Terug naar overzicht
Pieter ter Veer (D66)
Kamerleden beschikken over voldoende kennis en maatschappelijke ervaring om te kunnen functioneren als volksvertegenwoordiger
,,Een Kamerlid kan alle informatie krijgen die hij of zij maar wil. Het meeste komt gewoon gratis binnen en met een beetje zachte druk kan je ook bijna altijd specifiekere informatie krijgen. Je moet er dan een beetje extra moeite voor doen.''
Leden van de Tweede Kamer beschikken over voldoende faciliteiten om hun werk goed te kunnen doen
,,Ja, het is een misvatting dat Kamerleden meer staf zouden moeten hebben. Het denkwerk moet je zelf doen. Bovendien zou meer staf onvermijdelijk leiden tot meer bureaucratie en dat lijkt me niet goed. Een onderzoeksbureau voor de Tweede Kamer heeft weinig zin, omdat de vragen voor een dergelijk bureau nooit waardevrij zullen zijn.''
Het lidmaatschap van de Tweede Kamer zou een deeltijdfunctie moeten zijn
,, Ik heb een klein boerderijtje, maar de melkkoeien heb ik weggedaan. Tijd om te melken had ik gewoon niet.''
Het Kamerlidmaatschap wordt naar behoren betaald
,,Mensen die meer willen hebben moeten dit werk niet doen. Het gaat om de overtuiging.''
Leden van de Tweede Kamer reageren te veel op incidenten en berichten in de media
,,Sommige Kamerleden maken zich daar wel schuldig aan. Hoe kleiner de partij hoe meer vragen ze stellen. Eerst waren het de schriftelijke vragen, toen de mondelinge vragen, nu wordt er steeds meer tijdens de regeling van werkzaamheden aan de orde gesteld en voeren we drie tot vier spoeddebatten per week. Die gaan vaak nergens over. Eigenlijk zouden de media daar ook eens hun afkeer over moeten uiten.''
Kamerleden spreken regelmatig niet de waarheid als het zo uitkomt
,,Een Kamerlid dat niet de waarheid verkondigt kan beter weggaan.''
De voorzitter van mijn fractie heeft ervoor gezorgd dat de fractie uitstekend heeft gefunctioneerd in de afgelopen vier jaar
,,Wij zullen nooit een groep van drie hebben die zich afzet tegen de voorzitter zoals bij de PvdA is gebeurd. Dat kan bij D66 niet.''
Politieke leiders van partijen horen thuis in de Tweede Kamer
,,Nee, het kan allebei. Zowel Kok als Bolkestein hebben als politiek leider succesvol geopereerd. Het CDA heeft de politiek leider in de Kamer zitten, maar het moet wel zuur voor ze zijn dat ze daar niet meer uit hebben kunnen halen. Er was waarschijnlijk nog te veel pijn over de verkiezingsnederlaag. In het begin was het wel moeilijk dat Van Mierlo steeds in het buitenland zat, maar hij begint er steeds meer grip op te krijgen. Nu geeft hij uit Jemen gewoon commentaar over de volgende formatie.''
Leden van regeringsfracties hebben te weinig oog voor de argumenten van de fracties van oppositiepartijen
,,Nee, te veel nuance leidt nergens toe. Stomme voorbeelden of opmerkingen van de oppositie verdienen het ook niet om te worden gesteund. De enige die oppositie heeft gevoerd is Paul Rossenmöller.''
De "paarse' coalitie functioneert wezenlijk anders dan voorgaande coalities
,,Ja, een samenwerking met drie partijen is in essentie altijd anders. Bij twee partijen krijgen ze om de beurt hun zin. Je bouwt irritatie op en raakt op een gegeven moment op elkaar uitgekeken. Maar met drie partijen weet je nooit wie je zal steunen. Dan moet je elkaar met argumenten zien te overtuigen. Bovendien is het fenomeen lekken tot ongekende hoogte gegroeid. Eigenlijk is niets meer geheim. Dan is een schande. Bij een coalitie van drie partijen is er altijd wel iemand die er heil in ziet om iets te lekken. Doordat geheimhouding een illusie is geworden, is de politiek ook wat opener geworden.''
Ik ben tevreden met mijn functioneren als Kamerlid
,,Ja, de rampen en de plagen in de landbouw zijn over ons gekomen. Daar kan je niets aan doen. Maar ik heb zeker herkenbaar een rol gespeeld in de Kamer. Ik wilde een brug slaan tussen landbouw en de rest van de maatschappij, dat is gelukt. Ook heb ik als voorzitter van de commissie voor Europese Zaken aanmerkelijke vooruitgangen geboekt. De Kamer is nu veel meer betrokken bij het werk in Brussel. D66 is bovendien een leuke fractie om in te werken.''
Ieder Kamerlid wil ooit bewindsman/-vrouw worden
,,Nee, de meesten niet. Statistisch gezien is het voor de meeste Kamerleden niet meer dan een ijdele droom dat ze ooit minister worden. We praten er in de fractie ook eigenlijk nooit over. Ik lig er persoonlijk niet van wakker. Ik vind het werk in de Tweede Kamer overigens veel interessanter, want hier wordt de politiek op smaak gebracht. Ministers hebben veel minder vrijheid om over allerlei onderwerpen mee te praten. Je hebt niet het complete overzicht of de breedte van de onderwerpen.''
Jezelf profileren via de media is een te groot deel van het Kamerwerk geworden
,,Voor de nieuwkomers geldt wel vaak publiceren of wegwezen. Of je profileert je of je kwijnt weg. Maar het hangt ook erg van de portefeuille. Ontwikkelingssamenwerking is bijvoorbeeld jarenlang top of the bill geweest, maar nu is er een consensus op dat terrein. Dan kun je je als Kamerlid dus moeilijk profileren, dat is een onrechtvaardig lot. Zoals je nu bijvoorbeeld met Landbouw ziet, de pest breekt uit en iedereen bemoeit zich ermee. Wie had vantevoren kunnen bedenken dat Landbouw zo belangrijk zou worden?''
Het Kamerlidmaatschap legt een te groot beslag op mijn privéleven
,,Ja. Wij wonen bijvoorbeeld in Woltersum in Groningen. Maar door de week wonen we in een flat in Zwolle. Dat houdt dus in dat je eigenlijk alleen in de weekeinden in je woonplaats bent. Ik zit elke dag vier uur in de trein, dat is eigenlijk een soort werkplek voor mij geworden. Het is vooral lastig voor Kamerleden die in de buitengewesten wonen. Het is fantastisch werk, maar je hebt weinig tijd voor sociale contacten en je moet een vrouw hebben die daar tegen kan.''
|