Kritiek op keuze onderzoeker
De Grave: nieuwe studie 'Srebrenica'
Door onze diplomatiek redacteur
DEN HAAG, 12 AUG. Minister De Grave
(Defensie) wil een nieuw onafhankelijk onderzoek naar het mislukken in
een marinelaboratorium van de ontwikkeling van twee filmrolletjes met
foto's die een landmachtluitenant in juli 1995 maakte tijdens en na de
val van de moslim-enclave Srebrenica.
De Grave wil ook uitgezocht zien hoe in 1997 bij Defensie een dagboek
kon verdwijnen van een militair die deel uitmaakte van een VN-eenheid in
Angola, waarvan leden zich hadden schuldig gemaakt aan dranksmokkel en
seks met minderjarige Angolese meisjes.
De Grave heeft oud-minister J. de Ruiter gevraagd dat onderzoek te
leiden. Er mag volgens De Grave geen onzekerheid bestaan over de
integriteit van Defensie. Hij wil daarom duidelijkheid over verwijten
dat Defensie onvoldoende zou hebben meegewerkt om de waarheid over
Srebrenica boven tafel te krijgen.
De Ruiter was minister van Justitie (1977-'82) en van Defensie
(1982-'86). In 1995 was hij adviseur van Defensie bij de evaluatie van
de gebeurtenissen rondom de val van Srebrenica. Hij ondertekende het
zogenoemde Debriefingrapport van 30 november 1995 daarover. Op de keus
voor De Ruiter, die De Grave's verzoek in beraad heeft genomen, is
direct kritiek losgekomen van een meerderheid van de Tweede Kamer en van
militaire belangenverenigingen, gezien zijn rol bij die debriefing. Maar
De Grave ziet daarin juist ,,een voordeel''.
Verhagen (CDA) heeft ,,aarzelingen'' over de keuze voor De Ruiter. ,,De
kans is klein dat onder zijn leiding de onderste steen boven komt. Onder
leiding van De Ruiter is immers het Debriefingrapport opgesteld, waar nu
juist zoveel kritiek op is gekomen'', meent hij. Verhagen ziet in de
keuze voor zijn partijgenoot De Ruiter extra aanleiding voor een eigen
parlementair onderzoek waarop het CDA aandringt. ,,Ik kan me voorstellen
dat de mensen die destijds zijn gehoord, geen vertrouwen meer hebben in
de aanpak van het ministerie, maar wel door een parlementaire commissie
gehoord willen worden'', aldus Verhagen.
Hoekema (D66) blijft erbij dat er een parlementair onderzoek moet komen.
,,De keuze voor De Ruiter zou gezien diens eerdere persoonlijke
betrokkenheid bij Srebrenica-onderzoek niet de mijne zijn geweest'',
aldus Hoekema, die zich ,,zou kunnen voorstellen dat De Ruiter het niet
doet''. De PvdA'er Valk: ,,Als mensen zeggen dat het een ongelukkige
keuze is, kan ik me daar wel wat bij voorstellen. Maar ik ga er geen
politieke kwestie van maken.'' Valk acht het onderzoek-initiatief van De
Grave ,,een goede zaak'' en stelt voor te wachten met een parlementair
onderzoek tot de studie van Defensie klaar is. Van den Doel (VVD),
partijgenoot van De Grave, heeft ,,geen moeite met De Ruiter''.
Terug naar overzicht