M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
Brink verdiende 200 mln met belang
Door een onzer redacteuren
In een verklaring schrijft Brink: "Hoewel wij in december al waren begonnen met de voorbereidingen van de beursgang kon ik er niet zeker van zijn dat die inderdaad door zou gaan. Ik heb daarbij geaccepteerd dat de prijs die ik kreeg waarschijnlijk lager was dan de prijs die ik zou realiseren bij een verkoop tijdens de beursgang. Maar ik had het gevoel dat de zekerheid die een verkoop eind 1999 mij bood in het beste belang was van mijzelf en mijn familie." Brink verkocht op 27 december bijna 15 miljoen aandelen aan beleggingsmaatschappij Baystar, de familie Sandoz en participatiemaatschappij Reggeborgh. Zij ontving daarvoor bijna 90 miljoen dollar (ongeveer 200 miljoen gulden). Met Baystar is afgesproken dat Brink de helft krijgt van de eventuele winst op doorverkoop van aandelen. Zij is een "passieve investeerder" in Baystar zonder invloed op het beleid. VEB: 'Brink was bewust onduidelijk'
Door een onzer redacteuren
Brink verklaarde vanochtend dat ze tweederde van haar aandelen vóór de beursgang verkocht om de financiële toekomst van haar familie veilig te stellen. In het verplichte prospectus stond dat Brink haar aandelen had 'overgedragen' (transferred) aan drie andere beleggers. Brink zegt nu dat ze niet kon weten dat het bedrijf Baystar, waaraan ze haar aandelen overdroeg, onmiddellijk na de beursgang zou doorverkopen. Haar aandelen 'droeg' Brink 'over' op 27 december voor 6 dollar (circa 13 gulden) per stuk. Bij de beursgang betaalden beleggers 43 euro (bijna 95 gulden). De Vries: "De prijs die Brink kreeg voor haar aandelen hadden de 150.000 gewone beleggers tevoren wel mogen weten. Dan hadden ze zelf misschien niet gekocht voor 43 euro per aandeel." Brink kon volgens de VEB weten dat Baystar zou doorverkopen; het bedrijf had er immers niet - zoals andere grootaandeelhouders - voor getekend zes maanden zijn aandelen vast te houden. "Brink heeft de onduidelijkheid rond de verkoop van haar aandelen bewust laten ontstaan", aldus De Vries. De Amsterdamse effectenbeurs heeft vrijdag aangekondigd te onderzoeken of ze "aanvullende eisen" moet stellen aan de informatie die bedrijven bij een beursgang verstrekken. Het prospectus van World Online was "wollig" geformuleerd, aldus de beurs, maar het voldeed wel aan de richtlijnen. De Vries: "Dat moet de beurs wel zeggen, want ze heeft dat prospectus goedgekeurd."
|
NRC Webpagina's
3 APRIL 2000
|
Bovenkant pagina |