U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
Profiel - Verkeersveiligheid NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


VERKEERSVEILIGHEID
LANGZAAM VERKEER
WANNEER VOORRANG?
AANSPRAKELIJKHEID
EUROPA
BOTSVEILIGHEID
JONGEREN
RIJSCHOLEN
ONDERZOEK
CAMPAGNE
OORLOGSFIETS
VERKEERSLES
CIJFERS
INFORMATIE
Bijles voor de instructeur

Ook op het rijexamen krijgt de fietser van rechts in april nog geen voorrang, en in mei opeens wel. Extra opletten dus.

Lisette Douma

VOOR PRILLE automobilisten wordt het leven er vanaf volgende week niet eenvoudiger op. Het is al zo moeilijk om de auto te besturen én op de weg en het verkeer om je heen te letten, en dan komt er ook nog eens een nieuwe voorrangsregel op de proppen. Van de ene op de andere dag heeft de fietser die op het kruispunt van rechts komt voorrang op de auto, net als de snorfietser en de ruiter te paard. En dat stond in de theorieboekjes toch heel anders aangegeven.

Wie dezer dagen bezig is met het halen van een theoriecertificaat voor het rijbewijs kan flink in verwarring raken. Doen ze in april examen, dan krijgt de (brom)fietser van rechts geen voorrang, doen ze in mei examen, dan mag die fietser op het kruispunt opeens wel doorrijden. Tenminste, als de voorrang niet apart geregeld is met borden, verkeerslichten, doorgetrokken stoepranden of markeringen op de weg.

Ook mensen die hun praktijkkennis moeten tonen, komen op 1 mei voor een andere situatie te staan dan zij die de week daarvoor afreden. Dit kan problemen opleveren. Want ook al is de examinandus goed op de hoogte van de nieuwe verkeersregel, de rest van het verkeer zal naar alle waarschijnlijkheid een langere aanpassingsperiode nodig hebben. De examinandus kan geen voorrang geven aan fietsers die van rechts komen, als die de voorrang niet nemen.

Volgens het Centraal Bureau voor de afgifte van Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) hoeven aankomende automobilisten of motorrijders zich daar echter geen zorgen over te maken. De examinatoren die de rijvaardigheid en de verkeersparticipatie beoordelen, zullen deze situaties met soepelheid bekijken. "Het gaat er om dat wij zien dat ze de regel kennen. Als een kandidaat ziet dat een fietser van rechts geen voorrang neemt, dan moet de kandidaat de fietser met gebaren proberen duidelijk te maken dat hij voorrang heeft. Als de fietser die voorrang dan nog niet neemt, moet de kandidaat gewoon voorzichtig aan doorrijden'', stelt CBR-woordvoerder Hans Vontijn.

Het CBR zal deze overgangsregeling de komende periode blijven hanteren tijdens de examens. Gaat het dan om een termijn van weken of van maanden? Dat is nog niet duidelijk, aldus het CBR. "Als wij zien dat het percentage geslaagden weer op het aantal van voor mei ligt, zullen wij niet meer extra aandacht aan de regel besteden'', aldus Vontijn. Vorig jaar slaagde gemiddeld 44,2 procent van de examinandi.

Het is van tevoren lastig in te schatten hoe lang de verkeersdeelnemers nodig hebben om een nieuwe regel consequent toe te passen. Vontijn: "Toen op 15 december vorig jaar de bromfietsen op de rijbaan moesten rijden, duurde het ongeveer twee maanden voordat het verkeer daaraan gewend was.'' Dit zegt niet dat dat met deze regel ook zo zal gaan. Hoewel de maatregel klein is, is de impact groot. Volgens de CBR-woordvoerder is dat niet verwonderlijk. "Wij zijn met zijn allen in Nederland vanaf de Tweede Wereldoorlog gewend aan een uitzonderlijke situatie binnen Europa. Wij hebben altijd uitzonderingen op de 'rechts heeft voorrang'-regel gehad. Het kan daarom lang duren voordat het verkeer zich heeft aangepast.''

De regel dat alle verkeer van rechts voorrang krijgt, is niet alleen nieuw voor de aankomende automobilisten. Ook de instructeurs op de circa 5.000 rijscholen in Nederland moeten ermee leren omgaan. Het CBR, waar 98 procent van de rijscholen staat ingeschreven, voorziet geen grote problemen op dit gebied. Sinds februari krijgen de aangesloten rijscholen voorlichting over de nieuwe regel. De overige rijscholen komen eveneens met die voorlichting in contact, omdat ook hun leerlingen bij het CBR moeten afrijden.

Ook de rijscholen zijn optimistisch over de kennis van hun eigen instructeurs, al is men somberder over de rest van het verkeer. "Ons personeel heeft in samenwerking met het CBR al een bijscholingcursus gehad. En ons lesmateriaal is al aangepast aan de nieuwe regelgeving'', vertelt Dirk van Tilburg van de landelijke keten ANWB-rijopleiding. "Het CBR heeft ons toegezegd soepel om te gaan met de nieuwe regel. Dat kan ook niet anders, de regel is een ware cultuuromslag. Het zal een lange aanlooptijd hebben. Het zal zeker twee à drie weken duren voordat de praktijk van de regel op gang komt. Voor de normale weggebruiker heeft de voorrangsregel namelijk geen prioriteit.''

In het vernieuwde lesmateriaal voor het theorie-examen is één paragraaf gewijd aan de voorrangsregel. Hoewel de regel extra aandacht krijgt, zal er vanaf 1 mei niet buitensporig veel naar gevraagd worden op de theorie-examens. "Twee à drie vragen van het huidige examen zijn aangepast aan de regel. Dat is niet veel op de vijftig vragen'', stelt Vontijn. Voor de leerlingen kan de regel wel vervelend zijn. "Als iemand zijn theorie-examen in april verprutst en in mei voor de herkansing gaat, zal diegene de eerste keer de oude regels moeten kennen en de tweede keer de nieuwe. Dat kan hard zijn, maar zo wordt er geëxamineerd.''

Het CBR vertrouwt erop dat alle leerlingen goed worden voorbereid op de nieuwe voorrangsregel, maar gaat niet na of dit ook gebeurt, zegt Vontijn. "Het CBR heeft geen controlerende rol. Er is geen instelling die de rijscholen zal controleren op het toepassen van de regel. Maar de scholen hebben voldoende informatie gekregen. Het is hun zaak of ze daar wat mee doen. Als ze niet actief met de regel bezig gaan, zal dat snel zichtbaar worden in hun slagingspercentages.''

NRC Webpagina's
26 april 2001

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad