|
T I T E L : |
Il Decameron |
R E G I E : |
Pier Paolo Pasolini |
M E T : |
Franco Citti, Pier Paolo Pasolini, Silvana Mangano |
In: Rialto, Amsterdam; Haags Filmhuis; 't Hoogt, Utrecht
Films van Pasolini over de Middeleeuwen weer
uitgebracht
Door HANS BEEREKAMP
De drie films naar middeleeuwse
vertellingen die Pier Paolo Pasolini (1922-1975) maakte
vóór zijn magistrale zwanenzang Salò o le 120
giornate di Sodoma (1975) en na meer doortimmerde filmische
beschouwingen als Teorema (1968) en Porcile (1969), werden
alom als een tegenvaller beschouwd.
Van de drie is de eerste, Il Decameron (1971), acht losjes aan elkaar geregen verhaaltjes uit
Boccaccio's Decamerone, nog het meest bevredigend, in
vergelijking met de wel erg uit de losse pols gemaakte bewerkingen van
Chaucers The Canterbury Tales (I racconti di Canterbury,
1972) en de vertellingen uit 1001 nacht (Il fiore delle 1001
notte, 1974).
De graag op de gauchistische bourgeoisie scheldende vriend van het
proletariaat Pasolini wilde met de middeleeuwse trilogie wel eens een
breed publiek aanspreken (hetgeen niet lukte) en onbekommerd boertig
vermaak bieden. De Italiaanse censor was niet blij met de piemels van
onschuldige jongelingen, en de Pasolini-liefhebbers haalden hun
schouders op over zijn nu wel erg letterlijke flirt met de vermeende
onschuld van het gemene volk.
In plaats van de klassieke raamvertelling bij Boccaccio (jongens en
meisjes, op de vlucht voor de pest, vertellen elkaar overwegend
erotische anekdotes), introduceerde Pasolini een homoseksuele schavuit
(Franco Citti) en een meester-schilder, leerling van Giotto, als
verbindende elementen. Die laatste rol speelde hij zelf, en Pasolini
koketteert met zijn eigen positie door schuilend voor een regenbui een
volks mutsje op te zetten. De omstanders verslijten hem zo voor een
bedelaar, maar de kijker weet wel beter. Il Decameron riekt naar
een zekere gemakzucht, naar kluchtige exploitatie van lichamelijkheid en
voorspelbare humor. Pasolini was geen meester der vertelkunst, maar hij
verdient door nieuwe generaties herontdekt te worden aan de hand van
betere films dan de titels die nu opnieuw worden uitgebracht, Il
Decameron, Il fiore delle 1001 notte en Medea.
|
NRC Webpagina's
28 JUNI 2000
|