U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Nederlandse Antillen

Nieuws

Achtergrond

Bonaire

Curaçao

Saba en Sint Eustatius

Sint Maarten

Verhouding met Nederland

Links

Middenklasse houdt Antillen voor gezien


Terwijl het Internationaal Monetair Fonds deze week de Antilliaanse economie doorlicht, wil een nieuwe groep emigranten weg.

Door onze redacteur MARGRIET OOSTVEEN

WILLEMSTAD, 12 SEPT. Vandaag vliegt hij naar Nederland. Odilio Willems (47), afdelingshoofd op het bureau Sport en Recreatie op Curaçao, gaat voorlopig niet meer terug naar de Antillen. Zijn salaris was in orde. Hij had een mooi huis. In zijn koffer zit een indrukwekkend cv. In niets beantwoordt hij aan het bekende beeld van de stroom laagopgeleide Antillianen die de economische malaise in hun land al ontvluchtte.

De zwijgende massa koopt een ticket naar Nederland. Tienduizend mensen van de snel slinkende Curaçaose bevolking van circa 150.000 zullen dit jaar naar verwachting vertrekken. Ruim de helft van hen is al weg. Naast de bekende groep uit de arme onderklasse komt nu een nieuwe migratiestroom op gang: weggesaneerde ambtenaren en veel werknemers in de zorg en het onderwijs die verdere bezuinigingen van de regering- Pourier niet durven af te wachten.

Hoeveel Antillianen uit die middenklasse precies vertrekken is bij het Bureau Bevolking in Willemstad niet bekend. Wie zich uitschrijft hoeft zijn opleiding of salaris niet te noemen. Maar Percy Pinedo, directeur van het Centrum Voorlichting Antillianen (CVA) dat twee jaar geleden met Nederlands overheidsgeld is opgezet om migranten te ontmoedigen, noemt de situatie alarmerend. "Het doorsnijdt alle lagen van de maatschappij. Er dreigt hier een braindrain van jewelste. Dit land lijkt een tweede Suriname te worden."

Welvaart is negen uur vliegen ver, en opluchting is even dichtbij, zegt Odilio Willems. Een paar dagen voor vertrek staat hij met een glimlach in zijn tuin in Buena Vista, Willemstad. Hij ervaart zijn besluit als een bevrijding. "Ik heb hier jaren tegen de bierkaai gevochten. Ik heb genoeg gehad." Willems wilde als ambtenaar in eilandsdienst een "open boek' zijn. Hij zag hoe tonnen aan subsidie "down the drain gingen, gewoon verdwenen" en zei daar wat van. Tevergeefs. Hij probeerde veranderingen door te voeren door te laten zien dat het gros van de sportprojecten op het eiland de helft goedkoper kon worden gefinancierd. "Ook dat werd niet op prijs gesteld. Hier probeert een kleine gemeenschap zoveel mogelijk persoonlijk profijt te trekken." Willems hoort bij de groeiende groep landgenoten die ook de Antilliaanse cultuur hebben opgegeven.

Het woord corrupt zul je minister-president Miguel Pourier niet in de mond horen nemen. "Maar de Antilliaanse cultuur is doordrenkt van patronage", erkent hij. "Een kleine groep verstrekt hier gunsten. En die moeten in ruil beloond worden." In zijn partij PAR noemen ze het "de verboden P-woorden", zegt hij: plaka, poder en prestigio. Papiaments voor geld, macht en prestige. Ook de Antilliaan die zich bij een partij aansluit doet dat nog steeds om later met plaka, poder of prestigio beloond te worden", zegt Pourier. "Liefst alledrie tegelijk."

Op Curaçao heeft de 20 procent van rijkste huishoudens volgens het CBS een gemiddeld inkomen dat 9,8 keer zo groot is als dat van de 20 procent armste huishoudens - bijna het dubbele van het inkomensverschil in Nederland. Deze kleine top heeft de werkelijke macht. Ook Odilio Willems had overtuigende voorbeelden gegeven. Off the record. De reden voor dat laatste zegt genoeg: er is gedreigd zijn wachtgeld als ambtenaar in te trekken als hij te veel kritiek uit. Zijn directeur is de broer van de eilandsgedeputeerde die daarover beslist.

Jarenlang was het op Curaçao gewoon dat premiers de armste klasse persoonlijk een mand met eten brachten als dank voor hun stem. En dat was dan dat. In de wijk Marchena, waar de mensen tal van voedselmanden later nog niet uit hun sloppen zijn geholpen, hebben ze het er nog over. In gunstige zin. Pourier hebben we hier nog niet gezien, klinkt het verwijtend. Alles wordt alleen maar duurder. De jaren durende crisis heeft het land murw gemaakt. Over de Pontjesbrug in het centrum van Willemstad gaan bewoners uit de volkswijk Otrabanda naar de het chique Punda, waar de winkels en het werk zijn. Twee jaar geleden liep je daar door een vrolijk golvende massa. Flesje Pop-limonade in de hand, kletsen rond kantoortijd, bon dia dushi, hoe gaat het nou? Nu zijn de mensen met gemak te tellen. Het rumoer is verstomd tot een benauwende rust.

De nieuwe migranten worden gelokt door Nederlandse werkgevers die zitten te springen om goed opgeleide arbeidskrachten. Vooraf solliciteren via internet is eenvoudig. Daar liggen de vacatures voor het oprapen. En Nederland werft ook actief. Zo was een delegatie van Air Holland afgelopen week op Curaçao voor sollicitatiegesprekken met personeelsleden van de Antilliaanse luchtvaartmaatschappij ALM die wegens bezuinigingen zijn ontslagen. Juan Martina, medisch directeur van het St. Elisabethziekenhuis in Willemstad, heeft Nederlandse ziekenhuizen een brief geschreven met het verzoek de werving van zijn personeel te staken. "We hebben hier al een tekort van 20 procent aan verpleegkundigen en we houden rekening met een stijgende tendens. Ik probeer mijn mensen van migratie te weerhouden, maar vaak weet ik niet eens dat ze gaan. Ze vertrekken meestal heel plotseling."

Leslie Roosberg, directeur van het bureau voor verslavingszorg FMA op Curaçao, zag al een vijfde van zijn personeel vertrekken. "In Nederland verdienen ze de helft meer. En Antillianen zijn er in de zorg gewild. Ze staan bekend als invoelend en humaan. Terwijl jullie mensen de zorg te slecht betaald vinden."

Het bevolkingsdeel dat de Antillen nu daadwerkelijk wil hervormen, voornamelijk Pouriers kiezers, weet dat persoonlijke winst voorlopig niet te verwachten is. Dat vreest ook de groep die om dezelfde reden verkiest te vertrekken en die lacht om het woord 'landsbelang'. Nu de staatsschuld ruim 3miljard gulden bedraagt, banken de overheid geen nieuwe leningen meer willen verstrekken en het begrotingstekort voor dit jaar 109 miljoen gulden groot is, is het zittende kabinet vastbesloten streng te bezuinigen. Maar, zegt Pourier daar meteen bij, het beleid van een land willen wijzigen is iets anders dan een cultuur veranderen. Hij verwijst naar het "Sodom en Gomorra" van de jaren '80. Toen floreerde de Shell-raffinaderij, stroomde het geld binnen en was de welvaart zo groot dat mensen het er nog dagelijks over hebben. Zó willen ze leven. Pourier: "Het heeft de instelling bepaald waar we nog steeds onder lijden: er is geld genoeg en iedere dag vieren we feest."

Want toen de Shell vertrok, sprong Nederland lange tijd ruimschoots bij. Ruim tweehonderd miljoen gulden aan steun ging jaarlijks naar de Antillen. Intussen is Nederland streng geworden. Substantiële financiering van de Antilliaanse schulden is alleen te verwachten als het Internationaal Monetair Fonds deze week zijn fiat geeft. Lucille Wout, de Antilliaanse minister van Sociale Zaken en Arbeid, citeert een Antilliaans gezegde dat inmiddels in zwang is geraakt: "De boom heeft ons laten vallen. Wij zijn niet uit de boom gevallen." Dat, zegt ze, typeert de Antilliaanse houding ten opzichte van Nederland en de onwil zelf met een oplossing te komen.

Sinds het bureau CVA van Percy Pinedo werd opgericht, is het aantal migrerende Antillianen alleen maar gestegen. Nu wordt het CVA als mislukt beschouwd. Pinedo verwacht dat Nederland per januari de subsidie stopt. De koerswijziging van de Nederlandse subsidiëring is veelzeggend: die gaat nu naar een ander project op Curaçao, waar migrerende jongeren alvast een Nederlandse inburgeringscursus krijgen. Te weerhouden zijn ze toch niet. Jurnaily Virginia (21) heeft aan het voltooien van dit 'voortraject inburgering' haar eerste diploma te danken. Haar school maakte ze niet af, toen ze op haar zestiende een kind kreeg. Inmiddels heeft ze er drie. Zij vertrekt volgende week met ze naar Nederland. Jurnaily kreeg op de cursus ook een lijst: "Met alles wat ik in Nederland meteen moet doen. Gezondheidsverzekeringen. Sofinummer. Een school voor mijn kinderen zoeken. En voor mezelf." Voorlopig trekt ze in bij haar broer in Rotterdam. Wat ze verder op de cursus geleerd heeft? "Dat als iemand in Nederland je discrimineert, je naar het Meldpunt Discriminatie moet gaan." Het is het voornaamste wat haar te binnen schiet, giechelt ze met grote ogen, zo raar vond ze dat. De helft van haar inburgeringsklas haakte af. Die is alvast vertrokken.

NRC Webpagina's
12 september 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad