U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Affaire Srebrenica

Nieuws

Chronologische reconstructie

Commissie Bakker

Achtergrond

Opinie

Links

Juppé: Nederland wilde geen hulp in Srebrenica

Door onze correspondent
PARIJS/DEN HAAG, 25 JAN. Pal na de val van het Bosnische Srebrenica heeft Nederland een Frans voorstel om de enclave te heroveren afgewezen. Dit zei oud-premier Alain Juppé gisteren voor de parlementaire commissie die de val van de moslim-enclave in 1995 onderzoekt.

Volgens Juppé heeft president Jacques Chirac direct na de verovering door de Bosnische Serviërs gezegd: "Ik sta klaar om te doen wat de Nederlanders maar willen". De Nederlanders zouden echter "uitdrukkelijk" hebben laten weten geen geweld te willen gebruiken. "Ongetwijfeld was het te laat, maar we waren ertoe bereid", aldus Juppé.

De toenmalige Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, Van Mierlo, toonde zich gisteren niet onder de indruk van de verklaring van Juppé. Die "haalt alles door elkaar", stelde Van Mierlo. Een dergelijke poging de enclave te heroveren was zinloos. "Dat was uitgelopen op een bloedbad."

De hulp had eerder moeten komen. "Tot de val van de enclave hebben wij steeds om luchtsteun gevraagd, die om nog altijd niet opgehelderde redenen werd geweigerd door de Franse generaal Janvier. Toen de luchtsteun kwam, was het te laat", aldus Van Mierlo.

Oud-premier Juppé verwierp de theorie, dat, volgens een geheim akkoord, de Fransen aan Slobodan Milosevic beloofd zouden hebben geen geweld tegen zijn troepen in te zetten in ruil voor vrijlating van gegijzelde Franse soldaten. Hij noemde die geruchten "pure verzinsels". Hij betreurde "de Franse neiging tot zelfkastijding". Hij vroeg zich af: "Hoe had Frankrijk Srebrenica in z'n eentje kunnen redden?"

Ook zei hij dat men de Bosnisch-Servische vastberadenheid om Srebrenica te overmeesteren steeds heeft onderschat. De Franse prioriteit was overigens Sarajevo, dat "op dat moment in een wurggreep werd gehouden".

Een vertegenwoordiger van Artsen zonder Grenzen (AzG) zegt in het dagblad Le Figaro vandaag dat "de wil ontbreekt om licht te werpen op de zaak-Srebrenica". Het parlementaire onderzoek naar Srebrenica is ingesteld onder druk van AzG, waarvan twintig medewerkers zijn vermist sinds de val van de moslim-enclave en twee medewerkers zijn vermoord. AzG wil weten welke beslissingen zijn genomen bij de val van Srebrenica.

Srebrenica was door de Verenigde Naties aangewezen als een enclave voor moslims en werd bewaakt door Nederlandse blauwhelmen. Na de verovering van de enclave door Bosnisch-Servische troepen in juli 1995 had een bloedbad plaats, waarbij 7.000 moslimmannen en -jongens het leven lieten.

NRC Webpagina's
25 januari 2001

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad