U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Microsoft

Nieuws

Proces

Achtergrond

Links

Microsoft domineert maar creëert niet IBM- kloon


De huidige software-industrie is niet aan Microsoft te danken, maar aan een onderneming die vooral bekend staat om zijn hardware: International Business Machines ( IBM), vindt Ellen Ullman.

Het kan niet anders of bij Microsoft geloven ze oprecht dat de wereld de software-industrie aan hen te danken heeft. Hoe anders is de zwakke verdediging van Microsoft te verklaren in de antitrustzaak die de Amerikaanse overheid tegen het bedrijf heeft aangespannen? Hoe kan Bill Gates anders zo stellig beweren dat Microsoft niet zal worden opgesplitst? Vanwaar komt anders zijn zekerheid dat het vonnis van federaal districtsrechter Thomas Penfield Jackson zal worden vernietigd?

Maar het is niet juist. We hebben de huidige software-industrie niet aan Microsoft te danken. De geestdrift en innovatie die we om ons heen zien - in de ontwikkeling van internet-software, 'palmtop'-computertjes en zelfs programma's voor de goede oude pc - zijn helemaal niet in de software-sector ontkiemd, maar bij een onderneming die vooral bekend is om zijn hardware: een gedegen firma in Armonk, New York, International Business Machines.

De software-industrie in haar huidige gedaante is ontstaan rond 1980, toen iemand diep in het raderwerk van IBM, die werkte aan een machientje dat 'persoonlijke computer' werd genoemd, besloot de specificaties voor de inwendige onderdelen openbaar te maken. Zo konden andere hardware-fabrikanten gelijkwaardige machines produceren. Dt was misschien wel de grootste en meest fantastische vergissing die ooit door een bedrijf is gemaakt.

Opeens was daar de IBM-kloon; een haast vergeten term, sinds de compatibele machines zo algemeen zijn geworden dat ze niet meer als kopieën van iets te herkennen zijn. Bedrijven van Noord- Amerika tot Azië begonnen pc-componenten te maken; klonenfabrikanten overal ter wereld assembleerden die componenten in hun eigen kasten, waarop ze dan hun eigen naam zetten. Er bestond een levendige, sterk competitieve markt voor onderdelen, van schijfstations tot voedingseenheden. De prijzen van de machines daalden. De handel floreerde. De pc werd een alledaags verschijnsel.

Toevallig was Microsoft een van de ondernemingen die het op zich hadden genomen een besturingssysteem voor de IBM-pc te schrijven. Het systeem van Microsoft was niet eens zo heel goed. De programmatuur die bekend is geworden als MS-DOS was oorspronkelijk geschreven door een andere onderneming en vervolgens omgewerkt en in elkaar geflanst door Microsoft. Maar enfin, het wás er, en Microsoft deinde mee op de golf van nieuwverkochte pc's door met de klonenbouwers afspraken over koppelverkoop te maken. Zo kwam het dat MS-DOS werd geïnstalleerd op iedere machine die de fabrikant verkocht, of de klant er nu behoefte aan had of niet.

Het volgende besturingssysteem voor pc's dat Microsoft op de markt bracht, heette Windows. Het schermbeeld ('grafische interface') van Windows was afgekeken van het baanbrekende werk dat was verricht bij het Xerox researchcentrum in Palo Alto, dat Apple al toepaste. Windows was, in zijn eerste twee versies, ook al niet bijster goed. Sommigen vinden dat het nog steeds niet echt deugt. Het programma stagneert met een regelmaat die van geen enkel ander besturingssysteem zou worden geaccepteerd. Een veelgehoord grapje is dat Microsofts killer application, het stuk software dat iedereen voortdurend gebruikt en niet meer zou kunnen missen, het herstart-programmaatje van Windows is.

Microsoft is niet tot zo'n kolos uitgegroeid omdat het van die fantastische, innoverende software schrijft. Het is een moloch geworden doordat het zo slim was de vernieuwingen bij andere bedrijven te signaleren en vervolgens aan te passen voor de open IBM-architectuur. Alles, van de grafische 'schil' tot de internet-browser en het meeste daartussenin, is door Microsoft afgekeken en vertimmerd voor Windows, vaak inderhaast, met als resultaat het onsamenhangende, onappetijtelijke ratjetoe dat Windows heet.

Uiteindelijk zijn we software gaan schrijven omdat overal pc's stonden, niet omdat Windows zo schitterend was. Want software schrijven voor Windows is een ellende. Het is zo onooglijk dat veel software- ontwerpers er aanstoot aan nemen. Andere systemen bieden een eleganter werk- en programmeeromgeving, met name de Apple Macintosh. Maar de architectuur van de Mac was tot voor kort het angstvallig beschermd eigendom van Apple. Daardoor bleef de prijs van de Mac relatief hoog en de afzet dus vrij laag. Kwantiteit won het van kwaliteit - dus hielden we onze neuzen dicht en programmeerden voor Windows.

Microsoft heeft zonder meer gelijk wanneer het zegt dat de pc-wereld door Microsoft-software is geconsolideerd. Computers vragen nu eenmaal om standaards; heldere protocollen voor technische interactie. Maar de grote vraag luidt: zijn die standaards openbaar of zijn ze beschermd eigendom?

Dat de IBM-pc de basis heeft gelegd voor de computer zoals we die thans kennen, is het gevolg van de openbare specificaties van zijn onderdelen. Het internet en het world wide web konden wereldomspannende verschijnselen worden doordat ze berusten op vrij beschikbare, universeel geaccepteerde protocollen.

Echter, het standaard besturingssysteem van de pc is nog steeds het besloten eigendom van één onderneming, Microsoft. Ooit is Microsoft door IBM een kans in de schoot geworpen: een open architectuur die bedenkers en makers van hard- en software in de hele wereld inspireerde. Maar Microsoft maakte andermans werk na, bedong exclusieve koppelverkoop, intimideerde concurrenten en probeerde op die manier het gebruik van die architectuur onder controle te krijgen. En de gotspe is, dat Microsoft die machtsgreep nu tracht te rechtvaardigen met een beroep op 'de vrijheid van innovatie'. Microsoft creëert niet, het domineert. Waar Microsoft ook mee bezig meent te zijn, een voorvechter van vernieuwing is het niet. Innovatie is het stuurse, onberekenbare kind van onbekende ouders. En het doet zich soms in onverwachte gedaante aan ons voor, zoals die van de grijze, vriendelijk ogende rechter Thomas Penfield Jackson.

Ellen Ullman is programmeur en software-consulent en schrijft over de sociale aspecten van computertechnologieën.

© LAT-WP Newsservice IBM.

NRC Webpagina's
20 juni 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad