlijk van Donald Duck. De Taiwanees Chen Chieh-Jen transformeert beelden van historische martelpartijen met de computer tot vervreemdende post-nucleaire taferelen en de schilder Yan Pei-Ming bouwt zijn portretten op uit vage zwarte en grijze vegen, die pas op afstand een beeltenis vrijgeven. De Fransman Michel Aubry symboliseert de titel van deze Biënnale misschien nog het letterlijkst. Hij vroeg Afghaanse vrouwen tapijten te weven, waarin de traditionele motieven vervangen zijn door vliegtuigsilhouetten, als verwijzing naar de Sovjet-bezetting.

Rondlopend op Partage d'exotismes zou je bijna denken dat de wereld grenzenloos is. Barthélemy Toguo uit Kameroen verjaagt die droom. Hij maakt uitvergrote Flintstone-achtige voorwerpen van hout, zoals een patroongordel of een koffer, waarop voor asielzoekers bekende teksten prijken. Eentje luidt: 'You need a visa to visit the Alps (Switzerland)'.

Biennale d'art contemporain de Lyon tot 24 september in de Halle Tony Garnier, Lyon, Frankrijk. Internet: www.biennale-de-lyon.org

NRC Webpagina's
17 JULI 2000


( a d v e r t e n t i e s )

24/7 Media Europe ad

24/7 Media Europe ad

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad