Opkomst 45,5 procent
GroenLinks wint, zwaar verlies D66
Door onze politieke redactie
DEN HAAG, 4 MAART. Grote winst voor GroenLinks, herstel voor het CDA,
zwaar verlies voor D66, tegenvallende winst voor de PvdA en licht
verlies voor de VVD. Dat zijn de uitkomsten van de gisteren gehouden
provinciale verkiezingen. De opkomst was extreem laag: 45,5 procent.
De uitslag betekent een gevoelig verlies voor de partijen die deelnemen
aan de 'paarse' coalitie: PvdA, VVD en D66. De winst gaat vrijwel geheel
naar de oppositiepartijen CDA, GroenLinks en SP. PvdA-leider Kok weet de
geringe winst van zijn partij geheel aan ,,de dramatisch lage opkomst''.
De uitslag zal volgens Kok geen gevolgen hebben voor de koers van het
kabinet. ,,Het mandaat dat we in 1998 hebben gekregen, zullen we
onverminderd uitvoeren'', aldus de premier.
CDA-leider De Hoop Scheffer noemde de winst voor zijn partij ,,een
enorme morele opkikker''. Het CDA boekte voor het eerst sinds 1991 weer
winst bij verkiezingen. D66-leider De Graaf noemde de uitslag van zijn
partij ,,rottig, heel vervelend''. VVD-fractieleider Dijkstal stelde
vast dat er in de politieke verhoudingen in Nederland nu weer sprake is
,,van een rechtse meerderheid, tenminste, als je het CDA meerekent''.
In de nieuwe Provinciale Staten keert GroenLinks dubbel zo sterk terug:
van 37 naar 77 zetels. Het CDA gaat met acht zetels winst naar 194
zetels. De christen-democraten zijn hiermee weer de grootste partij in
de provincies, waar in totaal 760 zetels te verdelen zijn. Vier jaar
geleden moest het CDA deze koppositie afstaan aan de VVD. Het CDA wist
gisteren bovendien 6 procentpunt meer stemmen te trekken dan bij de
Kamerverkiezingen van vorig jaar (van ruim 18 naar ruim 24 procent).
D66 houdt in de Staten slechts 39 zetels over (was 67). De VVD verliest
25 Statenzetels en houdt er 182 over. De PvdA boekte bescheiden winst,
van 142 naar 154 Statenzetels. Opiniepeilingen hadden
veel meer winst voorspeld. De partij scoorde 10 procentpunt slechter dan
vorig jaar (nu 19 procent, toen 29 procent).
Politici van alle partijen stelden gisteravond dat de lage opkomst mede
bepalend is geweest voor het resultaat, dat sterk afwijkt van de uitslag
van de Kamerverkiezingen van vorig jaar. Toen stemde 73,2 procent van de
kiezers. De opkomst bij de Statenverkiezingen in 1995 lag net iets boven
de 50 procent. Het CDA dankt de stemmen van gisteren vooral aan trouwe
kiezers: ruim de helft van hen stemde ook vorig jaar op het CDA. De PvdA
en D66 wisten slechts eenderde van de kiezers van vorig jaar weer voor
zich te winnen.
De Amsterdamse politicoloog Van der Eijk bestrijdt dat een lage opkomst
veel effect heeft: ,,Het kan een zetel of restzetel hebben gescheeld,
meer niet.'' In 29 Brabantse gemeenten, waar gisteren tevens
gemeenteraadsverkiezingen werden gehouden, was de opkomst niet veel
hoger dan het landelijk gemiddelde. Vooral de kiezers in de steden
bleven weg: in de vijftig grootste gemeenten van Nederland bleef de
opkomst gemiddeld beneden de 40 procent.
In de nieuwe Eerste Kamer, die op 25 mei wordt gekozen door de leden van
Provinciale Staten, houden de drie coalitiepartijen waarschijnlijk een
krappe meerderheid. Prognoses duiden op 39 of 40 zetels: 20 21 voor de
VVD (nu 23), 15 voor de PvdA (nu 14) en 4 voor D66 (nu 7). Het CDA maakt
kans op 20 21 zetels (nu 19). In de huidige senaat hebben VVD en CDA
een meerderheid van 42 zetels.
|