|
T I T E L : |
East is East |
R E G I E : |
Damien O'Donnell |
M E T : |
Om Puri, Linda Bassett, Jordan Routlegde, Archie Panjabi, Emil Marwa, Chris Bison |
In: 7 theaters
Islamitische fish-'n'-chips
Door DANA LINSSEN
"East is East and West is West
and never the twain shall meet", luidt de uitdrukking waaraan de Engelse
film East is East zijn titel ontleent.
Maar in East is East hebben Oost en West elkaar allang ontmoet en omhelsd. De film
is een tamelijk vrijblijvend pleidooi voor tolerantie in een
multiculturele samenleving, gesitueerd in een Engels-Pakistaans-
Katholiek-Isla mitisch gezin in het Noordengelse plaatsje Salford, begin
jaren zeventig. Scenarioschrijver Ayub Khan Din baseerde East is
East op zijn gelijknamige, autobiografische toneelstuk uit 1997 en
de als speelfilmregisseur debuterende Damien O'Donnell werd aangetrokken
voor de regie.
In een kleurrijke reeks anekdotische scènes worden de negen leden
van de familie Khan geportretteerd. Kettingrokende moeder Ella lijkt zo
weggelopen uit de cast van Coronation Street. Haar zeven kinderen
vertegenwoordigen de verschillende invalshoeken die het proces van
acculturatie met zich meebrengt: de homoseksuele oudste zoon die
wegloopt van zijn gearrangeerde huwelijk, de opstandige hipster die met
het witte buurmeisje vrijt, de braverik, de voetballende dochter en het
jongste zoontje dat de hele film lang onder de capuchon van een parka
verscholen gaat (want hij is de enige die niet besneden is). Ze werken
allemaal in de Fish-'n'-Chips Shop van hun vader, die zich regelmatig
vertwijfeld afvraagt hoe hij zijn familie in het Islamitische gareel
moet houden.
East is East doet wel wat denken aan My Beautiful
Laundrette (1985) van Stephen Frears, dat evenmin terugdeinsde voor
het clichématig neerzetten van zowel Engelsen als Aziaten en op
dezelfde manier blijmoedig verkondigde dat veel problemen van
transculturele aard vooral de problemen van de ánderen, de
buitenstaanders zijn. Dat East is East in Engeland een
verrassingshit werd, is niet verwonderlijk. Hij presenteert een wereld
waarin de skippybal de moderne tijd vertegenwoordigt en hupst met een
glimlach en een geintje over echt heikele kwesties als besnijdenis,
uithuwelijken, seksuele verwachtingspatronen, racisme en Islamitisch
fundamentalisme heen. Door deze sjabloonachtige aanpak krijgen het
rossige buurjongetje dat braaf 'Salaam aleikam' zegt en de Khan-kinderen
die in een Katholieke processie meelopen ook iets treurigs. Alsof de
filmmakers in tegenstelling tot wat zij betogen, zelf terugdeinzen voor
echte integratie.
|
NRC Webpagina's
17 MEI 2000
|