Integreren in Denemarken: 'Hard? Nee,
efficiënt'
Een artikel van Paul Scheffer
heeft een discussie op gang gebracht over 'het multiculturele drama' in
Nederland. Hoe verloopt de integratie van immigranten in het
buitenland?
Door onze redacteur PAUL LUTTIKHUIS
KOPENHAGEN, 21 APRIL. De kraaien verdringen zich om de nesten van vorig
jaar, hoog in de bomen van Sandholm. Het is een druilerige morgen op
het voormalige militair terrein in Birkerød ten noorden van
Kopenhagen waar de Deense regering eerste opvang geeft aan
asielzoekers. Er wonen hier ruim zeshonderd vluchtelingen, uit meer dan
zestig verschillende landen. Eigenlijk is dat te veel, vindt Susanne
Lorentzen van het Deense Rode Kruis, dat door regering is belast met de
uitvoering van de opvang van vluchtelingen. Maar de grote toestroom
maakt vlekkeloze opvang moeilijk. Niet iedereen heeft direct een plek
in één van de centra elders in het land.
Zichtbaar onbehaaglijk toont Lorentzen, die de leiding heeft over het
complex, een grote hal waar honderdzestig stapelbedden staan. Het ruikt
hier muf, er wordt veel gerookt. "Dit is niet ideaal", zegt ze. Maar er
zijn plannen om de zaal te verbouwen, zodat iedereen ook hier een eigen
kamer heeft. Eerder heeft Lorentzen met enige trots de kamers laten
zien voor gezinnen, sommige met een eigen kookgelegenheid en
doucheruimte - "Sandholm-Hilton", grapt ze. Verder beschikt het complex
over een café annex bioscoop, een bibliotheek en een school.
Vanaf dag één dat een asielzoeker Denemarken binnenkomt,
gaan zijn kinderen hier naar school.
"Management is het sleutelwoord", zegt Kim Lunding, tweede man van de
Deense immigratiedienst. Vertragingen in de opvang vloeien volgens hem
vooral voort uit het Verdrag van Dublin, dat bepaalt dat asielzoekers
binnen de EU maar één asielverzoek kunnen indienen en
altijd naar het land van eerste aanvraag worden teruggestuurd. Net als
andere lidstaten, probeert Denemarken daarom asielzoekers naar zo'n
land van eerste opvang terug te sturen. Maar door de trage respons van
die andere landen kan de de procedure gemiddeld tien maanden vertraging
oplopen, volgens Lunding.
Eén van de kritiekpunten op het Deense beleid betreft de
asielaanvragen die het stempel 'overduidelijk ongegrond' krijgen, vaak
van Oost-Europeanen uit landen die op de wachtlijst staan voor EU-
lidmaatschap. Zo'n aanvraag wordt binnen 41 dagen afgerond, zonder
mogelijkheid tot beroep. Vooral dat laatste verontrust
mensenrechtengroepen. Ten onrechte, vindt Lunding. "De procedure
verloopt zorgvuldig, vluchtelingenorganisaties kunnen een veto
uitspreken. Dan wordt iemand alsnog in de normale asielprocedure
opgenomen."
De gewone procedure duurt volgens Lunding gemiddeld 176 dagen, wat veel
sneller is dan elders. Normaal krijgt een asielzoeker na een maand of
vier een voorlopige verblijfsvergunning. "Op afwijzing volgt
automatisch hoger beroep", vertelt Lunding. "Vroeger mocht een
afgewezen asielzoeker zelf weten of hij in beroep ging. Meestal
gebeurde dat vlak voor zijn uitzetting, onderweg naar het vliegveld.
Dat leidde tot veel vertragingen. Daarom is het nu een onderdeel van de
procedure. Wie uiteindelijk is afgewezen, moet het land uit, al dan
niet geëscorteerd." Hard? Nee, vindt Lunding. "Het is
efficiënt en het uitgangspunt is, dat we doen wat we zeggen. Dat is
nodig om het draagvlak voor het asielbeleid te behouden."
De sociaal-democratische burgemeester van Herlev, Keld Hansen, is het
met Lunding eens. Hij behoorde tot een groepje burgemeesters die de
Deense regering hebben wakker geschud door in aansluiting op het
strenge toelatingsbeleid aan te dringen op een helder integratiebeleid.
Je zou niet zeggen dat deze wat duffe voorstad van Kopenhagen kampt met
een grote minderhedenproblematiek. Er is hier bijvoorbeeld geen sprake
van vervuiling of verwaarlozing die vaak wordt geassocieerd met wijken
waar veel buitenlanders wonen. "De politiek heeft het onderwerp van de
integratie veel te lang laten sloffen", zegt Hansen. "We zeiden altijd:
er zijn hier maar zeven procent buitenlanders, dat is toch geen serieus
probleem. Maar we hadden er geen idee van die buitenlanders zich
concentreerden in wijken waar geleidelijk meer dan de helft van de
bewoners uit het buitenland kwam en waar Denen het gevoel kregen niet
meer in hun eigen land te wonen. Politici hebben hun klachten altijd
genegeerd en daardoor ruimte gecreëerd voor de Deense Volkspartij,
die simpele antwoorden biedt."
Het uitblijven van een integratiepolitiek heeft het debat versimpeld,
vindt Hansen: je bent voor of je bent tegen. Daarom legt hij zoveel
nadruk op integratie. "Alleen een baan is niet voldoende", zegt Hansen.
"We willen dat mensen aan de Deense samenleving deelnemen. Via scholen,
via het democratische proces, in verenigingen. We moeten een einde
maken aan de getto's. Dat betekent niet dat we willen voorschrijven hoe
mensen gekleed moeten gaan, of welke religie ze moeten hebben, zoals
ons wordt verweten." Het betekent wel dat een asielzoeker drie jaar lang
moet meedoen aan een integratiecursus. Hij leert de taal en krijgt
informatie over het land. Na die cursus, en alleen dan, heeft hij -
mits hij geen strafblad heeft en geen schulden - recht op een
permanente verblijfsvergunning.
Critici zeggen dat de Deense maatregel die bedoeld is om gedwongen
huwelijken tegen te gaan in feite gericht is tegen ongewenste
immigratie. De Deense wet bepaalt dat buitenlandse partners zich in
principe alleen in Denemarken mogen vestigen als beiden ten minste 25
jaar zijn. De wet is, volgens Hansen, bedoeld om te voorkomen dat
ouders hun kinderen - vooral de meisjes - uithuwelijken. "Ik ken hier
in Herlev meisjes die een uitstekende opleiding hebben gehad en daarna
gedwongen werden te trouwen met een neefje uit Pakistan of Turkije, die
in het kader van de gezinshereniging moeten worden toegelaten. Dan
verdwijnen die meisjes uit het openbare leven. Gelijkwaardigheid van
mannen en vrouwen is een groot goed in de Deense cultuur, dat wil ik
verdedigen."
De nieuwe regeringsmaatregelen zijn volgens Peter Skaarup niet meer dan
een druppel op een gloeiende plaat. In het Deense parlement is Skaarup
vice-fractievoorzitter van de Deense Volkspartij, de nationalistische
(Skaarup: " ik zeg liever nationale, dat klinkt vriendelijker") partij
die haar aanhang dankzij haar populistische leidster, Pia Kjaersgaard,
de laatste jaren fors zag stijgen.
Kjaersgaard legt simpele verbanden tussen immigratie en ouderenzorg,
tussen de komst van buitenlanders en de toename van geweld. Ze
suggereert dat de moslimcultuur een bedreiging vormt voor Denemarken.
Skaarup vindt de islam ook een gevaar. "Het is een godsdienst waar de
religie boven de politiek gaat, dat is in Denemarken onacceptabel",
aldus Skaarup. "De islam bestaat, ook in Denemarken. Dat moeten we
accepteren, maar dat betekent niet dat we dat ook moeten steunen.
Denemarken is nu eenmaal een christelijk land."
Haast is geboden, meent de Deense regering, om het tij te keren en de
angst voor vreemdelingen binnen de perken te houden. De aanhang van de
Deense Volkspartij groeit nog steeds. Zelfs koningin Margarethe
waarschuwde onlangs voor het gevaar: "Tolerantie is niet zo eenvoudig
als we dachten toen we haar nog niet nodig hadden."
Dossier Multiculturele samenleving: www.nrc.nlHoofdpunten van het
Deense Vreemdelingenbeleid:
Asielzoekers worden na binnenkomst in het centrale opvangcentrum
Sandholm verspreid over regionale asielzoekerscentra.
Snelle procedure voor asielzoekers (voorlopige verblijfsvergunning
na gemiddeld 176 dagen; 'overduidelijk kansloze gevallen' worden binnen
41 dagen afgewerkt). Streng uitzettingsbeleid.
Nadruk op integratie in de Deense samenleving door een driejarige
cursus waarin de taal wordt geleerd en informatie wordt gegeven over de
Deense cultuur. De asielzoeker moet op zoek naar werk, de overheid
biedt mogelijkheden tot bijscholing.
Na drie jaar permanente verblijfsvergunning, mits de
integratiecursus is gevolgd en de asielzoeker geen strafblad en geen
schulden heeft.
Buitenlandse huwelijkspartners mogen zich pas in Denemarken
vestigen als beide partners ten minste 25 jaar zijn, om uithuwelijking
tegen te gaan.
Immigrantenfamilies mogen niet samen wonen in te kleine huizen, om
de tweede en derde generatie buitenlanders de kans te geven een eigen
(lees: Deens) leven op te bouwen.
Immigranten mogen zich niet nieuw vestigen in buurten waar te veel
buitenlanders wonen, om getto-vorming te voorkomen.