|
|
|
NIEUWSSELECTIE
|
Ex-renners Winnen en Ducrot bekennen structureel
dopinggebruik
Door onze redacteur ROBÈRT MISSET
Raas ontkent in het programma elke betrokkenheid bij dopinggebruik in zijn ploeg. Ook de voormalige ploegarts Rob Pluijmers weigert elk commentaar. Volgens de oud-renner had hij reeds in 1982 als amateur geëxperimenteerd met het middel synacthen, dat tot de cortisonen behoort. "In een tijd van vier maanden kwam ik in een glijdende schaal terecht", zegt Ducrot. "Ik ontdekte dat ik me kon laten soigneren, je kunt met injecties vitaminen toedienen en toen kwam het aanbod van synacthen. Daarmee kun je je hormoonspiegel zodanig regelen dat je beter herstelt tijdens de koers. Ik geloof dat ze het niet konden opsporen. Maar het is later een berucht middel geworden. In elk geval deed ik daarmee de ronde en dat werd besproken met de toenmalige ploegleider Jan Gisbers." Ook Gisbers wijst in Reporter de beschuldigingen van de hand. "Dat zou met mij gebeurd moeten zijn? Dat weet ik niet, dat kan ik me niet meer herinneren." Ducrot betuigt spijt dat hij het middel synacthen heeft gebruikt. Deze doping heeft onder meer bijwerkingen op de bijnierschors en kan in het ergste geval tot persoonsveranderingen leiden. "Als je achteraf alle ins en outs kent, moet je concluderen dat synacthen een gevaarlijk middel is", erkent Ducrot. "Echt een klotenmiddel. Ik ben heel erg verkeerd voorgelicht." In een interview met deze krant verklaarde Peter Winnen al eerder dat hij systematisch doping gebruikte om de Tour de France te kunnen uitrijden. Begin jaren tachtig won hij twee keer de etappe naar de Alpe d'Huez, in 1986 overwoog hij de Tour te verlaten. "Ik had de keuze om naar huis te gaan of me te laten verzorgen met een geëigend medicijn", vertelt Winnen aan Reporter. "In die tijd was dat een testosteron-preparaat. Dat ging in overleg." Met Peter Post en de soigneur? Winnen: "Ja, precies ja." Hem werd het voorstel gedaan zich "met een bepaald medicament in de wedstrijd te houden". Winnen besefte dat Post zich van hem zou distantiëren als hij bij een dopingcontrole tegen de lamp zou lopen. "Post zou het niet voor me op hebben genomen. Hij had iets gezegd over kalfsvlees dat hormonen bevat zou kunnen hebben. Dat was de strategie binnen het wielrennen." Bij de meeste ploegen was de soigneur volgens Winnen in het bezit van een grote koffer met reguliere medicamenten en een kleine koffer met producten die op de dopinglijst stonden. "Dan moet je in de richting zoeken van cortisonen, anabolen en amfetamines. Een coureur hoefde zich maar te melden bij de soigneur en dan werd er geprepareerd, zoals dat heet." Ex-renner en voormalig ploegleider Steven Rooks verklaarde vanmorgen desgevraagd dat een coureur na een loodzware inspanning vaak doping gebruikt. "Het lichaam vraagt dan om producten die op de lijst staan. Dus moet je zorgen niet gepakt te worden", zegt Rooks. Net als zijn collega's Raas en Gisbers legt ook Post het verwijt naast zich neer dat hij werd gekend in het gebruik van doping door zijn renners. "Zover ik weet, is in mijn ploeg geen doping gebruikt", zegt Post. "Dat betekent dus dat ik het niet weet. Dat hij die verhalen vertelt, is aan Winnen." Ducrot had niet anders verwacht van de ploegleiders. "Raas en Post blijven in het stramien zitten van 'joh, we moeten het er niet over hebben'. Om te voorkomen dat wielrenners als kanonnenvoer worden gebruikt, hebben we een andere manier van denken nodig dan bij de huidige generatie ploegleiders."
|
NRC Webpagina's
30 DECEMBER 1999
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |