Volgens de werkgroep, die het Tweede-Kamerlid F. Wolters (CDA) tot voorzitter heeft gekozen, is het horen van dit viertal waarschijnlijk genoeg om vast te stellen of Van Amelsvoort de Kamer in 1993 correct heeft ingelicht over de Philips-technolease, aldus een woordvoerder van de Tweede Kamer.

De werkgroep heeft het kabinet gevraagd brieven van Van Amelsvoort van 13 juli 1993, waaruit zou blijken dat technolease in strijd met de Europese regels exclusief aan Philips is gegund, alsnog openbaar te maken. Eerder heeft het kabinet dit niet gedaan omdat het hier om persoonlijke, zogeheten 'blauwe brieven' zou gaan die volgens het kabinet geen relevantie hebben voor het beleid. Uit de brieven blijkt dat Van Amelsvoort, politiek verantwoordelijk voor de belastingdienst, niet van plan was na Philips andere bedrijven technolease toe te staan. Hij meldde de Kamer in 1993 evenwel dat andere bedrijven inzake technolease op eenzelfde behandeling als Philips konden rekenen. Philips verkocht destijds technologische kennis ter waarde van 2,8 miljard gulden aan de Rabobank en leasde die daarna terug. In het eerste jaar verkreeg het bedrijf daarmee 600 miljoen gulden. De Rabobank kon de koopsom van 2,8 miljard gulden over tien jaar van de winstbelasting aftrekken met een geschat fiscaal voordeel van 1,1 miljard gulden.

NRC Handelsblad, 7 mei 1997