|
Een festival in de ban van emoties en televisiecultuur
Politiek naïeve documentaires op IDFA
Het International Documentaury
Festival Amsterdam is het grootste documentairefestival ter wereld.
Politieke onderwerpen krijgen er veel aandacht, vooral als ze beladen
zijn met emoties.
Door HANS BEEREKAMP
AMSTERDAM, 24 NOV. A Cry from the Grave, een documentaire
reconstructie door de Britse regisseur Leslie Woodhead van de val van de
Bosnische moslim-enclave Srebrenica in juli 1995, gaat vrijdagavond in
wereldpremière als competitiefilm van het 12de International
Documentary Filmfestival Amsterdam (IDFA). Het is een belangrijke film,
die internationaal de beeldvorming over 'de grootste Europese massamoord
sinds de Tweede Wereldoorlog' blijvend zal beïnvloeden; het beeld
van de door de Serviërs gevangengenomen moslim Ramo Osmanovic, die
met zijn handen aan zijn mond zijn zoon roept hem te volgen en niet bang
te zijn, loopt de kans een icoon te worden, vooral omdat vader en zoon
sindsdien vermist worden. De documentaire iconen van de twintigste eeuw,
zoals de atoompaddestoel, de Zapruder-tape van de moord op president
Kennedy en het zigeunermeisje tussen de deuren van een treinwagon in
Westerbork, vormen dit jaar een programmathema van IDFA. Om meer redenen
is A Cry from the Grave een typische IDFA-film, representatief
voor de sterke en de zwakke kanten van het zo succesvolle festival, dat
zich terecht het grootste documentaire evenement ter wereld noemt.
Politieke onderwerpen, zoals de oorlog in voormalig Joegoslavië,
krijgen ook dit jaar weer veel aandacht van IDFA, vooral wanneer ze
beladen zijn met emoties en stof leveren voor actuele beschouwingen. Het
lijkt een aanlokkelijke en tot op zekere hoogte onvermijdelijke keuze
voor een documentairefestival. Maar veel van die documentaires zou je
politiek naïef kunnen noemen, juist omdat de makers zich eerder
laten leiden door hun emoties dan door een meer afstandelijke analyse.
Een goed voorbeeld, zij het niet meer zo actueel, is Genet
Chatila van de Zwitserse regisseur Richard Dindo, waarin een Frans-
Algerijnse actrice in de voetsporen treedt van schrijver Jean Genet,
toen deze in 1982 de gevolgen van de slachtpartij door Falangisten in
het Palestijnse kamp Chatila in ogenschouw nam en later beschreef.
Regelmatig slaat de actrice de hand voor haar mond, en de pretentieus-
artistiek vormgegeven documentaire wil dat wij meegruwelen met wat zij
hoort, ziet en leest. Maar waarom die moordpartij plaatsvond, wat
precies de vermeende betrokkenheid van het Israelische leger was en hoe
de obsessie van Genet paste in de rest van zijn leven en oeuvre,
daarover zwijgt Dindo.
De selectie van Genet Chatila voor de competitie van dit jaar
deed me denken aan de editie van 1991, toen Israel en Palestina het
gemeenschappelijke landenthema van het festival vormden.
Festivaldirecteur Ally Derks moest verbaasd constateren dat van de kant
van beide partijen blokkades werden opgeworpen, men toezeggingen over de
beschikbaarheid van films introk en er niet vanuit Nederland een
verzoening in naam van de documentaire filmkunst geregeld bleek te
kunnen worden.
Verbazing over de wrede werkelijkheid, over de absurditeit van
oorlogsgeweld, lijkt een drijfveer te zijn van veel documentaires en van
hun programmering. Crazy van Heddy Honigmann, een andere IDFA-
wereldpremière, portretteert Nederlandse militairen die naar
muziek luisteren en zo herinnerd worden aan wat zij meegemaakt hebben
tijdens hun uitzending als vredeshandhavers in opdracht van de Verenigde
Naties. Het is een sympathieke film, die niet oordeelt, maar intens
observeert. Een kijker die de Nederlandse samenleving niet kent, zal
zich waarschijnlijk wel verbazen over het gebrek aan eelt op de ziel bij
het merendeel van de geportretteerde militairen: aardige, oprechte
Hollanders, die geen idee hadden van wat oorlog betekent, omdat ze zelf
al zo lang in vrede leefden en nog geen vlieg kwaad zouden doen.
A Cry from the Grave is minder naïef dan veel documentaires
over Joegoslavië; de film bestaat voor een belangrijk deel uit
authentiek beeldmateriaal van de gebeurtenissen rond Srebrenica,
gedraaid op camcorders door moslims, Servische militairen en Nederlandse
blauwhelmen. Nauwkeurig volgt Woodhead de val van Srebrenica van uur tot
uur, en laat alle partijen aan het woord. Het commentaar, in de beste
BBC-traditie gesproken door 'de stem van God', en de droge tussentitels,
bieden objectief aandoende informatie. We zien eindeloze hoeveelheden
stoffelijke resten, en Woodhead leert ons dat er minimaal 7.414 moslims
werden vermoord. Wat de film niet doet, is zijn eigen objectiviteit ter
discussie stellen, laten zien hoe de informatie verzameld werd en die
berekening tot stand kwam en reflecteren op de documentaire 'waarheid'.
In dat opzicht is A Cry from the Grave een typische
televisiedocumentaire, die kort na de première zowel door de BBC
als de NPS zal worden uitgezonden. Realiteit, gevangen door een
videocamera, is een documentaire vorm die het op televisie goed doet.
Dat de televisie de belangrijkste financier, opdrachtgever en producent
van documentaires is, kan tijdens IDFA niemand ontgaan. Het Forum in
Paradiso, waar aspirant-documentairemakers voor commisioning
editors (televisieredacteuren) uit heel Europa hun plannen
pitchen, vormt een deel van de internationale aantrekkingskracht
van IDFA, zonder dat het festival inhoudelijk veel tegenwicht biedt.
Niemand kan ontkennen dat IDFA een festival van formaat is, waar
honderden documentaires door een breed publiek bekeken worden en
tientallen goede tot voortreffelijke films of video's te zien zijn. Toch
zijn er ook mensen die niet tevreden zijn. Filmdocent Stefan Majakowski
organiseerde, een programma van een paar uur op zaterdagmiddag (16.15u.)
in theater Rialto 'In de schaduw van IDFA', waar volgens de uitnodiging
"werk en ideeën worden uitgewisseld geheel onafhankelijk van
omroepen, marketing en pitching." Het is maar een piepklein vlekje, waar
het echte festival zijn schouders over kan ophalen, maar wellicht ook
een voorzichtig teken aan de wand, die klacht van een enkel individu
over 'een teveel aan realiteit'.
12de International Documentary Filmfestival Amsterdam (IDFA). In:
City, De Balie, Filmmuseum, Amsterdam. Tot en met donderdag 2 december.
De opening is vanaf 20u. vanavond live te volgen op de Internetsite van
NRC Handelsblad. Informatie en reserveringen: tel 020-6261939.
|
NRC Webpagina's
24 NOVEMBER 1999
|