De Bruijn voltooit haar gouden trilogie
Door onze redacteur MARK HOOGSTAD
SYDNEY, 23 SEPT. Inge de Bruijn
beëindigde haar olympische missie vandaag zoals ze die zeven dagen
geleden begon in Sydney: met een overtuigende overwinning.
Geïnspireerd door het dubbele succes van ploeggenoot Pieter van
den Hoogenband sloeg de 27-jarige Nederlandse ditmaal toe op de 50
meter vrije slag. Met haar laatste kunststukje, haar derde gouden
medaille binnen een week, overtrof De Bruijn de prestatie van Van den
Hoogenband (twee keer individueel goud). Acht dagen voor het einde van
de Olympische Spelen verzekerde ze zich daardoor nu reeds van de
eretitel 'Zwemkoningin van de Spelen'.
Zwemmers beschouwen de halve sprintafstand als een loterij, waar veel,
zoniet alles, afhangt van een razendsnelle start. Maar van een loterij
leek vandaag nauwelijks sprake, nadat De Bruijn andermaal als een
komeet van het startblok spoot, al kwam ze trager op gang dan in de
halve finales. Haar reactiesnelheid bedroeg vandaag 0,76 seconden. Een
gemiddelde topzwemmer heeft 0,6 tot 0,7 seconde nodig om het startblok
te verlaten.
Maar De Bruijn is geen gemiddelde zwemster, zoveel werd de afgelopen
maanden al duidelijk, en vooral gisteren ten overvloede onderstreept.
Een fractie trager dan gisteren kwam De Bruijn vandaag tot een eindtijd
24,32. In de halve finales noteerde de sprintster met de fabelachtige
been- en vlindertechniek al een reactiesnelheid van 0,41 seconde,
evenals haar concurrente Amy Van Dyken overigens. Ook dat was een
record: tot dusverre was niemand sneller dan 0,66 seconden.
Maar daar waar de Amerikaanse Van Dyken aantikte na exact 25 seconden,
goed voor de vierde plaats, daar raffelde De Bruijn, ondanks "zware
benen", de vijftig meter af in 24,13. Die tijd - nog maar 2,51 seconde
trager dan de mondiale toptijd bij de mannen - was goed voor een
verbetering van haar eigen wereldrecord (24,39), ruim drie maanden
geleden gezwommen bij een invitatiewedstrijd in Rio de Janeiro. Haar
voorsprong op de nummer twee, de Zweedse Thérèse
Alshammer, bedroeg gisteren maar liefst 0,67 seconde - een mensenleven
in zwemtermen. Vol ongeloof, met de handen voor haar mond geslagen,
tuurde De Bruijn na afloop van haar elfde (!) wereldrecord naar het
scorebord - een inmiddels overbekend tafereel in het majestueuze bad op
Sydney Olympic Parc. "Deze tijd is niet te bevatten", stamelde de
tweevoudig Europees kampioene korte tijd later. "Ik schrok van mezelf.
Jezus Mina, dat ik dit in me heb." Op de vraag wat haar plafond is,
moest De Bruijn het antwoord schuldig blijven. Met een stralende
glimlach: "Ik weet niet wat mijn limiet is en wil het ook niet weten.
Dit is het jaar 2000, dit is mijn jaar."
Alsof het haar geen enkele moeite kostte, verlegde De Bruijn haar
grenzen deze week opnieuw, ditmaal ten overstaan van de verzamelde
zwemelite. Haar opmars begon vier maanden geleden, op 20 mei in Monaco,
met een verbetering van het wereldrecord op de (niet-olympische) 50
meter vlinderslag. Pas vandaag kwam een einde aan de verbluffende
zegetocht, waarvan ze zelf nog het meest beduusd was. Na vandaag gaat
Invincible Inky, haar nieuwe bijnaam in Australië, genieten
van "een hele lange en welverdiende vakantie".
Tot vervelens toe werd De Bruijn ook deze week weer ondervraagd over
haar volgens sommigen verdachte vooruitgang. De Bruijn liet zich,
anders dan voorheen, niet van de wijs brengen en hield voet bij stoek:
haar krachtige musculatuur was vooral een gevolg van de keiharde
trainingsarbeid onder leiding van haar Amerikaanse coach Paul Bergen,
die zijn pupil in Portland onder meer de touwen injoeg en De Bruijn
aanspoorde tot een intensieve 'droogtraining' (gewichtheffen en Tae
Bo). Het succes van zowel De Bruijn als Van den Hoogenband straalt dezer
dagen als vanzelfsprekend af op hun coach, de eigenzinnige Jacco
Verhaeren. Die wordt dezer dagen vaker dan hem lief is aangeklampt door
deze en gene, om tekst en uitleg te geven over de verbluffende
prestaties van zijn pupillen. Verhaeren laat het over zich heen komen
en geduldig vertelt hij zijn verhaal. Dat Van den Hoogenband en De
Bruijn profiteren van een bijna feilloze techniek, dat beiden baat
hebben bij hun nagenoeg ideale ligging in het water en het in Sydney
waarachtig lijkt "alsof ze over het water lopen". Wat hem nog het meest
vervult met trots zijn de barrières die Van den Hoogenband en De
Bruijn in staat zijn te slechten. "Ze zwemmen tijden waarvan we tot
voor kort alleen maar durfden te dromen."
Zelf blijft hij nuchter onder alle loftuitingen. "Het mooie is: toen ik
in het trainersvak stapte, had ik zo mijn idealen. Ik ging aan de slag,
met de gedachte dat het zus en zo moest. Maar zeker weten deed ik het
natuurlijk niet. Pas nu kan ik zeggen: dat wat we met z'n allen al die
tijd voor ogen hebben gehad, blijkt geen dagdromerij te zijn geweest."