De gouden vlinder lost haar beloften in
Speculaties van de buitenlandse
pers over doping schudde Inge de Bruijn van zich af als druppels water.
Niemand kon haar nog de gouden medaille én het wereldrecord op de
100 meter vlinderslag afnemen.
Door onze redacteur MARK HOOGSTAD
SYDNEY, 18 SEPT. Zoveel aandacht genereerde Inge de Bruijn de afgelopen
weken dat zelfs de sprintster die zo graag in het middelpunt van de
belangstelling staat het af en toe beu werd. Na gisteren kan de 27-
jarige Nederlandse haar lol op. Met haar indrukwekkende zege op de 100
meter vlinderslag, Nederlands eerste gouden medaille bij deze Olympische
Spelen en goed voor een wereldrecord (56,61), schroefde De Bruijn de
verwachtingen op voor haar optredens op de 50 (zaterdag) en de 100 meter
vrije slag (donderdag). Haar glansrijke race was voor (een deel van) de
buitenlandse pers bovendien aanleiding te speculeren over het gebruik
van doping.
Het was de hoofdpersoon gisteren om het even. "Een gouden vlinder"
voelde De Bruijn zich na haar explosie op het slopende sprintnummer, en
na een innige omhelzing met haar broer Matthijs, lid van de Nederlandse
waterpoloselectie, dartelde de olympisch kampioene naar de felle
schijnwerpers van de camera's om haar verhaal te doen. Dit was haar
moment, en niemand die het haar zou afnemen.
Trots mocht De Bruijn inderdaad zijn, nadat ze Nederland een dag eerder
al een zilveren medaille had bezorgd op de 4x100 meter vrije slag.
Vanuit geslagen positie - Nederland bezette de zesde plaats toen De
Bruijn overnam van PSV-clubgenote Thamar Henneken - loodste ze de
estafetteploeg dankzij een ziedende sprint alsnog naar de tweede plaats,
achter de Verenigde Staten.
In Sydney loste De Bruijn haar beloften in. Eindelijk volgens velen,
want reeds op jonge leeftijd gold ze als een exceptioneel talent dat,
mits goed begeleid, vast en zeker de aansluiting zou vinden met de
wereldtop. Daar leek het lange tijd ook op - De Bruijn won in 1991 bij
de EK in Athene al zilver op de 100 vlinder - maar in het zicht van de
Spelen in Atlanta ontspoorde de carrière van De Bruijn.
Een gebrek aan trainingsijver, tegenwoordig hét wapen van De
Bruijn, kwam haar op een verwijdering uit de nationale ploeg te staan.
Vanzelfsprekend dwaalden de gedachten gisteren weer af naar die zwarte
bladzijde uit haar geschiedenis. "Het is goed dat het is gebeurd",
constateerde De Bruijn. "Die break was noodzakelijk, want anders
was ik nooit zover gekomen. Nu weet ik hoe ik mijn talenten moet
gebruiken." Twijfels heeft De Bruijn uit haar hoofd gebannen. Gierden de
zenuwen haar nog niet zo lang geleden door de keel, ditmaal vertoonde ze
geen spoor van nervositeit. Onbekommerd stapte de tweevoudig Europees
kampioene gisteren op het startblok om vervolgens in een superieure
stijl door het bassin te razen, gadegeslagen door 17.500 uitzinninge
toeschouwers in het Sydney Aquatic Centre. Het verschil met de nummer
twee, de Slowaakse Martina Moravcova, was indrukwekkend: 1,36 seconde.
De Bruijn laat zich niet langer uit het veld slaan. Zo benadrukte ze
tijdens haar ontmoeting met de internationale pers die haar stormachtige
progressie - tien wereldrecords in één jaar - verdacht
vindt. Stoïcijns gaf ze antwoord op vragen met betrekking tot het
mogelijke gebruik van doping. Kern van haar betoog: "Ik sta boven de
verdachtmakingen."
Het was niet zozeer wat De Bruijn zei, maar vooral de manier waarop ze
het zei die de meeste bewondering wekte: rustig, ingetogen, volwassen.
Scherp is het contrast met vorig jaar, toen De Bruijn nog paniekerig kon
reageren als iemand het waagde haar te herinneren aan de gemiste kans
van vier jaar geleden. Maar ook die mentale horde heeft De Bruijn in
Amerika genomen onder leiding van drillcoach Paul Bergen.
Haar begeleider, levensgezel Jacco Verhaeren, verbaasde zich de voorbije
dagen al over de ontspannen houding. "Bij de EK was de spanning vorig
jaar groter. Toen twijfelde ze: kan ik het wel, kan ik het niet? Nu weet
ze: ik kan het en ik heb er genoeg voor gedaan, dus kom maar op."