NIEUWS
TEGENSPRAAK
SUPPLEMENT
AGENDA
ARCHIEF
ADVERTENTIES
SERVICE
 Overzicht
Vragen & Opmerkingen
Begrippenlijst:
A, B,
C, D,
E,
F, G,
H, I,
J,
K, L,
M, N,
O, P,
Q, R,
S, T,
U,
V, W,
X, Y,
Z
|
Macro-aanbod en macro-vraag
Het macro-aanbod is het productievolume dat alle producenten samen -
gegeven hun capaciteit en hun kosten - van plan zijn bij een bepaald
prijsniveau aan te bieden. In de figuur wordt vertikaal het algemeen
prijsniveau P gemeten en horizontaal het volume van de nationale
productie (Q). Op de horizontale as zijn de normale bezetting QN en de
productiecapaciteit Q* aangegeven. Het verloop van de MA-lijn kan
worden verklaard door stap voor stap na te gaan hoe ondernemers reageren
als de vraag naar hun producten toeneemt. Die ondernemers zien
mogelijkheden om hun winst te vergroten door meer te verkopen. Dit
betekent dat zij hun productie moeten uitbreiden.
Figuur
De macro-aanbod (MA)-lijn

Bij een minder dan normale bezettingsgraad kan de productie worden
uitgebreid zonder dat het prijsniveau oploopt. Er is immers nog
ongebruikte productiecapaciteit beschikbaar. In de figuur zien we dit als
het horizontale verloop van de macro-aanbodlijn van A naar B. Is de
normale bezettingsgraad(QN) gepasseerd, dan treden bij vergroting van
het productievolume prijsverhogingen op: het stijgende deel van de
MA-lijn van B naar C. Is eenmaal een bezettingsgraad van tegen de 100%
bereikt (Q*)en proberen bedrijven desondanks de productie verder op te
voeren, dan stijgen de prijzen zeer scherp. We hebben dan een toestand
waarin wel het prijsniveau omhoog gaat, maar waarin het productievolume
niet kan worden uitgebreid, omdat er geen machines en werknemers meer te
krijgen zijn. De MA-lijn loopt nu vertikaal: bij een hoger
prijsniveau neemt het productievolume niet meer toe (het traject van C
naar D).
Macro-vraag
Met de macro-vraag wordt bedoeld de bestedingen van alle consumenten,
investeerders, de overheid en het uitvoersaldo. De besteders zijn in het
algemeen geneigd bij lage prijzen meer aan te schaffen dan bij hoge
prijzen. Een lagere prijs betekent immers dat ze voor hetzelfde geld meer
kunnen kopen; hun koopkracht is toegenomen. In de figuur heeft de
macro-vraaglijn (MV) daarom een dalend verloop.
Samen bepalen macro-aanbod en macro-vraag het feitelijke productievolume
en het prijsniveau. In punt E, waar de MA-lijn en de dalende MV-lijn
elkaar snijden, wordt de evenwichtswaarde van het productievolume (Q) en
van het prijsniveau (P) gevonden.
Het resultaat van een grotere macro-vraag
Wanneer er onbenutte capaciteit is - het traject AB - leidt vergroting
van de bestedingen tot een groter productievolume. Wanneer de capaciteit
al volledig bezet is - het traject CD - leidt vergroting van de
bestedingen uitsluitend tot een hoger prijsniveau.
Verschuiving van de MA-lijn
De macro-aanbodlijn (MA) laat zien welk productievolume de producenten
willen aanbieden bij verschillende prijsniveaus, gegeven de hoeveelheid
en de kwaliteit van de productiefactoren en gegeven hun kosten. De
MA-lijn verschuift bij een verandering van ŽŽn van deze gegeven
veronderstelde uitgangspunten. Door investeringen verschuift hij naar
rechts. Hetzelfde bij scholing en verbetering van de techniek. Door
scholing kan de kwaliteit van de factor arbeid verbeteren. Ook kan door
toepassing van nieuwe technieken de kwaliteit van de factor kapitaal
toenemen.
De verschuiving van de MA-lijn naar rechts betekent een vergroting van
de productiecapaciteit.
|