|
T I T E L : |
André Hazes: Zij gelooft in mij |
R E G I E : |
John Appel |
M E T : |
André Hazes |
In: Ketelhuis en Calypso, Amsterdam; Metropole, Den Haag; Cinerama, Rotterdam.
Afstandelijk portret van zanger André
Hazes
Door HANS BEEREKAMP
Zonder het aan de grote klok te
hangen besloot de distributeur van de film die vorige week de Joris
Ivens Award van het International Documentary Film Festival (IDFA) won,
vervroegd los te laten op het publiek. Vanaf morgen vertonen vier
bioscopen dagelijks André Hazes: Zij gelooft in mij, nadat
er voor drie vertoningen in het Ketelhuis in Amsterdam een stormachtige
belangstelling was geweest.
Het wonderlijke van de film van John Appel, die eerder documentaires
maakte over radiopiraten in Amsterdam-Oost, over accordeonist Johnny
Meijer en over Jordanese bezoekers van begraafplaats Vredenhof, is dat
zijn portret van de volkszanger Hazes door zo veel uiteenlopende soorten
kijkers gewaardeerd wordt. Tot de liefhebbers behoren de trouwe Hazes-
fans van alle gezindten, intellectuelen die voor het eerst de
authenticiteit van Hazes' leed ontdekken, de internationale jury van een
filmfestival die de vormgeving in strakke close-ups door cameraman Erik
van Empel van het begrip eenzaamheid bewondert, en ook de hoofdpersoon
zelf. De omvangrijke publiciteit rondom de openingsfilm van IDFA
benadrukte keer op keer dat de op zijn privacy gestelde Hazes er
aanvankelijk een hard hoofd in had, maar dat hij zichzelf goed kon
vinden in het eindresultaat.
Hoe je het ook wendt of keert, Appels film is een adequaat en eerlijk
portret van een tragische figuur. Een crisis in Hazes' derde huwelijk,
met de dochter van zijn beste vriend, vindt zijn dieptepunt aan de
vooravond van een groot concert in de Ahoy'. Appel toont zijn
hoofdpersoon als een gekooid beest, dat opleeft als hij mag zingen en
zich thuis bij zijn gezin, in een als kroeg ingerichte villa, niet erg
op zijn gemak lijkt te voelen. Maar dat is een interpretatie die Hazes
niet zal delen. Het beeld van een villabewoner die door het raam staart
naar zijn tuin in de regen kan ook uitgelegd worden als de tevreden
meditatie van een geslaagde ondernemer in de zangkunst.
Je zou André Hazes: Zij gelooft in mij dus bijna een
objectieve documentaire kunnen noemen, waar ieder zijn eigen conclusies
aan verbindt. Of, negatief gesteld, een film zonder veel visie of
betrokkenheid. Voor die laatste opvatting pleit de ervaring dat ik bij
het twee keer bekijken van een film over gevoel en sentiment zelf
opmerkelijk weinig emoties onderging. Relatief de meeste empathie wekken
de beelden van Hazes' publiek, leden van een studentenvereniging en
bezoekers van een ander intiem concert. Dan voel je wat Hazes teweeg kan
brengen, in zeer verschillende lagen van de bevolking.
Voor het grootste deel is de documentaire tamelijk klinisch, een
anatomie van een verschijnsel, waar de maker wel affiniteit mee moet
hebben. Appel weigert echter ons iets van zijn eigen gevoel te laten
zien. Het verwijt van voyeurisme, dat sommigen de regisseur voor de
voeten werpen, snijdt geen hout, want elke documentaire wil iets
onthullen, dat de kijker nog niet wist en de geportretteerde met enige
tegenzin prijsgeeft. Afstandelijk is André Hazes: Zij gelooft
in mij wel, en dat is misschien een zegen bij een onderwerp
dat snel kan verdrinken in een vloedgolf van sentimentaliteit. Het is
dus een knappe film, die het niet kan helpen dat de overmaat aan
belangstelling en loftuitingen wellicht iets te veel van het goede is
geworden.
|
NRC Webpagina's
8 DECEMBER 1999
|