HOOFDARTIKEL NRC HANDELSBLAD
Schemeronderzoek
OPNIEUW GAAT de Tweede Kamer op
openbaar onder zoek. Vandaag is de 'Tijdelijke commissie besluitvorming
uitzendingen' onder leiding van de parlementariër Bakker (D66)
begonnen met de hoorzittingen die een bijdrage moeten leveren aan het
rapport over de politieke besluitvorming rond Nederlandse deelname aan
vredesoperaties.
Het is een mond vol. De ingewikkelde benaming van de commissie zegt veel over de totstandkoming ervan. Zelden zal het begrip
'dubbele agenda' zo van toepassing zijn geweest als op de werkzaamheden
van de commissie-Bakker. Het nu begonnen onderzoek is rechtstreeks terug
te voeren op het drama Srebrenica. De naam van die voormalige enclave in
Bosnië wordt in de opdracht van de commissie daarentegen
angstvallig vermeden. Maar tevens is duidelijk dat Srebrenica direl
indirect het centrale punt is in het onderzoek van de commissie.
De ingewikkelde aanloop van de commissie heeft alles te maken met de
tournures die een meerderheid van de Tweede Kamer heeft gemaakt sinds de
eerste vraagtekens over de gang van zaken rond het opgeven van de
moslimenclave verschenen. Wat in de zomer van 1995 begon met een
enthousiast onthaal van 'onze jongens' uit Srebrenica werd stukje bij
beetje een nationaal drama. Telkens nieuwe onthullingen, elkaar
tegensprekende verklaringen, onopgehelderde vragen zijn in Nederland
synoniem geworden voor Srebrenica. Er zijn vele onderzoeken gehouden.
Maar het waren vervolgens ook weer de onderzoeken zelf die nieuwe vragen
opriepen.
DE MEERDERHEID van de Tweede Kamer heeft toen het moment daar was de
geëigende weg van de parlementaire enquête afgesloten. In
plaats daarvan is in 1996 het Nederlands Instituut voor
Oorlogsdocumentatie opdracht gegeven tot een brede studie met als gevolg
daarvan ook een zeer ruime onderzoekstermijn. De commissie-Bakker kan
beschouwd worden als het parlementaire antwoord op de vragen die
sindsdien weer zijn gerezen over Srebrenica.
Formeel luidt de opdracht van de commissie dat een analyse moet worden
gemaakt van de politieke besluitvorming over de deelname aan
vredesoperaties alsmede van de politieke besluitvorming over de
voortgang, afronding en evaluatie van vredesoperaties. Daarbij zullen
conform de afspraak in ieder geval de uitzendingen naar voormalig
Joegoslavië moeten worden beschouwd. Ook de Nederlandse
vredesmissies naar Cambodja en Cyprus zullen ter sprake worden gebracht.
Maar veel wijst erop dat deze laatste missies meer als referentiekader
zullen worden gebruikt voor de uitzendingen naar voormalig
Joegoslavië. De commissie-Bakker begint zodoende onder een moeilijk
gesternte. Over de taakopvatting van de commissie lopen de meningen nu
al sterk uiteen. De waarschuwende woorden van VVD-leider Dijkstal vorige
week in de Tweede Kamer (en het afgelopen weekeinde nog eens herhaald)
ten aanzien van het mandaat van de commissie zijn voortekenen van een
nog zeer beladen procedure.
EEN PARLEMENTAIRE onderzoekscommissie met een 'schemeropdracht' gaat
zich nu zetten aan een van de zwartste dagen van de naoorlogse
geschiedenis. Aan de commissieleden zal het niet liggen als zij er de
komende tijd het beste van proberen te maken. Maar veel ongemak was
voorkomen als de Tweede Kamer van meet af aan het lef had getoond het
drama Srebrenica te onderzoeken met een volwassen parlementaire
enquête.