Affaire Srebrenica

Nieuws

Chronologische reconstructie

Commissie Bakker

Achtergrond

Opinie

Links

Door een onzer redacteuren
DEN HAAG, 26 JUNI. Een meerderheid van de Tweede Kamer wil dat minister Van Mierlo (Buitenlandse Zaken) de Veiligheidsraad benadert om na te gaan of een onafhankelijk onderzoek naar de val van Srebrenica alsnog gehouden kan worden.

De Kamer neemt geen genoegen met de 'tussenstand' in het overleg met de VN die de minister dinsdag aan de Kamer presenteerde. Daarin staat dat de speciale afgevaardigde van Van Mierlo, ambassadeur J. graaf Marchant et d'Ansembourg, vorige week in New York een gesprek heeft gehad met onder-secretaris-generaal voor VN-vredesoperaties Kofi Annan. Deze liet later via een medewerker weten dat de afdeling Juridische Zaken van de Verenigde Naties van mening was dat een verzoek tot een onderzoek niet aan de secretaris-generaal van de VN moet worden gericht, maar aan de voorzitter van de Veiligheidsraad. Ook de Algemene Vergadering van de VN moet instemmen met zo'n onderzoek, omdat er financiële middelen voor nodig zijn.

Een definitief antwoord over de mogelijkheid voor een onderzoek naar de gebeurtenissen in Srebrenica kunnen Van Mierlo en zijn collega minister Voorhoeve (Defensie) pas geven als de secretaris-generaal van de VN weer terug is van een reis medio juli. “De kans dat de uiteindelijke zienswijze van het VN-secretariaat anders dan hierboven omschreven zou uitvallen moet echter gering worden geacht”, aldus de beide ministers in de brief aan de Kamer.

Hieruit lezen een aantal Kamerleden dat Van Mierlo en Voorhoeve niet veel zien in een onderzoek. Daarom willen zij dat de beide ministers nu allereerst nagaan hoe de Veiligheidsraad over een dergelijk onderzoek denkt. Zij willen dat de Nederlandse regering de voorzitter van de Veiligheidsraad polst na de onthullingen in onder meer deze krant dat de VN de enclave Srebrenica bewust hebben laten vallen en dat de Franse president Chirac persoonlijk luchtsteun voor de in het nauw gedreven militairen van Dutchbat in de enclave zou hebben uitgesteld.

Van Mierlo en Voorhoeve zeggen in hun brief de Kamer toe, mondeling van gedachten te wisselen over een onderzoek, maar de Kamer wil nu eerst nieuwe diplomatieke stappen in New York. Pas dan heeft een debat zin, zo meent een meerderheid van de Kamer.

Terug naar overzicht