Een ramp die de samenleving blijft bezighouden
De vliegramp Bijlmermeer is een ramp die tot nu toe niet is afgesloten
door de samenleving. Zesenhalf jaar na dato moet een parlementaire
enquêtecommissie antwoord geven op allerlei vragen die in de
samenleving zijn blijven hangen. Er is behoefte aan adequate
informatie. Zolang die er niet is, ontstaat op dit punt wantrouwen ten
opzichte van de overheid. Dit komt tot uiting in een aantal zaken. In de eerste plaats gaan verhalen de ronde doen die betrekking
hebben op achtergronden van de ramp. Speuren naar antwoorden
Voor enkelen wordt het speuren naar antwoorden bijna een dagtaak,
waarbij een grote diversiteit aan onderwerpen wordt uitgediept. Dit
heeft positieve en negatieve gevolgen. Het positieve is dat op een
aantal onderwerpen heel duidelijk wordt gemaakt dat vragen vanuit de
samenleving onvoldoende beantwoord zijn. Hierbij komt tevens naar boven
dat door speurwerk enkele vragen wel beantwoord worden. Tenslotte is
het mede aan deze groep mensen te danken dat de ramp en de slachtoffers
niet zijn vergeten. Door hun inspanningen en het feit dat ze dit via de
media onder de aandacht brengen, is de ramp op de agenda blijven staan.
De bevolking in de Bijlmermeer
De samenstelling van de bevolking in de Bijlmermeer is zeer divers. Het betreft een sterk multiculturele gemeenschap en er is ook sprake van een aantal illegaal in Nederland verblijvende mensen. Dit gegeven was een bemoeilijkende factor in de fase van de rampenbestrijding (onder andere identificatie van omgekomenen). Hierover is in hoofdstuk 3 gesproken. Bij de verdere afwikkeling van de ramp in de periode erna geeft het andere problemen. De slachtoffers zijn veelal burgers die moeilijk wegen kunnen vinden om bijvoorbeeld de gezondheidsklachten van een grote groep aan de kaak te stellen. Waar is bijvoorbeeld de stem van de allochtonen? Waar wordt Pa Sem gehoord? Zoals uit de proloog blijkt, bestaat er angst om naar overheidsinstellingen te stappen. Opvallend is dat degenen die in de media aan het woord zijn, bijna allemaal autochtoon zijn, terwijl heel veel slachtoffers allochtoon zijn. De bestuurlijke en ambtelijke organisaties die met de ramp te maken hebben, zijn blijkbaar niet laagdrempelig genoeg voor deze bevolkingsgroep. Beeldvorming in de media
Terugkijkend op de rol van de media in de afgelopen zesenhalf jaar is een tendens te bespeuren dat wel melding wordt gemaakt van de theorieën, maar dat er veelal geen afdoende toetsing plaatsvindt van het waarheidsgehalte of de waarschijnlijkheid. Opgemerkt moet worden dat deze toetsing niet altijd mogelijk is vanwege het ontbreken van voldoende en goede informatie. Hierdoor blijven beelden hangen bij burgers die niet afdoende worden weerlegd. Het is niet aan deze Commissie om een oordeel te hebben over de berichtgeving; wel over de manier waarop de overheid hierop reageert. In het vervolg van dit hoofdstuk zal hierop worden teruggekomen. Perceptie van de ramp
Er is een groot verschil tussen de manier waarop betrokkenen tegen de
ramp aankijken en de perceptie van de ramp door de overheid. Dat
verschil in perceptie speelt niet zozeer ten tijde van de directe
rampenbestrijding en berging maar in de periode daarna.
|
|