In: 59 theaters

Amerikaanse tienermythologie

Door HANS BEEREKAMP
Het goede nieuws over Road Trip, het speelfilmdebuut van Todd Phillips, is op de vingers van een hand te tellen. Het scenario onderscheidt zich van al die andere scabreuze films over naar seks smachtende tieners door een raamvertelling, waarin een eeuwige student (MTV-komiek Tom Green) bezoekers van de universiteit van Ithaca, New York, een fameus sterk verhaal opdist.

Door de droge presentatie van Green wordt het voorspelbare gegeven een klein beetje gerelativeerd, la het muzikale commentaar van Jonathan Richman in There's Something About Mary. Green, die zelf een bijrol speelt in het verhaal dat hij vertelt, zorgt voor een van de weinige geslaagde grappen, met een muis en een python. En de rol van de sloomste student, een door alle anderen geëxploiteerde nerd, wordt gespeeld door een ontroerend oprechte nieuwe acteur, DJ Qualls.

Het slechte nieuws over Road Trip behoeft nauwelijks toelichting. Voor het overgrote deel lijkt de film op American Pie, Varsity Blues en de tientallen andere komisch bedoelde films over initiatie op de campus, over bleke blonde godinnen en jongens met een overmaat aan geslachtshormoon, dat maar geen emplooi kan vinden. Een meerdaagse autotocht met tegenslagen lijkt in de Amerikaanse tienermythologie een cruciale stap in de richting van volwassenheid. Regisseur Phillips kan het weten, want hij maakte eerder de documentaire Frat House over rituelen in studentenverenigingen. Maar die werd nooit in 59 Nederlandse bioscopen tegelijk uitgebracht.