Kamer ontevreden met uitleg over val van Srebrenica
Door onze politieke redactie
DEN HAAG, 29 AUG. De belangrijkste fracties in de Tweede Kamer,
PvdA, CDA, VVD en D66, zijn niet tevreden over de brief die minister
Voorhoeve van defensie gisteren aan de Kamer heeft gestuurd over de rol
van Dutchbat
bij de val van Srebrenica
begin juli. Maar alleen het CDA
dreigt nog steeds met een eventueel parlementair onderzoek.
De Tweede Kamer kon waardering opbrengen voor de uitgebreide en
openhartige wijze waarop de minister terugblikt en aangeeft welke
maatregelen hij in gedachten heeft om gemaakte fouten te voorkomen. Maar
PvdA, CDA, VVD en D66 gaven aan niet op alle vragen antwoord te hebben
gekregen.
PvdA-fractievoorzitter Wallage dreigde afgelopen weekeinde door een
parlementair onderzoek “de onderste steen boven” te willen krijgen. Na
nieuwe getuigenissen van Nederlandse VN-militairen over mogelijke
Servische wandaden, vond hij dat Voorhoeve openheid van zaken moest
geven. CDA, VVD en D66 sloten zich bij de PvdA'er aan, waarbij de VVD
overigens niet dreigde met een parlementair onderzoek.
Voorhoeve erkent in zijn brief dat zowel Dutchbat
als zijn departement
fouten heeft gemaakt. Deze zijn volgens hem vooral te wijten aan slechte
communicatie en verkeerde inschattingen. VVD-fractievoorzitter
Bolkestein zegt vandaag in het Algemeen Dagblad dat de positie van
minister Voorhoeve wat hem betreft niet in het geding is. Volgens de
VVD-leider is Voorhoeve wel verantwoordelijk voor de gemaakte fouten,
maar zijn deze niet zo groot dat aftreden noodzakelijk is.
Om soortgelijke onvolkomenheden in de toekomst te voorkomen, kondigt
Voorhoeve in zijn brief aan de Kamer een reorganisatie aan op zijn
departement. Zoals hij ook al eerder bekend maakte, wil de minister een
'kerndepartement' in het leven roepen dat de spil vormt in de
communicatie met Voorhoeve en diens staatssecretaris Meijling.
Voorhoeve en Meijling brachten het plan afgelopen najaar naar buiten,
als onderdeel van de zogeheten 'November-brief'. Gisteren schreef
Voorhoeve dat hij hoopt dat hij op afzienbare termijn zijn plannen “in
detail” bekend kan maken. Daarop vooruitlopend krijgt chef defensiestaf
Van den Breemen “ruimere bevoegdheden” bij de planning, voorbereiding
en begeleiding van vredesoperaties. Bijgevolg nemen de bevoegdheden van
de bevelhebbers van de drie krijgsmachtdelen af. Vooruitlopend op de
reorganisatie heeft Voorhoeve vorige week opdracht gegeven “vaste
liaison-officieren” van de krijgsmachtdelen aan te stellen die de
“dagelijkse communicatie moeten verbeteren tussen de crisiscentra van
de krijgsmachtdelen en het Defensie crisis Beheersingscentrum” van het
departement.
De minister somt in de brief een aantal inschattingsfouten op. Zoals de
verklaring van de plaatsvervangend Dutchbat
-commandant Franken waarmee
Voorhoeve totaal onverwacht werd geconfronteerd.
Pagina 3: Defensie zou niets hebben verzwegen
Franken ondertekende na de val van de enclave Srebrenica
een document
waarin hij erkent dat de Serviërs de evacuatie van de moslims
correct hadden uitgevoerd. De majoor maakte daarbij echter de
aantekening dat dat alleen gold voor zover het Dutchbat
daarvan getuige
was.
Dutchbat
-bevelhebber Karremans besteedde nauwelijks aandacht aan het
papier. Hij was volledig in beslag genomen door een snel vertrek van de
Nederlandse blauwhelmen uit Srebrenica
, aldus Voorhoeve.
Met een registratielijst van 239 weerbare moslim-mannen ging volgens
Voorhoeve de crisisstaf van de landmacht in de fout. Een verkeerde
taxatie leidde ertoe dat de lijst verdween en waarna pas na veel
zoekwerk uiteindelijk op het VN-hoofdkwartier in Zagreb een kopie kon
worden verkregen.
De minister is het niet eens met de kritiek dat Defensie bewijzen voor
Servische oorlogsmisdaden bewust zou achterhouden. Volgens hem hebben
publikaties in de pers van Dutchbat
-getuigenissen aan die valse indruk
bijgedragen. Zo waren, volgens de minister, de getuigenverslagen van
afgelopen weekeinde in NRC Handelsblad en NOVA bij Defensie grotendeels
bekend. De minister verwijst daarbij naar zijn brief aan de Kamer van 3
augustus waarin melding wordt gemaakt van een militair die “een tractor
met een kar waarop lijken lagen en een kipauto met lijken” heeft
gezien.
Om een afgerond beeld te krijgen van wat de manschappen van Dutchbat
nu
werkelijk hebben gezien, start Defensie maandag met een uitgebreide
“debriefing” (ondervraging) van alle militairen. Op 1 oktober moet een
eindrapport op tafel liggen. De Kamer wil donderdag in het debat met de
minister de resterende antwoorden te krijgen.
PvdA, VVD, D66 en CDA is het nog steeds niet duidelijk waarom Defensie
niet eerder met de debriefing van de Nederlandse blauwhelmen uit
Srebrenica
is begonnen. Volgens Hoekema (D66) had dat Voorhoeve veel
negatieve publiciteit kunnen besparen.
De Hoop Scheffer (CDA), Blaauw (VVD) en Hoekema constateren een gebrek
aan communicatie tussen de minister, landmachtbevelhebber Couzy en de
crisisstaf van de landmacht. “Ik denk dat bij een aantal mensen het
schaamrood naar de kaken zal stijgen”, aldus Blaauw.
Terug naar overzicht