M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
'De pers is niet slechter'
DEN HAAG, 30 NOV. De koningin heeft gelijk. En de koningin heeft ongelijk. Zeker, de media werken sneller en maken zo soms ook eerder fouten. Maar dat de leugen regeert: geen sprake van. En de kwaliteit van de media is juist toegenomen. Hoofdredacteuren van kranten en televisiezenders reageren genuanceerd op de kritiek die koningin Beatrix afgelopen zaterdag in Amsterdam uitte tijdens een bijeenkomst van het Genootschap van Hoofdredacteuren. In een gesprek met journalisten beklaagde de koningin zich over een achteruitgang van de pers en de teloorgang van het recht op weerwoord. "De leugen regeert", aldus Beatrix. De algemene kritiek op de kwaliteit wordt stellig afgewezen. "Mijn eerste reactie was: wat is de koningin op dit punt buitengewoon slecht geïnformeerd", zegt J. de Berg, hoofdredacteur van Trouw. "Ik vind het buitengewoon zorgelijk als de koningin echt zou vinden dat de leugen regeert in de media", constateert H. Laroes, adjunct-hoofdredacteur van het NOS-Journaal. Laroes vindt hier een interventie van premier Kok op zijn plaats: "Als het staatshoofd dit vindt, laat premier Kok dan eens met vertegenwoordigers van de media een goed gesprek voeren. Dat kan desnoods achter gesloten deuren." 'Losse flodder' van Beatrix was geen 'koninklijke' tekst
Voorzitter R. Abram van de vakbond voor journalisten, de NVJ, spreekt van 'losse flodders' van de koningin. "Ik kan niets met klachten over 'de' pers. Als je uitspraken doet waarvan je weet dat ze naar buiten kunnen komen, zorg dan voor een beetje koninklijke teksten. Dit is niet bepaald een diepgaande analyse. Het zit haar kennelijk hoog", aldus Abram. Volgens hoofdredacteur P. Broertjes van de Volkskrant is de kwaliteit van de journalistiek de laatste twintig jaar juist sterk verbeterd en niet afgenomen, zoals de majesteit stelt. "De opleidingen voor de journalistiek zijn sterk verbeterd." Hij betreurt het ook dat de koningin geen onderscheid maakt tussen de serieuze pers en de roddelpers. Maar toch bestaat voor een deel van de kritiek van de koningin ook begrip. De media zijn in de afgelopen twintig jaar sneller gaan werken, wat soms ten koste gaat van de zorgvuldigheid. "Er bestaat bij de pers een tendens allerlei hypes te volgen", erkent hoofdredacteur C. Janse van het Reformatorisch Dagblad. "Daar loopt iedereen achteraan, ook als het inhoudelijk niets voorstelt. Met de versnelling van het tempo waarin de media werken, is er soms geen tijd om hoor en wederhoor toe te passen. Ik sluit niet uit dat de incidentenjournalistiek in de laatste twintig jaar is toegenomen." Ook hoofdredacteur H. Taselaar van het RTL Nieuws, onderdeel van de commerciële televisiezender RTL, erkent dat de toegenomen snelheid problemen kan opleveren. "Met name bij radio en televisie hebben we tegenwoordig de mogelijkheid om heel snel ter plekke te zijn, als er iets groots gebeurt. Dan kun je wel registreren wat er gebeurt, maar je kan vaak niet vaststellen of de berichtgeving precies klopt. Dat is wel een gevaar." Maar de hoofdredacteuren bestrijden dat zij zich door commerciële belangen laten leiden bij het maken van journalistieke keuzes. Taselaar van het RTL Nieuws: "Uiteindelijk geven mensen een medium uit om daar geld mee te verdienen. Dat geldt ook voor ons nieuws en heeft voor kranten altijd gegolden. Dat hoeft helemaal niet ten koste te gaan van de kwaliteit." Hoofdredacteur Broertjes van de Volkskrant erkent wel dat de concurrentie tussen dagbladen sterk is toegenomen. "Maar dat betekent niet dat de grens tussen journalistieke en commerciële afwegingen wordt overschreden. Daar is bij de serieuze kranten geen sprake van." Met de hardere strijd tussen de dagbladen, wordt wel het gevaar van hypes groter. "De koningin is natuurlijk zelf met enige regelmaat het onderwerp van een hype. Ik kan er wel begrip voor opbrengen dat de koningin zich daarover beklaagt", zegt Broertjes. Hoofdredacteur F. Jensma van NRC Handelsblad kan zich "eerlijk gezegd weinig voorstellen" bij de kritiek van de koningin dat de kwaliteit van de pers is afgenomen. "Daarvoor vind ik haar opmerkingen te summier. Ik zou er voorbeelden bij moeten weten. Maar in zijn algemeenheid gaat de kritiek mij nogal ver." Jensma legt het verwijt naast zich neer dat de pers onvoldoende wederhoor toepast: "Ik ben bij NRC Handelsblad opgevoed in een traditie dat je altijd een weerwoord moet vragen. Maar misschien doelt de koningin op een ander soort weerwoord. Het recht dat als je het ergens niet mee eens bent je afhankelijk van je positie ruimte kunt claimen in de krant. Ja, die tijden zijn inderdaad voorbij." Hoofdredacteur J. de Berg van Trouw spreekt van "een onjuiste en buitengewoon generaliserende" uitspraak. "Alle kranten maken fouten, maar niet in die mate die de koningin suggereert." Zijn krant vindt de uitlatingen overigens geen kwestie: "De koningin is een criticus met wie je geen gesprek kunt voeren, dus moet je aan haar uitlatingen ook niet te veel aandacht besteden." E. Brouwers, hoofddirecteur van de Rijksvoorlichtingsdienst, verklaart dat de koningin verkeerd is begrepen, waar het gaat om de uitspraak 'de leugen regeert'. "Daarmee heeft zij gedoeld op een specifieke zaak. De koningin bedoelde daarmee uitdrukkelijk niet de gehele journalistiek", zo zei Brouwers vanochtend .
|
NRC Webpagina's
30 NOVEMBER 1999
|
Bovenkant pagina |