|
T I T E L : |
Dracula |
R E G I E : |
Tod Browning |
M E T : |
Bela Lugosi, Helen Chandler, David Manners, Dwight Frye, Edward Van Sloan, Herbert Bunston |
Uitgebracht op huurvideo in de reeks Universal's Classic Monsters
Muziek van Philip Glass bij horrorklassieker 'Dracula'
Door BIANCA STIGTER
"Listen to them. Children of the
night. What music they make." Het is een van de klassiek geworden zinnen
- inclusief de intonatie van acteur Bela Lugosi - uit Dracula, de
horrorklassieker van Tod Browning uit 1931. Het wolvengehuil waar de
Transsylvaanse graaf het in deze monoloog over heeft, is de enige muziek
die in de film te horen is.
Dracula is wel een geluidsfilm, maar
Browning koos ervoor om er geen muziek in te gebruiken. Op de
geluidsband zijn uitsluitend geluiden als het huilen van wind, het
kraken van trappen en het wapperen van de zwarte cape van Lugosi te
horen. Alleen bij de openingstitels zijn flarden uit Tsjaikovski's
'Het zwanenmeer' te horen. Het ontbreken van muziek droeg volgens
kenners bij aan de speciale sfeer van Dracula. Het maakte de film
realistischer, alsof je zonder waarschuwend tromgeroffel meer kans lijkt
te lopen zelf door Dracula gegrepen te worden. Het ontbreken van muziek
bij de hedendaagse horrorhit The Blair Witch Project wordt ook
als realistisch ondergaan. Toch heeft Universal, de studio waarvoor
Browning de film in 1931 maakte, besloten bij een nieuwe uitbreng van de
film op video in de reeks Classic Monsters, aan Brownings
soundtrack muziek toe te voegen. Voor zwijgende films is een nieuwe
soundtrack al lang gebruikelijk. Voor Dracula vroeg Universal de
Amerikaanse componist Philip Glass, die eerder muziek maakte bij de
films Koyaniquatsi, Kundun en The Truman Show.
Glass voorzag een paar jaar geleden al Jean Cocteau's La belle et la
bete van een nieuwe score. De nieuwe begeleiding van Dracula
lijkt in niets op de muziek die bij horrorfilms gewoon is. Glass koos
niet voor een orkest of voor elektronica, maar voor een strijkkwartet.
Na de beroemde opening van de film in de Roemeense bergen, speelt
Dracula, zich vrijwel geheel binnenskamers in Londen af. De film
van Browning was gebaseerd op een toneelbewerking van Bram Stokers boek.
Glass vond kamermuziek het best bij deze locatie passen. Soms is het net
alsof de violen en de cello in een andere kamer van het huis zitten te
oefenen; onverstoorbaar strijken en tokkelen ze door. De muziek trekt
zich van Dracula's drama weinig aan. Teruggetrokken in haar eigen
verhaal sombert de door het Kronos Quartet gespeelde score langs de
hoogtepunten van Dracula's avontuur. Geen schreeuw wordt begeleid, geen
beet geaccentueerd. Graaf Dracula wordt er niet enger van, wel
beklagenswaardig. De muziek is als een schreeuw van de graaf, die door
niemand wordt gehoord.
|
NRC Webpagina's
10 NOVEMBER 1999
|