Roeiers beloond voor eigenzinnigheid
Door onze redacteur ROBERT MISSET
PENRITH, 25 SEPT. Vier jaar lang
had roeier Michiel Bartman de druk weerstaan om een vervolg te geven aan
de olympische triomf van de Holland Acht in Atlanta. Met zijn partner
Diederik Simon formeerde de 33-jarige Bartman een dubbelvier, die
gisteren in Penrith Lakes in vloeiende stijl een zilveren medaille
veroverde. Eeke van Nes en Pieta van Dishoeck werden beloond voor hun
omstreden besluit bij de Spelen van Sydney op twee bruiloften te dansen.
Na hun tweede plaats in de dubbeltwee dirigeerde de powerhouse
van de vrouwenacht ook het team van bondscoach Rene Mijnders naar
een zilveren medaille.
Bartman en Simon weerlegden gisteren de scepsis van Nico Rienks, die
zijn oude collega's van de gouden acht in Atlanta niet tot een rentree
in de Holland Acht II had kunnen verleiden. Het boegbeeld van de
Nederlandse roeisport voorspelde een bijrol voor beide boten. Rienks had
de krachten graag willen bundelen. Na de afgang van de Holland Acht II,
die in Penrith niet eens de finale bereikte, haalde Bartman gisteren in
een boeiende finale zijn gelijk. Achter de ongenaakbare Italianen
roeiden Bartman, Simon, Lippits en Verberne naar het zilver door het
Duitse kwartet met een verbluffende eindsprint te passeren. "Hier heb ik
dus al die jaren voor gevochten", zei Bartman.
Vier jaar geleden werden Bartman en Simon olympisch kampioen in de
Holland Acht. Maar het zilver in de dubbelvier schonk Bartman minstens
zoveel voldoening. "We vormen een hecht team", vertelde de roeier van
Nereus. "De roeiers in deze boot hebben aan een half woord genoeg om
elkaar te begrijpen. Ik wist tijdens de laatste 500 meter dat niemand
meer langs ons kon komen, al kwam die eindsprint wel uit onze tenen. Het
deed veel pijn, maar die heb ik met liefde onderdrukt. Ik wist dat de
dubbelvier de betere mannenboot zou zijn in Nederland."
Vorig jaar had Bartman openlijk zijn ongenoegen uitgesproken over de
volgens hem warrige selectieprocedures bij de Nederlandse roeibond. "Ik
heb de boel toen bewust op stelten gezet om een doorbraak te forceren,
want ik zag het niet meer zitten", zei Bartman. "Ik heb in die periode
wel degelijk getwijfeld of ik toch niet terug zou keren naar de Holland
Acht. Ik was immers helemaal alleen, de andere roeiers hadden dubbels
gevormd. Ik heb zelfs overwogen te stoppen. Toch was ik ervan overtuigd
dat de dubbelvier de meeste potentie had op de Spelen."
In 1999 voer de dubbelvier bij de wereldbeker in Luzern slechts twee
seconden boven het wereldrecord. "Dan kun je jezelf niet meer voor de
gek houden", hield Bartman zichzelf voor. "We hebben een inhaalrace
moeten voeren, want de Italianen, de Duitsers en de Oekraïeners
zitten al jarenlang bij elkaar in een vier. Maar dit seizoen hebben we
telkens op het podium gestaan. We wisten dus dat een olympische medaille
mogelijk was. Zonder leedvermaak heb ik de uitschakeling gevolgd van de
Holland Acht. Ik weet niet wat er mis is gegaan met die jongens. Maar
het is niet eerlijk deze boot te vergelijken met de ploeg voor Atlanta."
Op de Spelen zien ze Bartman niet meer terug. Maar een wereldtitel
ontbreekt nog in zijn prijzenkast. "Ik ga eerst een tijdje wielrennen,
dat is mijn tweede passie." En lachend: "Daarna zou ik in het roeien nog
een gouden medaille bij de WK moeten winnen en brons op de Spelen om
mijn verzameling compleet te maken." Die ambities heeft Eeke van Nes
niet meer. De 31-jarige roeister beëindigde gisteren haar
carrière met een vlekkeloze race in de vrouwenacht, die net als
zaterdag in de dubbeltwee een zilveren medaille opleverde.
Na hun succes in de twee hadden Van Nes en haar drie jaar jongere
partner Pieta van Dishoeck moeite om in slaap te vallen. "We staarden
maar naar onze zilveren medaille", zei Van Nes. "Het duurde even voor we
beseften dat onze missie in Sydney nog niet was voltooid." Opgelucht
constateerde bondscoach Rene Mijnders gisteren dat zijn keuze om de
spierbundels van Van Nes en Van Dishoeck toe te voegen aan de acht
feilloos was uitgepakt. Met dank aan de twee reserves, die gisteren in
de finale professioneel plaatsmaakten voor het Nederlandse topduo. "Dit
was de beste race die de acht ooit heeft gevaren", meende Van Nes.
Van Dishoeck en Van Nes streken ook in de acht de rente op van hun
dubbele investering. "In de twee hadden we nooit de Duitsers kunnen
pakken als we ons louter op dat nummer hadden geconcentreerd", stelde
Van Nes. "En als we alleen in de acht hadden gevaren, waren we hooguit
iets dichter in de buurt van de Roemenen geëindigd. Natuurlijk
hebben we getwijfeld of we beide projecten konden combineren. Daarom is
het seizoen ook zo rommelig verlopen. Na de eerste race in München
dachten Pieta en ik: 'We stappen niet in de acht.' De dag daarop wonnen
we en toen wist ik het niet meer. Half om half trainen in de dubbeltwee
en in de acht werkte niet. De twee leed daar echt onder."
Tot aan de wereldbeker in Luzern worstelde Van Nes bovendien met haar
motivatie. "Dit is mijn laatste seizoen. Ik heb een leuke baan bij het
biotechnisch laboratorium in Leiden en onbewust was ik de
roeiwedstrijden aan het aftellen. Ik heb vervolgens een gesprek gehad
met sportpsycholoog Wim Kayser. Hij maakte me ervan bewust hoeveel ik
nog van het roeien hield. Na de Spelen van Atlanta besefte ik dat ik nog
niet klaar was. Maar ik had in de aanloop naar Sydney even een duwtje
nodig. Tijdens de trainingsstage in Australië vonden we eindelijk
onze balans in de twee én in de acht. Een mooier afscheid van de
roeisport had ik me niet kunnen bedenken."