|
BOEKEN
|
Verhaal uit een ongeregelde
wereld Roman van Margriet de Moor
Reinjan Mulder
Pas als de bladeren beginnen te vallen komt hij, zonder veel te zeggen, terug. Anders dan de man uit De Moors eerste roman lijkt de vrouw niet onder de afwezigheid van haar echtgenoot te lijden. Ze accepteert dat hij een zwerversnatuur heeft. De enige keer dat het huwelijk in gevaar komt, is als hij na zijn langdurige afwezigheid op weg naar huis door een schoolgenote van zijn vrouw wordt verleid. De vrouw ontvlamt in woede en slaat de boel kort en klein. De vrijheidslust van haar man kan ze verdragen, de banale vernedering door een dorpsgenote niet. De achtergrond van het zwerflustige gedrag van de echtgenoot is dat hij een zigeuner is. Een echte. Dat is dan ook meteen het grote verschil met Eerst grijs dan wit dan blauw. Een paar jaar voor de oorlog is hij tijdens een hevige sneeuwstorm onder een woonwagen geboren en zijn hele leven heeft bestaan uit trekken. Eerst noodgedwongen, omdat hij met zijn lotgenoten van land tot land werd opgejaagd, later min of meer vrijwillig. Het zwerven zit hem, zoals de roman dat zegt, in het bloed. Zijn familieleden wonen verspreid door heel Europa. Op zijn jaarlijkse zwerftocht gaat hij per limousine bij hen langs. Hertog van Egypte lijkt onder meer bedoeld als een poging voor het zigeunerleven begrip te wekken. Er moet een flinke plank literatuur over deachtergronden ervan zijn doorgewerkt. 'Europa, dat zijn zij zelf', zegt de verteller over hen. Van de man die elk jaar zijn vrouw verlaat wordt uitgelegd waarom hij zich met ongeregeld werk in leven houdt. Hij weet veel van paarden, is een goede handelaar, hij is handig met gereedschap, en waar het nodig is helpt hij op het land. 'Je vervult de traditie', zo wordt tegen hem gezegd, 'die wil dat je je met een hoop drukte in stamverband verplaatst.' Zijn vrouw herkent daarin iets van zichzelf. Bij hun eerste kennismaking voelt ze zich aangetrokken door de vrijheidslust van de donkere man met zijn luide stem en zijn 20-karaats gouden horloge. Ze is afkomstig uit een Twentse boerenfamilie die sympathiek staat tegenover zigeuners. Op de boom voor hun erf staat een geheim teken waaraan de zwerver kan zien dat er goed volk woont. Op school is ze altijd een buitenbeentje geweest: roodharig, slecht in leren en dromerig. 'Vertel', denkt ze als ze hem hoort praten. 'Ik ben het verlengstuk van jouw voorgeschiedenissen.' De visie die De Moor in haar derde roman heeft willen uitdragen, en die al eerder bleek uit haar toelichting bij de presentatie van haar tweede roman De virtuoos, is waarschijnlijk dat de Verlichting een waardevol deel van onze cultuur in het nauw heeft gebracht. Tot dat deel behoort de Napolitaanse opera die in De virtuoos werd beschreven, en ook de gevoelsmatige en intutieve benadering uit het zigeunermilieu. 'Voor een grootscheepse opruiming zijn theorieën of op zijn minst motieven nodig', laat ze de verteller over het begin van de zigeunervervolgingen zeggen. 'Wat moet je in de eeuw van de heldere gedachte met een groep paupers die zich niet laat opvoeden? De kosmopolitische republiek (...) begon een oorlog tegen een groep vagebonden (...). Wat moet je in de eeuw van het heldere verstand met waarzeggerij, dierentemmerij, en de geheiligde bedelaarshand uit de middeleeuwen?' Op verschillende plaatsen in de roman komt deze aanklacht terug. De verteller ziet in het zigeunerbloed neigingen die 'tot ver in de Europese geschiedenis teruggaan op de levensprincipes van kar- en tentbewoners'. En er wordt hartstochtelijk over de ervaringen verteld die met het burgerlijke bestaan in botsing zouden komen: 'Zeelucht, landlucht, nachtelijke geuren van door zon geschroeide velden, bloemen, telkens weer anders.' Op mij maakt dat alles eerlijk gezegd een nogal simplistische en naeve indruk. Zigeuners figureren in de moderne westerse cultuur binnen drie complexen. Ze staan voor een negentiende-eeuws, romantisch vrijheidsideaal. Lustig ist das Zigeunerleben, varia! Ze zijn, net als de joden, slachtoffers van de vernietigingsmachine van het nazisme. En ze hebben altijd een moeilijke verhouding gehad met de sociale verzorgingsstaat, met zijn uitkeringsinstanties en zijn leerplicht. In De Moors roman komen al deze aspecten aan bod. Ze laat een rechte lijn zien die van de vervolging in de tijd van de Verlichting via het overheidsbeleid in de jaren dertig en de Tweede Wereldoorlog naar het heden loopt. Aan de hand van enkele levensgeschiedenissen geeft ze aan welke mentaliteit er achter de discriminatie van zigeuners zit. Ze legt de nadruk op de angst voor het ongeregelde en afwijkende. Maar daarmee heeft ze niet kunnen voorkomen dat haar boek zelf vooral op het romantische, negentiende-eeuwse vrijheidsideaal steunt. Wanneer ze schrijft over het naar vrijheid snakkende zigeunerbloed of over de 'doffe zwarte ogen' en het 'ravenzwart haar' van haar personages, wordt het moeilijk om niet meteen een zigeunerbaron te horen of een snikkend zigeunermeisje te zien. De vertellende verhalen over het zigeunerleven, die minstens de helft van het boek beslaan, en die waarschijnlijk tot doel hebben gehad de roman een anker in de werkelijkheid te geven, werken juist averechts. Als de zigeuner zijn eigen lotgevallen, zijn mislukte huwelijk met een meisje van een vijandelijke groep en de uitroeiing van zijn familie in de Tweede Wereldoorlog beschrijft ontkomt hij niet aan een vervelend soort sentimentaliteit. En als we lezen over de zigeunervervolgingen aan het begin van de eeuw, het musiceren en het rondtrekken met dansende beren, de steun die zigeuners in de oorlog aan Tito hebben gegeven, de 'heidenvervolgingen' in de achttiende eeuw en de komst van de zigeuners naar Europa, wordt dat gevoel alleen maar sterker. Al deze lange stukken houden iets vreemds. Het zijn Fremdkörper in de roman. Ze zijn geschreven in een andere stijl dan we van De Moor gewend zijn en gaan over onderwerpen waarmee ze kennelijk weinig vertrouwd is geraakt. Hertog van Egypte krijgt daardoor soms het karakter van een 'leerstuk'. Dat is jammer. Ging het in het onvolprezen Eerst grijs dan wit dan blauw om een persoonlijke verwerking van individuele ervaringen, nu wordt er te nadrukkelijk uitgelegd hoe deze ervaringen kunnen worden gevormd door de maatschappelijke verhoudingen en gebeurtenissen in het verleden. In het boek komt de, op zichzelf fraaie, paradox voor: 'Elk mens heeft zijn redenen voor onverklaarbaar gedrag.' In de andere stukken van de roman heeft De Moor gelukkig minder moeite een goede toon te vinden. In het eerste en het laatste deel, waarin het kader van de roman en de afloop worden geschetst, schrijft ze weer met een intensiteit en formuleringsdrift die haar terecht tot een van de grote schrijvers van dit moment hebben gemaakt. Maar dat betreft slechts ongeveer de helft van het boek. Haal je de lange verhalende zigeunerstukken weg, dan houd je een vrij dunne roman over die wel erg veel op Eerst grijs dan wit dan blauw lijkt. Margriet de Moor: Hertog van Egypte. Querido. 288 blz. f 37,50, f 52,50 (geb.) NRC Handelsblad, 1 november 1996 |
NRC Webpagina's
9 mei 1997
|
Bovenkant pagina |