Dossier Brand Volendam

Nieuws

Onderzoek

Brand in Het Hemeltje

Achtergrond

B en W van Volendam op termijn weg

Door een onzer redacteuren
VOLENDAM, 6 JAN. Burgemeester en wethouders van Volendam hebben na de brand in de bar Het Hemeltje de conclusie getrokken dat ze dienen op te stappen.

Gelet op de enorme gevolgen van de tragedie, waarbij tien jeugdige inwoners om het leven kwamen, blijven ze echter aan "tot alle noodzakelijke maatregelen voor de verwerking" zijn getroffen.

Dat heeft burgemeester F. IJsselmuiden gisteren tijdens een spoedvergadering van de raad meegedeeld. Het raadslid W. Klapper (GroenLinks) vindt dat de raadsleden het college dan moeten volgen. Voorafgaand aan de korte bijeenkomst was het feitenrelaas uitgedeeld met een opsomming van alle bemoeienissen die het gemeentebestuur heeft gehad met eigenaar J.Veerman van Het Hemeltje en de andere twee bars aan de Volendammer dijk in de afgelopen jaren heeft gehad."Hoe heeft dit in godsnaam kunnen gebeuren", had IJsselmuiden naar eigen zeggen uitgeroepen toen hij het relaas onder ogen kreeg. Er blijkt namelijk uit dat het gemeentebestuur in de drie kroegen een situatie die door de eigen ambtenaar voor brandpreventie als "levensgevaarlijk" was omschreven, heeft laten bestaan. In de cafés kwamen ieder weekeinde ten minste 600 bezoekers. Weliswaar was de eigenaar opgedragen veranderingen aan te brengen, maar daar was geen uitvoering aan gegeven. Tevens blijkt uit het overzicht dat Veerman niet beschikte over de nodige vergunningen.

Eerder op de dag had de leiding van de brandweer op een eigen persconferentie onvrede geuit over het feit dat het ontbreken van vluchtwegen na de brand zo wordt benadrukt. "Het was lang niet optimaal, maar onder normale omstandigheden was zoiets niet gebeurd. De oorzaak ligt in de gevaarlijke en verboden kerstversiering. De gemeente had kunnen zorgen dat het spul werd verwijderd, zo niet dan de tent moeten sluiten", zei brandweercommandant Schouten.

Het openbaar ministerie in Haarlem opent een strafrechtelijk onderzoek tegen de eigenaar van café Het Hemeltje, Jan Veerman (54), en zijn 24-jarige dochter, die er als bedrijfsleider werkte.

Sterretjes werden door personeel uitgedeeld

Ze worden verdacht van brand door schuld (art. 158 SR) de dood tengevolge hebbend waarop een straf staat van maximaal een jaar.

Uit het politie-onderzoek is gebleken dat Veerman al in mei vorig jaar van de gemeente te horen kreeg dat met name door het gebrek aan goede (nood)uitgangen er in zijn kroeg "bij een incident een levensgevaarlijke situatie kan ontstaan". Ondanks herhaalde schriftelijk een mondelinge aanmaningen - Veerman had tot oktober de tijd gekregen de gewenste aanpassingen te realiseren - was er niets gebeurd. Op het moment dat de brand uitbrak, was er maar één nooduitgang "die als zodanig ook feitelijk kon worden gebruikt", aldus korpschef G. Huijser van Reenen van Zaanstreek-Waterland.

Vader en dochter Veerman wordt bovendien verweten dat ze niet geïnpregneerde, en uiterst brandbare kerstdecoraties aan het plafond van het café hebben gehangen. Ze negeerden een schrijven van de gemeente van 30 november jl. waarin gezegd werd dat dit niet mocht.

Volgens justitie staat inmiddels - na het horen van 123 van in totaal 300 getuigen - vast dat de brand is ontstaan doordat een groepje jongeren van een man of twaalf sterretjes zijn gaan afsteken. Siervuurwerk dat door personeel van Het Hemeltje was uitgedeeld. Om de feestvreugde te verhogen, werd kort na middernacht de verlichting gedimd. Toen een jongen drie sterretjes tegelijk aanstak, vatte in een mum van tijd het hele met kersttakken bedekte plafond vlam. De jongen die de brand veroorzaakte kwam bij het vuur om het leven. In de ruimte waar de brand uitbrak bevonden zich zo'n 225 jongeren.

Hoofdofficier van justitie Th. Bot wees er nadrukkelijk op dat de overleden veroorzaker van de brand "redelijkerwijs" geen verwijten kan worden gemaakt. In een normaal café met normale, veilige decoraties zou nooit brand zijn uitgebroken.