U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
   Z A T E R D A G S   B I J V O E G S E L
 

NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Hoe het establishment in de Amerikaanse hoofdstad zichzelf in een isolement manoeuvreert

Planeet Washington


Bill Clintons populariteit onder het Amerikaanse volk groeit, maar zijn aanzien bij het Washingtonse establishment is verdwenen. Zijn gedrag is slecht voor de buurt.

Juurd Eijsvoogel

Zelfs op zondagochtend draait Washington op volle toeren, en nu meer dan ooit. Het valt alleen niet meteen op als je om een uur of acht door de stille straten rijdt. De ministeries met hun statige façades liggen er verlaten bij. Ook het Capitool, dat met zijn witte koepel afsteekt tegen de strakblauwe lucht, is uitgestorven. En pas later op de ochtend zal een slinger van glimmend zwarte limousines, terreinwagens en busjes zich langzaam losmaken van het Witte Huis om de president en zijn vrouw naar de kerk te brengen. Maar in een onopvallend kantoorgebouw, weggestopt achter het station, wordt al koortsachtig gewerkt. Het is de lokale studio van CNN , waar men zich opmaakt voor een wekelijks ritueel. Dat ritueel, de sunday morning talk show, is de stamtafel van Capitol Hill, het koffiekransje van de Washingtonse insiders. Onder elkaar, en toch openbaar. En nooit gebrek aan gespreksonderwerpen, zeker niet met Bill Clinton als president.

Iedere zondagochtend zijn er vijf van dat soort discussieprogramma's op de Amerikaanse televisie, althans vijf die er toe doen: Meet the Press van NBC , Face the Nation van CBS , This Week van ABC , Fox News Sunday van Fox en Late Edition van CNN . Daar geven senatoren en afgevaardigden hun schoten voor de boeg. Daar debatteren ze soms meer (en vaak scherper) dan in het Congres. Woordvoerders van het Witte Huis bijten er van zich af of laten proefballonnetjes op. Politieke commentatoren en journalisten zetten er de toon voor de week die begint. Met een beetje handig zappen kan de echte liefhebber de shows tussen negen en half twee vrijwel allemaal zien. En als het spannend wordt in Washington, zoals praktisch het hele afgelopen jaar het geval was, dan kunnen ook minder grote liefhebbers niet om de talk shows heen. Ze vormen een goede graadmeter van waar politiek Washington over praat. En al een jaar lang is dat natuurlijk vooral: de affaire-Lewinsky en het impeachmentproces van de president, met alle onverwachte wendingen die zich in de kwestie hebben voorgedaan. Het publiek van de programma's is meestal niet erg groot, maar het zijn het soort kijkers die tellen, althans in Washington: andere politici, commentatoren en journalisten.

Het is kwart voor negen als Wolf Blitzer, Chief White House Correspondent, gehaast de redactiezaal van CNN op komt lopen, een bagel met cream cheese en een plastic flesje sinasappelsap in de hand. Sinds de Golfoorlog, toen Blitzer correspondent was bij het Pentagon, heeft de journalist met de kort getrimde grijze baard en de bijzondere naam een steeds prominentere rol bij CNN gekregen.

Door de week bericht hij - soms verscheidene malen per uur - vanaf het gazon van het Witte Huis over de president. Op zondag presenteert hij Late Edition - sinds precies een jaar nu; zijn eerste uitzending was een paar dagen voor de affaire-Lewinsky losbarstte. Terwijl Blitzer in een kraakwit overhemd achter zijn bureau zit, voedt hij zich met het nieuws van deze zondag, 17 januari. Jeltsin met maagbloeding opgenomen in ziekenhuis, meldt een persbureau via zijn computer. En: Schieten houdt aan na bloedbad in Kosovo. Terwijl hij snel The New York Times en de The Washington Post doorbladert, houdt hij met één oog twee kleine televisietoestellen in de gaten, waarop zich concurrerende talk shows afspelen. Doet iemand daar een interessante uitspraak, dan kan Blitzer dat straks in zijn eigen programma citeren om er vervolgens over door te praten. Zo kan een gedachte die om negen uur in het ene programma wordt geopperd, een paar uur later in het andere programma al reacties losmaken, waarna de volgende ochtend de kranten er op hun beurt weer melding van maken. Tegen die tijd is het idee soms al een politieke realiteit die niet meer valt te negeren.

Dat Blitzer een goede neus heeft voor lastige vragen, blijkt al meteen als hij wordt voorgesteld aan de Nederlandse journalist die een dagje meeloopt op de redactie. ,,Hebben jullie CNN in Amsterdam'', vraagt hij achteloos. Van het antwoord gaat hij even rechtop zitten. ,,Maar dat is belachelijk.'' Zijn producer, Sam Feist, zegt tegen de Nederlandse bezoeker: ,,Belachelijk. Dat woord mag je citeren.''

Wezelwoorden

Woorden zijn de brandstof waar Washington op draait. In een stad waar politiek de enige industrie is, kan het ook niet anders. Iedereen is altijd op zoek naar woorden: wijze woorden, ware woorden, machtswoorden, woorden van goedkeuring of afkeuring, van steun, verzoening of verraad, onthullende woorden of schaduwwoorden, wezelwoorden of holle woorden. Wie de juiste woorden weet te vinden, kan hier onmiddellijk aan de slag in het grote praatcircuit dat Washington is: als politicus, als staflid op Capitol Hill, als lobbyist, als ambtenaar, als citeerbare deskundige, voorlichter, commentator of journalist.

Maar buiten de hoofdstad hebben woorden uit Washington, en niet alleen die van Bill Clinton, het afgelopen jaar aan waarde verloren. De president, altijd al een goochelaar tijdens het spreken, heeft door het Lewinsky-schandaal voorgoed zijn naam verbonden aan de taalkundige verwarring over de definitie van seks. En sinds zijn nu al klassieke verweer 'dat hangt ervan af wat de betekenis ervan is', weet iedereen in Amerika dat woorden niet te vertrouwen zijn. De media hebben ondanks hun intensieve berichtgeving over de affaire, of misschien juist wel daardoor, de aandacht van een deel van hun publiek verspeeld. Terwijl het complete politieke establishment in Washington, inclusief de pers, het hele jaar enorm opgewonden was over de affaire-Lewinsky, haalde de rest van het land al snel zijn schouders op. Ondanks alle alarmerende berichten uit Washington over de ene na de andere 'dramatische' danwel 'historische' ontwikkeling, willen de meeste Amerikanen maar niet doordrongen raken van de ernst van de zaak. Ze vertrouwen de president niet, vertellen ze opiniepeilers, maar ze vinden dat hij zijn werk goed doet en dat hij vooral moet aanblijven. En dat zou wat hen betreft het eind van het verhaal mogen zijn. Maar zo werkt Washington niet. En het impeachmentproces rolde voort. Nog nooit in de geschiedenis, tetterden de media uit Washington dezer dagen, heeft de Senaat een gekozen president berecht in een impeachmentproces. Maar Amerika was nog steeds niet onder de indruk. Ruim veertig miljoen Amerikanen keken deze week naar de State of the Union, de jaarlijkse toespraak van de president tot beide huizen van het Congres. Maar de rechtstreekse uitzendingen van het impeachmentproces trokken slechts een magere vijftien miljoen kijkers, nog niet half zoveel als het vorige 'proces van de eeuw', de zaak-O.J. Simpson, op zijn saaiste dagen. Zoals wel vaker in de geschiedenis lijken Washington en Amerika op verschillende planeten te liggen.

Op de planeet Washington was de verontwaardiging over Clintons gedrag in de affaire-Lewinsky van het begin af aan niet alleen groot, maar ook diep en persoonlijk gevoeld. Dat gold niet alleen voor de media, maar ook voor andere welingelichte of invloedrijke kringen rond het centrum van de macht. Ongeacht hun politieke kleur voelden leden van het Washingtonse establishment zich verbolgen en bedrogen. Clinton had niet alleen zichzelf in opspraak gebracht, maar indirect ook de stad die haar glans in belangrijke mate ontleent aan het Witte Huis en zijn bewoner. De hele affaire met al haar ranzige details was voor Washington, nog afgezien van alle nationale en mogelijk ook internationale gevolgen, gewoon slecht voor de buurt.

Washington is vaak een company town genoemd, een plaats waar iedereen werkt voor hetzelfde bedrijf. ,,Politiek Washington'', schreef Hedrick Smith elf jaar geleden in zijn boek The Power Game; How Washington Works ,,is een bijzondere gemeenschap met een heel eigen cultuur, met eigen rituelen en gebruiken, en eigen symbolen van status en macht''. In die kleine gemeenschap, die vaak meesmuilend wordt omschreven als Inside the Beltway, zijn Bill en Hillary Clinton altijd buitenstaanders gebleven.

Denktanks

Wantrouwen tegen de gevestigde orde was een rode draad in Clintons verkiezingscampagne. En al meteen bij hun aankomst in Washington voelden de Clintons dat wantrouwen: tegen het Congres, tegen de pers en tegen de high society van Georgetown, de fraaie, oude wijk van de stad. In zijn eerste inaugurale rede zei Clinton dat ,,deze prachtige hoofdstad vaak een oord van intriges en berekening is''. Sinds die uitspraak is het nooit meer helemaal goed gekomen. En na het Lewinsky-schandaal en de impeachment zal dat ook wel niet meer gebeuren.

Afgelopen november, precies één dag voor de tussentijdse verkiezingen voor het Congres, publiceerde The Washington Post een lang artikel over de bitterheid van de Beltway Insiders over Clinton. Het stuk was geschreven door Sally Quinn, behalve journalist ook zelf een prominent lid van het Washingtonse establishment. Ze is getrouwd met Ben Bradlee, de legendarische hoofdredacteur van The Washington Post ten tijde van het Watergateschandaal, en heeft een grote reputatie als gastvrouw van dinertjes en feesten met Belangrijke en Interessante Gasten. Voor haar artikel over de walging van Clintons stadgenoten over de affaire-Lewinksy (onder de kop: Niet in hun Achtertuin), sprak ze met meer dan honderd Washingtonians - Congresleden, diplomaten, hoge militairen, journalisten en advocaten.

Quinn concludeerde dat de Beltway Insiders, anders dan de meeste Amerikanen, niet alleen boos waren over Clintons gedrag, maar zelfs woedend. ,,Hij is hier naartoe gekomen en heeft de stad besmeurd'', haalde ze David Broder aan, de columnist van The Washington Post. ,,Wij houden er niet van als men tegen ons liegt.''

De journalist David Gergen, die als adviseur voor zowel president Bush als president Clinton werkte, zei: ,,Wij hebben hier onze eigen dorpsregels. Clinton loog tegen zijn eigen vrienden, en daarmee zoog hij ze het schandaal in. Dat is velen van ons in het verkeerde keelgat geschoten. De hoofdregel van het dorp luidt: bevuil nooit je eigen nest.''

En Andrea Mitchell, sterverslaggever van NBC en de vrouw van Fed- directeur Alan Greenspan, klaagde: ,,We kennen allemaal mensen die door het schandaal persoonlijk vreselijk beschadigd zijn. Jonge medewerkers van het Witte Huis die gedagvaard zijn en nu met enorme advocatenrekeningen zitten, oude vrienden van de Clintons (...) dit soort verdriet delen we met elkaar, als in een klein stadje.''

En in dat kleine stadje, waar men van oudsher veel status ontleende aan enige band, hoe indirect ook, met de president, staat nu alles op zijn kop. ,, Clinton heeft gehandeld alsof hij niet beseft wat het betekent om president van de Verenigde Staten te zijn'', schreef Broder vermanend na Clintons eerste openbare schuldbekentenis. En de debatten tussen journalisten op de televisie hielden op debatten te zijn, omdat iedereen het in zijn verontwaardiging over het gedrag van de president roerend met elkaar eens was.

Clinton en zijn vrouw, die aanvankelijk hadden verwacht dat ze in Washington zouden kunnen profiteren van de linkse sympathieën van veel journalisten, hebben nooit begrepen dat de media hen zo kritisch volgen. Met vallen en opstaan hebben ze moeten ontdekken dat de ideologische voorkeuren bij de pers een veel kleinere rol spelen dan de jacht op nieuws, nieuwtjes en schandalen. En dat de columnisten en commentatoren die aanvankelijk hoge verwachtingen van hen koesterden, snel teleurgesteld konden raken. Hoe pijnlijk Washingtonians de hele affaire ook vinden, ze kunnen er niet over ophouden. En behalve op de televisieshows en de cocktailparty's blijkt dat ook bij een derde welingelichte kring: die van de denktanks. In het politieke debat in de Amerikaanse hoofdstad spelen deze onderzoeksinstellingen een grote rol. Hun onderzoekers publiceren artikelen en boeken, organiseren lezingen en debatten, en voeden zo de politiek en de media met hun ideeën.

Hun deskundigheid maakt dat de denktanks op veel terreinen gewaardeerde gesprekspartners zijn van de media en de politiek. De achtergrond van veel van hun medewerkers, die vaak functies binnen een regering hebben bekleed, biedt hun bovendien een uitzonderlijk begrip voor het functioneren van het overheidsapparaat.

De Brookings Institution, het oudste centrum voor politiek onderzoek in Washington, organiseerde vorige week een bijeenkomst onder de titel Een Verzwakt Presidentschap. Voor een afgeladen zaaltje met journalisten, politieke analisten en anderen belichtten drie sprekers wat het verzwakte presidentschap van Clinton betekent voor de economie (niet veel), voor de buitenlandse betrekkingen (ook niet veel) en voor de binnenlandse politiek (Washington verspeelt zijn laatste restje geloofwaardigheid, stelde de spreker, vooral door de manier waarop het Congres de impeachment heeft aangepakt). Ieder betoog was kort en helder geformuleerd, het publiek maakte intensief aantekeningen, en er werden slimme vragen gesteld: de Washingtonse woordenfabriek in actie. Washington Post-columnist David Broder wilde weten wat de deskundigen vonden van zijn observatie dat de regering van de verzwakte Clinton eigenlijk niet meer doet dan op de winkel passen - vier dagen later werkte hij die gedachte uit op de opiniepagina van zijn krant. Een andere journalistieke veteraan, Daniel Schorr, politiek commentator van de publieke radio, betwistte het uitgangspunt van de conferentie dat Clintons presidentschap verzwakt is. Kijk eens naar de initiatieven die Clinton nog neemt, zei Schorr, kijk eens hoe moeilijk hij het de Republikeinen nog maakt. Is de positie van deze president echt verzwakt? Nog die middag wijdde hij zijn radiopraatje aan die kijk op de zaak. En de volgende dag verspreidde The International Herald Tribune enkele ideeën die van de Brookingsconferentie afkomstig waren over de wereld. Want zo werkt Washington.

Pundits

Maar de deskundigen van de denktanks en de politieke commentatoren in de media hebben zich het afgelopen jaar zo vaak vergist bij de beoordeling van Clintons problemen, dat ook de waarde van hùn woorden aanzienlijk is gedevalueerd. Wie een jaar geleden van de pundits, zoals de commentatoren en deskundigen worden genoemd, te horen kreeg dat Clinton spoedig zou vallen, wie in november na de verkiezingen te horen kreeg dat impeachment nu wel van de baan zou zijn, die neemt de volgende stellige bewering met een korreltje zout. Maar Washington zwijgt niet, kan niet zwijgen en wil niet zwijgen. Alleen luistert de rest van het land misschien wat minder goed.

Presidenten komen en gaan, maar Washington blijft. Dat was altijd de geruststellende gedachten voor de Beltway Insiders, als een bepaalde bewoner van het Witte Huis hun niet beviel. Maar het Lewinsky- schandaal heeft niet alleen president Clinton, maar in zijn kielzog ook de hele cottage industry die van hem leeft ernstig prestigeverlies bezorgd. Door het schandaal is Washington in de ogen van Amerika een stukje kleiner geworden.

Die ontwikkeling is echter niet alleen aan het schandaal te wijten. Ook Clintons politiek, en de succesvolle uitvoering daarvan, heeft de afgelopen zes jaar de rol van de federale overheid, de hoofdstad, ja zelfs van het presidentschap zelf geleidelijk aan teruggedrongen. Clinton heeft de deelstaten politieke en financiële verantwoordelijkheden gegeven, die vroeger in handen van de centrale overheid lagen. Als president heeft hij na zijn mislukte hervorming van de gezondheidszorg nog maar weinig grote, alomvattende projecten aangepakt; liever legt hij zich toe op kleine initiatieven die niet veel geld kosten. The New York Times noemde hem wegens die bescheiden taakopvatting vorige week zelfs de gouverneur-president. In een land dat zo bestuurd wordt, is ook de hoofdstad en alles wat daar gebeurt een beetje minder belangrijk.

Maar Wolf Blitzer en zijn producer laten zich niet ontmoedigen, ook al weten ze dat een groot deel van Amerika genoeg heeft van het schandaalverhaal uit Washington. In een programma van anderhalf uur komen behalve de correspondent in Moskou ook de correspondenten op Capitol Hill en bij het Witte Huis aan het woord. Twee senatoren discussiëren over de wenselijkheid van getuigen in het impeachmentproces. Twee ex-senatoren en een aaanklager over de argumenten voor afzetting van de president. En twee ex-advocaten van het Witte Huis over de argumenten tegen afzettting.

Op de andere zenders is het op deze zondagochtend niet veel anders. Maar liefst negentien senatoren, bijna eenvijfde van de hele Senaat, zijn deze zondag over de talk shows uitgezwermd om een bijdrage te leveren aan het nationale debat over de president waar het land niet van horen wil. Met een grijns kondigt Blitzer het laatste onderdeel van zijn programma aan, ,, waarin we zullen onthullen wat de drie grote weekbladen deze week op hun omslag hebben''. ,,Opnieuw'', zegt hij terwijl de drie bladen in beeld komen, , ,haalde het proces van de eeuw niet één omslag.'' Newsweek heeft gekozen voor Michael Jordan, Time voor de zware huiswerklast van schoolkinderen en US News & Worldreport voor Wall Street. Clinton kan tevreden zijn.

NRC Webpagina's
23 JANUARI 1999

Archief
Zaterdags Bijvoegsel



( a d v e r t e n t i e s )
ING MKB - Snelle en duidelijke kredietaanvraag

Domicilie Cover

Domicilie,
voor wie zich vestigt in het buitenland.

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)