|
T I T E L : |
Not One Less (Yi ge dou bu neng shao) |
R E G I E : |
Zhang Yimou |
M E T : |
Wei Minzhi, Zhang Huike, Tian Zhenda, Gao Enman |
In: The Movies, Amsterdam; Babylon, Den Haag
Semi-documentaire Zhang Yimou
Door HANS BEEREKAMP
Als je de films van regisseur
Zhang Yimou, nog steeds de aanvoerder van zijn generatie van Chinese
filmmakers, zou moeten classificeren, dan tekenen zich twee
hoofdcategorieën af: de fraai gestileerde kostuumfilms over de
machtsongelijkheid tussen mannen en vrouwen (Het rode korenveld,
Raise the Red Lantern, Shanghai Triad), en aan de andere kant meer
documentair ogende eigentijdse films, die opbouwend-kritisch van toon
zijn.
Twee films uit die laatste categorie, The Story of Qiu Ju
(Qiu ju da guansi, 1992) en Not One Less (Yi ge dou bu neng
shao, 1999), bezorgden Zhang een Gouden Leeuw op het festival van
Venetië.
Bijna iedereen in Not One Less speelt zichzelf: een
dorpsburgemeester, een televisieproducent, een hulponderwijzeres. Zo
speelt Wei Minzhi de rol van Wei Minzhi, een dertienjarig meisje dat
tegen bescheiden betaling tijdelijk de onderwijzer van een ver van de
stad verwijderd plattelandsschooltje mag vervangen. Als er aan het einde
van haar vervangingsperiode geen enkel kind minder geteld wordt, mag ze
een kleine bonus opstrijken.
Net als in Qiu Ju betuigt Zhang zich nog steeds een scherp observator
van niet-professionele acteurs en van de verschillen tussen stad en
land. Hij laat de armoede en de hypocrisie zien, de barrières die
de bureaucratie opwerpt tegen elke vorm van verbetering, maar ook de
heldenmoed van de eenling die wel in wonderen gelooft. De
hulponderwijzeres gaat in de grote stad een spijbelaar zoeken, een
jongen die net zulke materialistische overwegingen had om naar de stad
te gaan als zij om hem op te sporen. Maar dan bijt Wei zich vast, nadat
een portier van de televisiestudio haar aan het hek heeft afgepoeierd.
Anderhalve dag wacht ze voor de poort, en dan neemt de semi-
documentaire, authentieke film een Hollywoodwending. Vertederd door haar
doorzettingsvermogen, geeft het hoofd van de televisiestudio opdracht
een aflevering van de Chinese pendant van Spoorloos aan leerling en juf
te wijden. Het moment dat Wei verbijsterd in de lens van de camera
staart, aangespoord door een voortrebbelende presentatrice, is een
hoogtepunt in de film, maar de afwikkeling is voorspelbaar en
gemakkelijk sentiment.
Kwade tongen beweren dat het einde van de film in opdracht van de
autoriteiten in positieve richting aangepast zou zijn. Maar ook de
producent, de Chinese vestiging van Columbia Pictures, zou weinig belang
hebben bij een al te somber einde. Ook worden keurig in de credits de
vorige en de huidige eigenaar van Columbia bedankt, de firma's Coca-
Cola en Sony, die deze kans om hun producten aan een koopgraag Chinees
publiek te laten zien, dankbaar aangrepen.
Vermoedelijk om dit soort redenen nodigde Cannes-programmeur Gilles
Jacob vorig jaar Zhangs nieuwste twee films niet voor de competitie uit,
maar voor een eervol bijprogramma. Zhang en de Chinese overheid waren zo
beledigd, dat ze de ene film naar Venetië doorstuurden en de ander
naar Berlijn. Het argument van de ontstentenis lijkt terecht, namelijk
dat westerse kijkers altijd alleen maar geïnteresseerd zijn in de
politieke strekking van films uit landen als Iran en China. Not One Less
zou zich niet bezig houden met politieke kwesties, en meer een
universeel humanistische strekking bevatten.
Uiteraard dragen Sony en Coca-Cola veel bij aan een menselijker
samenleving, en misschien ook nog wel aan de democratisering van
dictaturen. Dat is echter niet helemaal het thema van Not One Less, dat
inderdaad meer een beroep doet op het vermogen van iedereen om zich te
laten ontroeren door sprekende kinderogen. Het is geen slechte film,
geen verkeerde film, maar zeker niet Zhangs beste. Ik kan me het
besluit van Cannes iets beter voorstellen dan dat van de jury in
Venetië om Zhang weer de hoofdprijs toe te kennen.
|
NRC Webpagina's
9 FEBRUARI 2000
|