U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
     
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 TECHNOLEASE

 NIEUWS &
ACHTERGRONDEN

 DISCUSSIE &
OPINIE

 KAMERSTUKKEN

Kamer eist alle technolease-brieven
Door onze redacteur CEES BANNING
Het kabinet heeft niet alle relevante informatie over de technolease aan de Tweede Kamer verstrekt, vindt een parlementaire werkgroep. Waarom wordt haar brief DB94/2161M onthouden?

DEN HAAG, 19 MAART. Met het antwoord van het kabinet-Kok op de 136 vragen over de technolease - een fiscale voorziening voor Philips en Fokker uit 1993 en 1994 - leek het kabinet eind vorige week het vertrouwen van het parlement te hebben herwonnen. De behoefte om technolease als een affaire te beschouwen leek in de Tweede Kamer nauwelijks meer te bestaan. Met de technolease is niets aan de hand; het is niet duur en het is een vorm van normale wetstoepassing, zo was de toonzetting van de antwoorden. De Tweede Kamer had de indruk dat de laatste openbare vraag (135), waarin het kabinet om alle relevante informatie werd gevraagd, afdoende was beantwoord. Eind vorige week werd dit beeld verstoord. Toen publiceerde deze krant de inhoud van een vertrouwelijke brief (DB94/2161M) die staatssecretaris Van Amelsvoort (Financiën) op 16 juni 1994 stuurde aan toenmalig minister Andriessen (Economische Zaken). Daarin herinnerde hij de minister aan de afspraak uit 1993 dat het kabinet Lubbers-Kok zich na de Philips-technolease voortaan zou onthouden van medewerking aan 'fiscale grensverkenning'. ,,Dit op grond van de bij alle betrokkenen bestaande overeenstemming over het 'eens maar nooit weer''', aldus Van Amelsvoort.

De staatssecretaris, die zijn brief schreef toen de Fokker-technolease ter discussie stond, bestreed ook de wettigheid van de constructie. De hulp aan Fokker moest volgens hem niet plaatshebben via ,,een buitenwettelijke steunverlening''. Ook meldde hij Andriessen dat technolease de vennootschapsbelasting zou kunnen aantasten. CDA, PvdA, VVD, D66, GroenLinks en SP toonden hun onbegrip over het feit dat deze brief niet werd genoemd in de openbare antwoorden van het kabinet aan de Kamer. ,,Voor de openbare meningsvorming over de technolease is deze brief van groot belang'', zei Tweede-Kamerlid Van Rey (VVD).

Minister Zalm (Financiën) hield echter vast aan het standpunt dat het kabinet-Kok de Tweede Kamer alle relevante informatie heeft verstrekt over het dossier-technolease. Zalm vergaderde maandag in Brussel met zijn Europese collega's van Financiën, maar onderbrak deze werkzaamheden even om een brief naar de verontruste parlementariërs in Nederland te sturen. Dat sprake was van een niet eerder bekende brief is volgens Zalm ,,onjuist''. Hij verwees naar het rapport 'Financiële relaties met grote ondernemingen' van de Algemene Rekenkamer. ,,Daarin wordt het bestaan van deze brief van 16 juni 1994 gemeld, terwijl tevens aangegeven wordt dat staatssecretaris Van Amelsvoort daarin zijn afwijzende opvatting inzake de technolease Fokker-Rabo heeft kenbaar gemaakt'', aldus Zalm in een brief aan de Tweede Kamer. In het vorig jaar gepubliceerd Rekenkamer-rapport wordt de brief van Van Amelsvoort aan Andriessen inderdaad genoemd; wat Zalm verzuimt te vermelden is dat de Rekenkamer geen mededelingen doet over de inhoud van de brief.

Brieven wijken af

Daarnaast verwijst Zalm in zijn maandag verstuurde brief naar een vertrouwelijke brief (nr. DB94/2162M) die staatssecretaris Van Amelsvoort op 16 juni 1994 naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Zalm wekt de suggestie dat deze brief dezelfde inhoud heeft als de brief die Van Amelsvoort op dezelfde dag naar Andriessen heeft gestuurd. ,,Deze opvatting [ten aanzien van de technolease Fokker-Rabo] heeft de staatssecretaris ook neergelegd in zijn vertrouwelijke brief van dezelfde datum aan de vaste Kamercommissie voor Financiën'', aldus Zalm.

Wie de twee brieven vergelijkt, komt echter tot de conclusie dat de argumentatie om de technolease af te wijzen in de brief aan Andriessen een andere is dan in de brief aan de Tweede Kamer. Ten eerste wordt in de brief aan de Kamerleden niet gemeld dat door alle betrokken bewindslieden van het kabinet-Lubbers is overeengekomen dat de technolease in 1993 alleen aan Philips werd toegestaan.

Ten tweede schrijft Van Amelsvoort in de brief aan de Tweede Kamer dat een werkgroep is geïnstalleerd die de opdracht heeft gekregen om citeria op te stellen voor technolease. Op basis van de criteria van deze werkgroep besloot Van Amelsvoort de Fokker-technolease niet te honoreren. In de brief aan Andriessen schrijft Van Amelsvoort stelliger waaróm deze criteria nodig zijn. ,,Hoezeer ik mij het belang van het voortbestaan van Fokker realiseer, ga ik er vanuit uit dat je het met me eens bent dat wij, in geval van een noodzakelijke steunverlening aan Fokker, dit niet via een buitenwettelijke tegemoetkoming tot stand moeten brengen.''

Ten derde schrijft Van Amelsvoort in zijn brief aan Andriessen dat inwilliging van het verzoek van de leasetransacties tussen Fokker de Rabobank ,,een onaanvaardbare precedentwerking tot gevolg zou hebben, die de opbrengst van de vennootschapsbelasting de komende jaren tot zeer hoge bedragen op het spel zou zetten''. In zijn brief aan de Kamer maakt Van Amelsvoort nauwelijks melding van de gevolgen voor de schatkist. Wel plaatst hij de kanttekening dat bij hem de indruk ontstaat dat partijen die een technolease sluiten ,,zich vooral richten op de veronderstelde fiscale voordelen en niet op de daadwerkelijke overdracht'' van de kennis.

Deze conclusies kunnen Kamerleden vooralsnog niet trekken. In het deel van de vragen dat het kabinet vertrouwelijk heeft beantwoord ontbreekt de brief van Van Amelsvoort aan Andriessen. Dat werd gisteren duidelijk nadat verschillende parlementariërs het vertrouwelijk dossier hadden ingezien.

NRC Handelsblad, 19 maart 1997

NRC Webpagina's
maart 1997

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad