'Ik zag aan die kop van Mark: hij heeft het'
In de voetsporen van Geesink in
1964 en Ruska in 1972 behaalde Mark Huizinga gisteren de gouden
medaille in het judotoernooi. "Ik hoef nu niet meer te bewijzen dat ik
goed ben."
Door een onzer redacteuren
SYDNEY, 21 SEPT. Mark Huizinga besefte na zijn olympische triomf dat
hij zich in een illuster rijtje judoka's heeft geschaard. Anton Geesink
(1964) en Wim Ruska (1972) waren de twee andere Nederlanders die in deze
tak van sport een gouden medaille op de Spelen veroverden. "Je probeert
tot een steeds selectere groep te behoren", zei Huizinga. "Daarom wilde
ik ook die vierde en vijfde Europese titel hebben. Maar nu, door deze
prestatie, heb ik een hoop mensen aan de kant geschopt."
Geesink keek vanaf de eerste rij in de zaal toe hoe Huizinga goud won.
Het IOC-lid noemde de Vlaardinger "een groot kampioen". "Geesink en
Ruska waren geweldige judoka's", sprak de coach van Huizinga, Chris de
Korte. "En ik ben er trots op dat Mark daar nu ook bij staat. Hij hoort
er ook bij. Die jongen is compleet." Geesink: "Hij is niet alleen een
technische judoka, hij kan ook schaken op de mat."
De Korte vond dat zijn vroegere pupil Angelique Seriese ook in het
rijtje olympische kampioenen thuishoort. Zij won in '88 in Seoul een
gouden medaille, maar toen was judo een demonstratiesport. "Nou en?
Weet je dat in 1964, toen Geesink won, het ook demonstratiesport was?
Maar daar hoor je niemand over. Het stoort me ontzettend als Angelique
wordt vergeten", zei De Korte. Huizinga noemde zijn coach "de stuurman"
van zijn succes. "Op technisch gebied kan hij me niets meer leren. Daar
weet ik nu waarschijnlijk meer van dan hij. Maar hij stuurt me op ander
gebied, weet wat goed voor me is en wat ik wel en niet moet doen. Daar
vertrouw ik blind op. Hij zorgt er voor dat ik altijd in topvorm op
belangrijke wedstrijden sta."
In de voorbereiding waren Huizinga en De Korte twee weken gescheiden
geweest, toen de coach eerder naar Japan vertrok om er andere judoka's
van zijn club te trainen. Huizinga geeft toe zich zonder De Korte een
beetje ontheemd te hebben gevoeld. Bij hun weerzien in Japan had de
coach al vermoed dat zijn judoka hoge ogen zou kunnen gaan gooien in
Sydney. "We omhelsden elkaar en toen zag ik aan die kop van hem: hij
heeft het."
De Korte kreeg gisteravond na de gouden medaille van Huizinga (vier
partijen, vier ippons) de felicitaties van onder anderen collega-
trainer Cor van der Geest. De twee sloegen elkaar enthousiast op de
schouders. Dat was een bijzonder moment. De coaches gingen al sinds
mensenheugenis als gezworen vijanden door het leven. In het
trainingskamp in Japan hadden ze elkaar na lange tijd weer eens
gesproken. "Ik vind het mooi dat Cor me heeft gefeliciteerd. Hij is een
vent die opkomt voor zijn eigen club. Dat doe ik ook", zei De Korte. De
twee slapen in het olympisch dorp bijna naast elkaar. De Korte lachend:
"Er zit alleen een dun muurtje tussen. Als hij naar het toilet gaat,
hoor ik hem."
Ze zullen elkaar ook na de Spelen blijven treffen. Want Huizinga wil
doorgaan. Hij hoopt in elk geval volgend jaar ook op het WK eens succes
te boeken. " Maar ik hoef nu niet meer te bewijzen dat ik goed ben."
Volgens zijn vriendin en judoka Edith Bosch, die gisteren in haar
klasse zevende werd, zou Huizinga de volgende Spelen in 2004 kunnen
halen. "Misschien heeft hij de smaak te pakken. Van mij mag hij. Ik wil
zelf ook naar Athene", zei Bosch. Huizinga sluit niet uit dat hij er
dan nog bij is. "Het zou best kunnen. Ik heb er nog steeds plezier in
om het uiterste uit mezelf te halen."
De Korte zou het niet verstandig vinden. "Zijn lijf is nu nog heel, met
een goede rug. Maar ik zie hier veel oudere judoka's rondlopen die over
hun top zijn en problemen met hun lichaam hebben. Daar moet Mark voor
waken."