NIEUWS
TEGENSPRAAK
SUPPLEMENT
AGENDA
ARCHIEF
ADVERTENTIES
SERVICE
 Overzicht
Vragen & Opmerkingen
Begrippenlijst:
A, B, C, D, E,
F, G, H, I, J,
K, L, M, N, O, P,
Q, R, S, T, U,
V, W, X, Y, Z
|
Productiefactoren
De productiefactor natuur
Bij de factor 'natuur' of 'natuurlijke hulpbronnen' gaat het ten eerste
om lucht, zonlicht, aarde en water. Ook om mineralen,
olie, gas en kolen die in de aarde en onder water gevonden kunnen worden.
Vatten we 'natuur' wat ruimer op, dan horen
ook de ligging, het reliëf, de bodemgesteldheid, de rivieren, de
meren en de kusten erbij.
Veel natuur heeft als productiefactor pas betekenis als er door mensen en
machines wat mee is gedaan: een steenkolenlaag
op een paar honderd meter diepte wordt pas interessant als mensen en
machines de kolen binnen ons bereik hebben
gebracht.
Niet alleen de hoeveelheid natuurlijke hulpbronnen, ook de kwaliteit
ervan is van betekenis. Het is een groot verschil of je
verbouwt op vruchtbare grond of op los zand en of het aardgas een goede
of een slechte kwaliteit heeft. De ligging aan zee
biedt vaak meer mogelijkheden voor ontplooiing van een land dan wanneer
het helemaal ingesloten ligt tussen andere
landen.
De productiefactor arbeid
Arbeid is alle geestelijke en lichamelijke inspanning van mensen ten
dienste van de productie. Denk aan het werk van een stratenmaker, maar
ook aan het verrichten van vaatchirurgie of het geven van een
vioolconcert. Ook bij deze
productiefactor is de kwaliteit heel belangrijk. Mensen zijn een flink
stuk van hun leven bezig met het verbeteren van de
kwaliteit van hun prestaties door het volgen van allerlei opleidingen en
door te leren van eigen ervaringen.
De productiefactor kapitaal
Het gereedschap van de metselaar, de hefbrug van de garage, de drukpers
in de drukkerij, de vuilniswagen van de reinigingsdienst. Dit
zijn allemaal kapitaalgoederen: goederen die in het productieproces
worden ingeschakeld om er andere goederen mee te
maken. Kapitaalgoederen worden gemaakt om beter, makkelijker en meer te
kunnen produceren. Het gereedschap, de
hefbrug, de drukpers en de vuilniswagen worden 'vaste' kapitaalgoederen
genoemd omdat ze langer dan één productieproces
meegaan. Op de drukpers in de drukkerij kunnen jarenlang boeken worden
gedrukt. Maar hij slijt wel; hij moet worden
gerepareerd en ten slotte worden vervangen door een nieuwe.
De inkt bij het drukproces wordt tijdens het productieproces helemaal
verbruikt, er blijft niets van over. We spreken van
'vlottend' kapitaal. De grond- en hulpstoffen zijn vlottende
kapitaalgoederen. Vlottend, omdat ze 'op' gaan in het product;
kapitaalgoederen omdat alle goederen die niet voor consumptie zijn
gekocht tot de kapitaalgoederen worden gerekend.
Soms wordt met 'kapitaal' een som geld bedoeld. In dat geval zullen we
voor de duidelijkheid over geldkapitaal of
vermogen spreken. De machines en de grond- en hulpstoffen waarover het in
deze paragraaf gaat noemen we dan, om ze
te onderscheiden van het geldkapitaal, ook wel reëel kapitaal.
Ten slotte iets over de kwaliteit van de kapitaalgoederen: ook machines
hebben een bepaalde kwaliteit. Ze kunnen in goede
of minder goede conditie zijn. Ze kunnen van de laatste technische
snufjes zijn voorzien of hopeloos ouderwets. Mensen zijn
voortdurend bezig de kwaliteit van de kapitaalgoederen te verbeteren door
nieuwe technische vindingen toe te passen.
|