|
|
|
NIEUWSSELECTIE Profiel IDFA 2000
|
Gesprek met filmer en IDFA-juryvoorzitter Victor
Kossakovski
'Ik zie het bijzondere in het gewone leven'
AMSTERDAM, 30 NOV. Vanavond worden de winnaars bekend gemaakt van de Joris Ivens Award, de prijs voor de beste film op het IDFA, en de Zilveren Wolf, de prijs voor de beste videofilm. Voorzitter van de jury voor de filmcompetitie is de Russische documentairemaker Victor Kossakovski, die zelf in 1993 zowel de Joris Ivens Award als de publieksprijs won met Belovy, een ontroerend portret van een bejaarde broer en zus op een boerderij in Siberië. Twee jaar geleden won Kossakovski (39) op het festival de speciale juryprijs met Pavel i Lyalya, een film over zijn leermeester Pavel Kogan en diens vrouw. Op het festival draait nu buiten de competitie zijn nieuwe film Kindergarten, een documentaire over kinderen op een crèche in St. Petersburg. We zien ze pap eten, buiten spelen, een middagdutje doen en met elkaar praten. Ster van de film is het meisje Katja, dat verliefd is op een jongetje dat naar school vertrekt. Katja is ontroostbaar. Het gaat niet te ver om te zeggen dat de vijfjarige Katja tot een tragische heldin uitgroeit.
Waarom heeft u een film over kleuters gemaakt?
"Toen Nick Fraser van de BBC mijn film Pavel i Lyalya zag, zei hij dat hij de film wel wilde uitzenden. Maar aan dertig minuten had hij niets. Kon ik er niet iets bijmaken? Ik dacht daarover na toen ik werd opgebeld door de moeder van een jongetje dat in Belovy voorkomt. Hij was nu een jaar of twintig en ging de volgende dag trouwen met een meisje dat hij net ontmoet had. Toen heb ik dat huwelijk gefilmd. Ik had nu nog een verhaal nodig om een trilogie te kunnen maken. Ik herinnerde me dat ik op de crèche voor het eerst verliefd was. Elke vrijdag was ik bang of ik haar maandag wel weer zou zien. En inderdaad was ze op een maandag voorgoed verdwenen."
Was het moeilijk om verliefde kleuters te vinden?
"Ja. Omdat veel vrienden van mij dezelfde ervaring hadden gehad, dacht ik dat het heel makkelijk zou zijn. Maar ik heb uiteindelijk vier maanden gezocht. Ik ben naar tweehonderd kinderdagverblijven geweest en net toen ik de moed wilde opgeven, vond ik Katja. Ik heb de film toen in een paar dagen opgenomen. Met dit verhaal erbij had ik een trilogie over de liefde."
Op het festival zijn dit jaar meer documentaires van westerse filmmakers te zien over Rusland dan van Russen zelf. Hoe denkt u dat dat komt? "Er is in Rusland geen geld meer voor documentaires. Vroeger had elke grote stad zijn eigen documentairestudio. Die zijn bijna allemaal opgeheven. Ik heb het geluk dat veel buitenlandse tv-stations mij uitnodigen om films te maken. Ik ken nog wel een paar films die het verdiend hadden hier te zijn. Maar de makers hebben vaak geen geld om hun film te laten ondertitelen of zelfs om een tape naar een buitenlands festival te sturen."
Er zijn op dit festival nogal wat documentaires die reconstructies bevatten. Maakt u ook gebruik van fictie?
"Nee. Ik stel de mensen in mijn films zelfs nooit vragen en ik laat ze nooit iets herhalen. Het leven gebeurt maar één keer. Je moet het geluk hebben op het juiste moment op de juiste plaats te zijn. Als je dat niet bent, maak dan maar een speelfilm. Documentaires raken je op een andere manier dan speelfilms. Als je weet dat iets echt is gebeurt, beïnvloedt dat je emoties. Ik kan zelf geen verhalen verzinnen. Wat ik wel kan is iets bijzonders zien in het gewone leven. Dat leg ik vast en tijdens de montage probeer ik er een verhaal van te maken."
Voor de Joris Ivens Award waren 27 films geselecteerd. Wat vond u van het niveau van de competitie?
"Op die vraag heb ik twee antwoorden. Het eerste is dat ik geen enkele film heb gezien die ik echt goed vond. Dat is mijn radicale antwoord. Maar als ik me iets bescheidener opstel, zeg ik dat ik wel een aantal goede films heb gezien. Ik denk dat het onmogelijk is om elk jaar 27 sterke films te vinden. De slechte halen nu de goede naar beneden. Veel regisseurs lijken de documentairekunst niet serieus genoeg te nemen. "Juist omdat het IDFA het belangrijkste documentairefestival ter wereld is, zou een betere voorselectie moeten worden gemaakt. Nu lijkt het festival meer op een supermarkt dan op een speciaalzaak. Ik begrijp ook wel dat de directeur van een festival onder grote druk staat. Soms wordt er waarschijnlijk een film om andere dan artistieke redenen geselecteerd. Het is vast moeilijk om het werk van een beroemde regisseur te weigeren. Ik hoop dat de directeur van een festival het tegen me zegt als hij vindt dat ik geen goede film heb gemaakt." Waarschijnlijk is deze editie van het festival de laatste waarop nog aparte prijzen voor film en video worden uitgereikt. Is het een goed idee om de competities samen te voegen?
"Ik weet het niet. Vroeger zei ik altijd dat ik nooit een film op video zou maken, maar met Kindergarten heb ik het toch gedaan. Elke regisseur moet zich voor hij een film draait afvragen welke techniek het best bij zijn onderwerp past. Kindergarten heb ik onder meer opgenomen met een digitale videocamera, omdat zulke camera's voor kinderen heel gewoon zijn. Papa en mama hebben er thuis ook een. "De techniek die je gebruikt heeft altijd invloed op het resultaat. Film is veel duurder dan video. Als je op film opneemt moet je daarom vantevoren beter nadenken over wat je gaat filmen. Op video hoef je minder artistieke keuzes te maken. Als het materiaal schaars is, wordt er over elk shot nagedacht. Dat zie je en dat voel je."
|
NRC Webpagina's 30 NOVEMBER 2000
|
Bovenkant pagina |
|