T I T E L : |
Les petits frères |
R E G I E : |
Jacques Doillon |
M E T : |
Stéphanie Touly, Iliès Sefraoui, Mustapha Goumane, Nassim Izem |
In: Kriterion, Amsterdam; Lantaren/Venster, Rotterdam; 't Hoogt, Utrecht
Kitscherige observaties van het leven op
straat
Door DANA LINSSEN
Jacques Doillon is beslist een
romanticus, wanneer hij in zijn toelichting op zijn nieuwste film Les
petits frères betoogt dat het tijd wordt dat er eens op een
positieve manier wordt gekeken naar de veerkracht van kinderen uit
achterstandswijken.
Dus laat hij in zijn film de zon anderhalf uur schijnen op hun levens, die er vervolgens alleen maar uitzien als
mistroostige levens in de zon. Voor de rest voltrekt alles zich volgens
dezelfde clichématige patronen die Doillon anderen verwijt:
eenzaamheid, verwaarlozing, misdaad en nog kwader en nog erger.
Als ze voor de zoveelste keer ruzie heeft gehad met haar handtastelijke
stiefvader besluit de dertienjare Talia met haar pitbullterriër Kim
van huis weg te lopen. Het is onthutsend hoe veel liever haar ouders
haar kwijt zijn en hoeveel lotgenoten ze in de Parijse voorstad Pantin
ontmoet. Dat die lotgenoten ook niet allemaal lieverdjes zijn, blijkt
als haar nieuwe vrienden er geen been in zien om haar hond te stelen en
verkopen aan iemand die hondengevechten organiseert.
Les petits frères wekt de indruk van een staaltje moderne
stadsantropologie. De kern van de film bestaat uit observaties van de
manier waarop straatkinderen leven, bewegen, praten. Doillons rauwe,
documentaire, snel gemonteerde stijl staat in schril contrast met zijn
tamelijk beredeneerde manier van werken. In diverse interviews
verklaarde de Franse cineast zijn jonge, niet professionele acteurs veel
voor te spelen en te sturen. En de korte shots zijn volgens hem het
logische gevolg van een sobere werkwijze, zonder al teveel licht- en
camera-opstellingen. De in zijn films zo bewonderde spontaniteit en
authenticiteit zijn in wezen strak geregisseerd.
Doillon is daarom ook een omstreden filmmaker, want toeschouwers willen
wel geraakt worden, maar niet opzichtig gemanipuleerd. In Les petits
frères gebeurt dat minder schaamteloos dan in bijvoorbeeld
Ponette, waarin Doillon een vierjarig meisje een
rouwverwerkingsproces liet naspelen. Maar de scène in Les
petits frères waarin de kinderen als overwinningsritrueel een
huwelijk naspelen is te kitscherig om de beloofde heroïek van deze
kleine straatschuimers waar te kunnen maken.