Digitaal Dagboek
Dag - zondag 1 oktober 2000
Dit is het begin van het einde, de laatste dag van de Sydney 2000 Games, oftewel de Millennium Games. Hoe dat voelt, kan ik 's morgens nog niet echt zeggen. Het late einde van de vorige dag houdt mijn gemoedstoestand nog in een lichte schemering.
Veel tijd is er niet voor, want er wacht werk. Om half elf worden we bij het adviesbureau Ernst & Young verwacht dat een bijeenkomst heeft belegd over de mogelijkheden om Olympische Spelen ooit nog eens naar Nederland te halen. De discussie de afgelopen week in de media al uitgebreid gevoerd, nu zitten we aan tafel met mensen uit het bedrijfsleven, de sport en de politiek. Die moeten zoiets immers gezamenlijk doen.
Ik heb met NOC*NSF net door een ander adviesbureau, Twijnstra & Gudde, een rapport maken over evenementenbeleid in de sport. Ook daar is met een schuin oog naar de Spelen gekeken, maar wordt ook geconstateerd dat Nederland nog heel wat aan accommodaties en grote evenementen zal moeten doen voordat zo'n nominatie echt kans maakt. Een wedstrijd begint niet aan de meet, heb ik dat genoemd. Uitvoering van het rapport van T&G vergt heel wat investeringen en daar moeten we de komende jaren dus hard aan gaan werken in de sport.
Het is een besloten discussie, daar past slechts zwijgen. Ik kan wel zeggen dat ik het publiek voorhoud dat de sport eerst zelf de handen ineen moet slaan en als geheel de OS moet willen; Annemarie geeft als haar voorlopige indruk dat de sportwereld nogal verdeeld lijkt. Bovendien gaat het om een miljardeninvestering, waarbij de overheid flink in de buidel moet tasten en anderen met de opbrengst strijken. Daar staan belastinginkomsten en werkgelegenheid tegenover. En het blijft natuurlijk wel een fantastisch evenement. Europa komt na Athene 2004 waarschijnlijk pas weer in 2016 en 2028 (100 jaar na Amsterdam) aan de beurt. Onze voorzichtige benadering valt niet overal in goede aarde. Mensen vinden dat we meer enthousiasme moeten uitstralen, dat de politiek het voortouw zelfs zou moeten nemen. Ik heb deze week gezegd dat ik bereid ben de discussie aan te gaan. Mijn aarzelingen hebben dus niets te maken met gebrek aan enthousiasme, maar alles met randvoorwaarden. En met de noodzaak van een duidelijke en krachtige opstelling van de sport zelf. Op de euforie van op dat moment nog 23 medailles is het echter goed varen, zo lijkt het wel.
We praten nog wel over een motto voor eventuele Spelen. Sydney profileert zich als de 'groene' spelen en de 'spelen van de sporters'. Met het mooie weer hier Down Under, zou Arnhem 2028 misschien de 'natte spelen' kunnen zijn, maar dat spreekt niet echt aan. Blankert denkt aan de Sober Games, maar dat blijkt niet de Engelse vertaling van sobere spelen te zijn.
Achteraf wordt de pers verslag gedaan. Annemarie en ik zijn dan al weg. Discussiëren is prima, maar we willen even niet meedoen aan een publiekelijk spelletje kwartetten: "Kan ik van jou de OS krijgen, dan krijg jij van mij…". We horen wel wat er gezegd is. Hans Blankert vertelt wel zijn verhaal; hij is positief over een eventuele nominatie ('ik kan moeilijk anders') en kondigt aan dat NOC*NSF de komende tijd stevig het debat gaat voeren met de aangesloten bonden over de wenselijkheid van een nominatie. Ook denkt hij aan een maatschappelijk debat, b.v. via Internet, om te kijken wat de Nederlandse burger ervan vindt. Vervolgens geeft hij aan 2016 voor een eventuele kandidatuur te vroeg te vinden; 2028 lijkt eerder reëel. De pers is in redelijk ruime mate opgekomen, maar vindt het allemaal maar zozo, zo hoor ik achteraf.
Het is (opnieuw, opnieuw) prachtig weer in Sydney, dus besluiten we eens uitgebreid op het terras te gaan lunchen met mijn medewerkers Rob de Vries en Jan Saeijs. Even de teugels vieren, om vier uur gaan we per bus naar Olympic Park voor de sluitingsceremonie. De afsluitende individuele wedstrijd van de springruiters slaan we over, want door het symposium van vanochtend en de toegangsprocedure bij de sluitingsceremonie was dat niet mogelijk.
Dat blijkt buitengewoon jammer te zijn, want daar gaat bij Rob de telefoon. Ellen de Lange, bestuurslid van NOC*NSF, aan de telefoon. Of we wel weten dat Nederland GOUD en ZILVER heeft gewonnen bij het springen? Jeroen Dubbeldam heeft goud, Albert Voorn zilver. Ze moesten het in een barrage met een ruiter uit het Midden-Oosten uitvechten en dat hebben ze gedaan ook. We hebben bij het springen regelmatig successen gehad, maar hier had ik niet meer op gerekend, ook al had met name Jeroen het eerder deze week al heel goed gedaan.
Dit betekent dat we weer klimmen in het medailleklassement en op de achtste plaats belanden. Met 12 gouden, 9 zilveren en 4 bronzen medailles. Een plek, op termijn, bij de top-10 was de ambitie van het team de mission voor deze Spelen, maar dat termijn kan nu dus weg. We staan er al, grote (sport)landen als Groot-Brittannie, Spanje, Canada en Brazilië achter ons latend. Nederland moet een sportland worden, zo heb ik afgelopen week in mijn speech in Sydney gezegd. Wat medailles betreft is dat onmiskenbaar al het geval, maar er komt veel meer bij kijken om die plek te handhaven. Moet het doel nog hoger of is alles straks gericht op consolidatie? De medaillehausse creëert in ieder geval een goede startpositie om hierover met elkaar het gesprek aan te gaan. De overheid zal daar ook haar steentje aan bijdragen.
Om vier uur lopen we naar het Regent Hotel. Daarvandaan vertrekken de bussen naar het Olympisch stadion voor de slotceremonie van de Spelen. Ondertussen is het laatste onderdeel van de Spelen, traditioneel de marathon, van start gegaan. Twee Nederlanders doen aan dit slotonderdeel mee: Kamiel Maase en Greg van Hest. Er staat een harde, frisse zeewind over het parkoers dat in het noorden van Sydney start, dan via de vermaarde Harbour Bridge door de stad gaat en vervolgens de laatste 20 kilometer oostwaarts naar het Olympic Park. Tienduizenden mensen verdringen zich langs het parkoers. Jan Saeijs deelt in de bus aan iedereen die dat maar wil kleine houten klompjes uit die gedragen kunnen worden. In het kader van Holland Promotie is dit een prima vondst. Vooral bij de vele Australische vrijwilligers valt dit in goede aarde. Niet zelden is dit terug te voeren op Nederlandse roots. Naast oranje zijn de wooden shoes een prachtig handelsmerk van Nederland. Zelf heb ik ook heel wat klompjes uitgedeeld.
In het stadion kijken we het laatste deel van de marathon. Geen Nederlanders in de kopgroep, maar de wedstrijd is het laatste half uur wel spannend. Drie lopers op kop: een Keniaan en twee Ethiopiërs. Van de voorspelde favorieten uit Portugal, Korea, Spanje, geen spoor. De Keniaan ziet in dat het een ongelijke strijd wordt als ze gedrieën op de finish afgaat en doet een uitlooppoging. Hij wordt teruggehaald en zelf gepasseerd en wordt uiteindelijk tweede. Dan zitten we inmiddels al in het immense stadion en zien bij de tussentijden dat de Nederlanders het verrassend goed doen: Maase wordt uiteindelijk 13e, Van Hest 25e. De Nederlandse atletiek heeft tijdens deze OS nauwelijks een rol van betekenis gespeeld, de verrassende finaleplaats van de hindernisloper Simon Vroemen als enige lichtpunt. Als je ziet hoeveel medailles er in deze moeder van de sporten te verdienen zijn, maar ook hoe prachtig tal van nummers zijn, zou Nederland als sportland hier niet mogen ontbreken. Daar ligt een opdracht, dunkt me. De marathonlopers hebben wel goed gepresteerd, zeker als je ziet hoe enorm groot de concurrentie op dit nummer is.
Na de huldiging, begint de sluitingsceremonie. Het stadion is met 110.000 mensen gevuld, ook al kosten de kaarten 1400 Australische dollar. De sluitingsceremonie gaat onder de titel 'Let's party' door het leven en bevat vooral veel variëteit. Stond bij de opening de historie van Australië centraal, nu gaat het eerst vooral officieel toe: de sluiting van de Spelen door IOC-president Samaranch en daarna is het voor het merendeel cultuur: zang, dans, sketches, etc.
Samaranch sluit niet alleen de Spelen, maar verklaart Sydney 2000 Games tot de Best Games Ever, de beste spelen ooit. Wat organisatie, locaties en benadering door de Australiërs betreft, zonder meer waar. Wat de sportieve prestaties betreft, zijn er vraagtekens te zetten. Het zwemtoernooi liet wel tal van wereldrecords aantekenen, maar bij het atletiektoernooi vielen tijden en afstanden nogal eens tegen. Ook de dopinggevallen werpen een zekere schaduw over het toernooi, maar je kunt het ook zien als een onvermijdelijke uitkomst van een strengere aanpak gericht op schoonmaking van de sport. En dat is op zich positief.
Michael Knight, de speciale projectminister van de deelstaat New South Wales spreekt. Knight heeft het laatste jaar de knoet over de voorbereiding gegooid, en het heeft kennelijk geholpen, want de organisatie kent weinig wanklanken, voor zover ik dat in deze ene week heb kunnen beoordelen. De Olympische vlag wordt gestreken en de vlam gedoofd. De burgemeester van Athene neemt de vlag over van zijn collega uit Sydney.
Bij het muzikale gedeelte mag het publiek volop meeswingen op de muziek van Australische grootheden als de popband INXS, Midnight Oil en Yothu Yindi. Bij "Love is in the air" deint het stadion. Ook wij staan inmiddels op de VIP-tribune mee te dansen, aangemoedigd door de speciale cheargirls die elk vak aanvoeren en om ons te weren tegen de koude wind in het stadion. Bij de Parade of the Icons treden andere Australische grootheden voor het voetlicht in het stadion: de vermaarde golfer Greg Norman slaat balletjes de tribune in, Paul "Crocodile Dundee" Hogan komt uit een gigantische hoed, omringd door krokodillen, en zo gaat het maar door. Naast mij zit de Zweedse vrouwelijke minister van sport en samen deinen we mee op de muziek.
Na twee weken topsport is het feest. De sporters maken dit sluitingsgebeuren zoals gebruikelijk vanaf het veld mee, dit keer gewoon door elkaar. De finale is groots: "Down under" van Men at Work en "Waltzing Mathilda", het officieuze volkslied van Australie, door Slim Dusty.
Sommigen vinden de sluiting vier jaar geleden in Atlanta spectaculairder, maar dat komt vooral door de grotere namen die dat land in kan brengen. Ik kan geen vergelijking maken, maar dit is in ieder geval een sfeervol en swingend einde, gezellig en maar een beetje kitsch.
Gezellig is het ook in het Holland House, waar ook vandaag weer medaillewinnaars gehuldigd moeten worden, namelijk de gouden en zilveren springruiters. Het zijn bijzondere Spelen voor Nederland, niet alleen door het recordaantal gouden medailles (12), het recordtotaal (25) maar ook doordat op alle dagen op één na medailles behaald zijn. De springruiters Dubbeldam en Voorn staan eerst nog wat onwennig op het podium, maar het enthousiasme van de zaal steekt hen al snel aan, zodanig zelfs dat ook zij zich inlaten met crowdsurfing. Daarna gaat het feest door tot in de kleine uurtjes. Dat mag met 25 medailles ook wel een keertje. De medewerkers van het Holland House hebben twee zware weken achter de rug; we nemen met hen deel aan de after party. Wanneer we in ons hotel terugkeren, gaat de zon op in Sydney.