T I T E L : |
14 fantastische films |
R E G I E : |
De Fantasten presenteren een dvd met korte films van Guido van Gennep, Mark de Cloe, Djie Han Thung, Elbert van Strien, Marc van Uchelen, Marco Vermaas, Tjebbo Penning, Dick Tuinder, Stijn van Santen, Simone van Dusseldorp, Brian Meijers, Caitlin Hulscher en Boris Paval Conen |
Voorbeeldige dvd-presentatie van De Fantasten tegen spruitjeslucht in Nederlandse film
Korte genrefilms en vormexperimenten
Door HANS BEEREKAMP
"In de Nederlandse film- en
televisiewereld worden maatschappelijke relevantie en journalistieke
uitgangspunten interessanter gevonden dan de kracht van de fantasie", zo
luidde een van de stellingen van het Manifest van de Fantasten, dat op
de openingsavond van het Nederlands Film Festival in september 1999 werd
gepresenteerd.
Enkele tientallen overwegend jonge regisseurs, producenten en acteurs ondertekenden de door initiatiefnemers Guido van
Gennep, Elbert van Strien en Djie Han Thung opgestelde hartekreten als:
"Ontstijg het alledaagse! Realisme is risicoloos! Weg met de
spruitjeslucht! Laten we kiezen voor de verwondering en de hartstocht.
Wees onrealistisch. Want film is dromen!"
Uit de eerste reacties op De Fantasten bleek dat niet helemaal duidelijk
was waar zij precies tegen protesteerden. Want lang niet alle
Nederlandse speelfilms zijn realistisch, en het beleid van het Filmfonds
is zeker niet uitsluitend gericht op projecten als Route 2000 en
No More Heroes, die jonge filmers in staat stellen om
contemporaine maatschappelijke verhalen te vertellen.
Een jaar later presenteerden De Fantasten een dvd, die veertien korte
films bevat, in lengte variërend van 1 tot 31 minuten, met een
gemiddelde van bijna tien minuten. Alle drie de initiatiefnemers zijn
met een of meer films vertegenwoordigd, en alleen Boris Paval Conen
heeft tot nu toe een lange speelfilm op zijn naam staan (Temmink,
1998). De selectie van de films op de dvd werpt een verhelderend licht
op de ideeën van De Fantasten. Vooral de manier waarop de films
gepresenteerd worden, met naar keuze commentaar van de makers,
scenario's, storyboards en zelfs reproducties van kladjes van het
draaischema is voorbeeldig. Het manifest kan nog eens nagelezen worden,
evenals een bloemlezing van de reacties in kranten, filmtijdschriften,
op radio en televisie.
Op een paar titels na zijn de films niet nieuw. De eindexamenproducties
van Van Strien (De marionettenwereld, 1992), Conen (Horror
vacui, 1993) en Marc van Uchelen (Buenos Aires, Here We Come,
1996) zijn tot stand gekomen onder gemopper van docenten, zo leren we
uit het commentaar. Maar een pleidooi voor meer fantastische films kun
je moeilijk ontlenen aan die misstand.
Andere filmpjes, zoals Van Genneps Superman-pastiche
Dutchman, de computeranimatie in Monster van Djie Han
Thung of De Cloe's liefdevolle evocatie van Franse, Italiaanse en
Russische art-films in 50 jaar Filmmuseum, lijken de stelling te
willen tegenspreken dat je voor weinig geld geen onrealistische cinema
zou kunnen creëren. Het beste bewijs levert Tjebbo Penning in
The Bitch Is Back (1995), een gecontroleerde en creatieve horror-
film, die maar vijfhonderd gulden kostte.
In vrijwel alle van de 14 Fantastische Films (De
marionettenwereld vormt de evidente uitzondering, maar ook Simone
van Dusseldorps verkenning van puberleed, Het) worden de formele
aspecten beter beheerst dan de inhoudelijke. De regisseurs citeren,
knutselen, knipogen naar het idioom van de reclamefilm, de videoclip,
naar de filmhistorie of naar de beeldende kunst. Ze doen dat overwegend
bekwaam, maar de leegte van veel van de filmpjes is schrijnend. Deze
generatie zou net zo goed genre-films kunnen maken als Dick Maas, dat is
het goede nieuws. Maar of je daarmee de spruitjeslucht bestrijdt, dat is
een andere kwestie.
MAG ALLEEN BINNEN EEN ANDER ELEMENT GEBRUIKT WORDEN ¯ STIJL afgeblazen
Dutchman van Guido van Gennep