Deelname vredesmissies
Informatie voldoende, vindt Kamer
Door een onzer redacteuren
DEN HAAG, 6 JUNI. De Tweede
Kamer vindt dat ze voldoen de door het kabinet wordt geïnformeerd
over de Nederlandse deelname aan VN-vredesmissies. Maar in de toekomst
wil de Kamer ook worden ingelicht over niet-deelname.
Dat bleek gisteren tijdens de verhoren van de commissie-Bakker die de
besluitvorming onderzoekt voor de deelname aan vredesmissies. Uit de
getuigenissen voor de commissie is inmiddels gebleken dat Nederland de
afgelopen jaren regelmatig VN-verzoeken om deelname heeft afgewezen,
vooral bij vredesmissies in Afrika.
Tot nu toe informeert het kabinet de Kamer nauwelijks over VN-verzoeken
wanneer het kabinet zelf al heeft besloten niet op een dergelijk verzoek
in te gaan. De Kamerleden Hoekema (D66), Verhagen (CDA) en Van
Middelkoop (GPV) pleitten er voor dat het kabinet de Kamer ook uitlegt,
waarom zij deelname aan internationale vredesmissies afwijst. Vorige
week gaven hun collega's Valk (PvdA) en Blaauw (VVD) dat ook te kennen.
Kamerleden klagen over "oneigenlijke zware politieke" druk wanneer ze
overwegen 'nee' te zeggen tegen Nederlandse deelname aan een
vredesmissies. Zo had het Kamerlid Van Middelkoop (GPV) zware twijfel
over de Srebrenica-missie. "Wij willen als Nederlandse idealisten iets
goeds doen in de wereld. Ik vond dat naïef en gevaarlijk voor de
Nederlandse militairen." Van Middelkoop stemde uiteindelijk toch voor
deelname. "Het afvallen van de regering was op dat moment niet
verstandig." De commissie-Bakker stond maandag verder uitvoerig stil bij
de besluitvorming over de NAVO-luchtacties rond Kosovo. Een memo dat
indertijd op het ministerie van Buitenlandse Zaken circuleerde, kan de
suggestie wekken dat premier Kok volgens afspraak door toenmalig
secretaris-generaal Solana van de NAVO persoonlijk telefonisch van het
begin van die luchtacties op de hoogte zou worden gesteld. Zowel
topambtenaar Van Eenennaam van Buitenlandse Zaken als raadsadviseur
Geerts van Algemene Zaken ontkende gisteren dat Solana dat aan Kok zou
hebben beloofd. Toen op 24 maart 1999 de luchtaanvallen tegen de
Servische troepen in Kosovo begonnen, kreeg de premier dan ook geen
telefoontje van de NAVO-topman. Bij dit soort kwesties is de minister
van Buitenlandse Zaken "in charge", aldus de beide topambtenaren. "Hij
informeert vervolgens de premier."
Ook Solana, gisteren toevallig bij Kok op bezoek, ontkende een
dergelijke afspraak met de Nederlandse premier. Volgens Solana
informeerde hij "volgens de gebruikelijke weg" indertijd eerst de NAVO-
raad in Brussel. De Nederlandse vertegenwoordiger in die raad belde
vervolgens minister Van Aartsen en die informeerde Kok. "Ik bel in dit
soort gevallen ook niet met Clinton en Chirac", aldus Solana.